Onderwijs dat sporen nalaat - in gesprek met Constanza Kaliks
10 september 2025
Het begon met een gesprek met filosoof Mathijs van Alstein. We spraken over kunstmatige intelligentie en de vraag wat het betekent om mens te blijven in een tijd waarin technologie ons denken en handelen steeds meer vormt. Hij zei: 'Jullie moeten naar Dornach, naar de mensheidsrepresentant. Die figuur zegt iets over menswording.' Hij doelde op het grote houten beeld in het Goetheanum: een gestalte tussen licht en duister, strijd en verstilling; niet verhard in één kant, maar dragend. Een artikel van Wouter Modderkolk en Jan Jaap Hubeek, geschreven voor antroposofisch ledenblad Motief.
Dit artikel is met toestemming overgenomen uit ledenblad Motief, nr. 295
Voordat we het beeld zagen, spraken we Constanza Kaliks. Constanza is wiskundige, pedagoog, filosoof, en sinds 2022 hoofd van de pedagogische sectie van het Goetheanum (het internationale centrum voor de antroposofie, waar regelmatig cursussen en conferenties op dit gebied plaatsvinden, red.). Ze zat twaalf jaar op de vrijeschool in São Paulo en keerde er op haar vierentwintigste terug als wiskundedocent. Twintig jaar lang gaf ze er les. Daarnaast promoveerde ze in São Paulo op het denken van Nicolaus Cusanus. Boven alles is Constanza leraar. 'Ik ben geen filosoof,' zegt ze, 'en ook niet echt een wiskundige. Ik ben een leraar.'
Geen kennis zonder verlangen
Constanza is ervan overtuigd dat leren pas werkelijk begint als er verlangen is. 'En verlangen ontstaat niet zomaar. Het ontstaat als je ergens door geraakt wordt, als iets je aandacht vasthoudt.' Ze verwijst naar de vijftiende-eeuwse denker Nicolaus Cusanus, die stelde: 'Er is geen kennis zonder verlangen, en geen verlangen zonder kennis.' Dat verlangen ontstaat niet in een volgepland lesrooster of afvinkbaar curriculum, maar in een ruimte waar niet-weten mag bestaan. 'Zoals wanneer je de geur ruikt van een bloem die je nog niet kunt zien. Je weet niet waar ze is, maar je voelt dat ze er is. En dan wil je zoeken.' Veel scholen zijn volgens haar vooral ingericht op controle en beheersing. 'Als we te snel antwoorden aandragen, voordat een leerling een vraag heeft kunnen voelen, snijden we het verlangen af.' Daarmee verdwijnt ook de mogelijkheid tot écht leren. Want wat telt, zijn de sporen die blijven. 'Je kunt een toets maken en alles weer vergeten. Maar iets wat je hebt doorleefd, dat blijft. Dat neem je mee.' Verlangen alleen is niet genoeg. Er is ook vorm nodig. Daar komt het vak in beeld. 'Een vak is geen doel op zich,' zegt Constanza, 'maar een taal. Een poort. Een bemiddeling tussen het innerlijk van de leerling en de wereld.' Ze noemt wiskunde als voorbeeld. Waarom zouden leerlingen nog logaritmen leren als alles via een rekenmachine kan? 'Omdat het proces van begrijpen iets in jezelf raakt. Je moet ergens doorheen. En in die weerstand gebeurt iets wezenlijks.'
Juist daarom ziet ze de opkomst van kunstmatige intelligentie niet als neutraal. Niet omdat technologie op zichzelf verkeerd zou zijn – 'ik gebruik het zelf ook als hulpmiddel,' zegt ze – maar omdat frictieloos leren ons iets kan afleren: het vermogen om geraakt te worden. 'Als niets je tegenwerkt, leer je ook niets over jezelf.' Ze vergelijkt leren met liefde. Niet als romantisch idee, maar als ervaring die je vormt. 'Leren is als verliefd worden,' zegt ze. 'Als je dat eenmaal hebt meegemaakt, weet je hoe het voelt. En dan ga je dat gevoel weer zoeken.' Daarom zijn leerervaringen die echt binnenkomen zo belangrijk. 'Als een leerling één keer iets echt begrijpt, herkent hij dat gevoel. En zal hij dat opnieuw willen ervaren. Dát is het spoor dat je legt.' Niet de hoeveelheid kennis is bepalend, maar de intensiteit van het moment waarop iets resoneert. 'Dat moment van geraakt worden – dat is wat beklijft. En dat gebeurt alleen als er ook weerstand is. Als iets niet vanzelf gaat.'
Vuur overdragen
Zulke ervaringen ontstaan niet vanzelf. Ze hebben begeleiding nodig – een mens die nabij is, niet perfect, maar aanwezig. 'De leerlingen leren omdat jij daar bent. Niet omdat jij alles weet, maar omdat jij iets uitstraalt. Omdat jij zelf geraakt bent.' Ze noemt de leraar een levend verlangen: iemand die zelf zoekt en dat voelbaar maakt. 'Je kunt geen vuur overdragen als je zelf koud bent.' Daarmee spreekt ze zich uit tegen het oude idee van de leraar als neutrale facilitator. 'Tijdens de Franse Revolutie dacht men: als iedereen hetzelfde boek kreeg, kreeg iedereen gelijke kansen. Maar we weten: kinderen zijn niet gelijk. En leren is geen distributieproces.' De werkelijke pedagogische driehoek is die tussen de leerling, het vak en de wereld – en daarin is de leraar niet optioneel, maar essentieel. Uit andere gesprekken die wij voerden, weten we dat er bij veel mensen een onderliggende zorg leeft: de vrees dat technologie, en met name AI, het menselijke contact verdringt. We vroegen haar daarom aan het eind van het gesprek of ze hoop heeft voor de toekomst. Ze glimlachte. 'Ja,' zei ze zacht. 'Ik geloof in de kracht van ervaringen die sporen nalaten. Van verwondering. Van ontmoeting. Kinderen herkennen dat. Ze voelen het verschil tussen een antwoord en een ontmoeting.'
En zo keren we terug naar waar onze reis begon: bij het negen-meter hoge beeld van de Mensheidsrepresentant in Dornach, waar de mens tussen twee krachten staat. Aan de ene kant het verstarrende, controlerende. Aan de andere kant het vluchtige, verleidelijke. Daartussen: de mens, zoekend naar evenwicht. In Constanza’s woorden en werk krijgt dat midden gestalte. Niet als abstract ideaal, maar als pedagogisch gebaar: geraakt worden, weerstand toelaten, nabij zijn. Geen systeem, geen algoritme, maar een ontmoeting die iets achterlaat. Zolang we het verlangen durven wekken - naar betekenis, naar ontmoeting, naar de wereld - is er toekomst. Voor het onderwijs. Voor de kinderen. En voor wie durft te blijven zoeken naar het midden, het menselijke!
Wouter Modderkolk en Jan Jaap Hubeek maken podcasts over de pedagogische opdracht van het onderwijs. Momenteel werken ze aan een reeks over technologie onder de titel AI: het pedagogisch appel. Samen met Johannes Kronenberg maakten ze een podcast over waartoe de mensheidsrepresentant ons kan inspireren.
Ook hun gesprek met Mathijs van Alstein is als podcast te beluisteren. Daar gaat het over wat we van Heidegger en Steiner kunnen leren over wat ons te doen staat in tijden van technologische versnelling.
Reacties