Stichting Nivoz logo
Sterkt leraren, schoolleiders en betrokkenen bij de uitvoering van hun pedagogische opdracht

Nivoz platform hetkind

Meritocratie en de tegenbeweging: ‘Onderwijs kan de plek zijn waar het besef van menselijke waardigheid benoemd, gecultiveerd en geoefend wordt’

11 november 2021

Het meritocratisch model heeft grote gevolgen voor het zelfbeeld van mensen en voor de sociale samenhang tussen en binnen groepen. We zien de kloof tussen (kans)rijk en (kans)arm, tussen maatschappelijke winnaars en verliezers, tussen insiders en outsiders steeds scherper worden. Verus, Sardes en NIVOZ delen hun zorg. Na interviews met Luc Stevens (NIVOZ) en Heleen Versteegen (Sardes) is nu er nu een interview met Berend Kamphuis, voorzitter van het college van bestuur bij Verus.

Nederland is een meritocratie, zo klinkt het; een maatschappij waarin mensen hun sociale status bereiken dankzij hun eigen inzet en verdiensten. En wie zijn/haar kansen niet pakt, wie de boot mist en ‘lager op de sociale ladder’ eindigt, heeft dit vooral aan zichzelf te wijten, zo is de impliciete boodschap.

Sardes, Verus en NIVOZ slaan de handen ineen en willen een tegenbeweging in gang zetten. Daarom is er een ontmoeting met de titel Solitair of Solidair, op maandagmorgen 22 november in de bibliotheek van Rotterdam. Samen met (ervarings-)deskundigen en met vertegenwoordigers van verschillende maatschappelijke organisaties, waaronder het onderwijs en de arbeidsmarkt, brengen we initiatieven in beeld en buigen we ons over vragen die actueel en van belang zijn.

  • Hoe kan ieder mens tot zijn/haar recht komen binnen onderwijs en werk?
  • Wat delen wij? Hoe zorgen we voor elkaars waardigheid?
  • Hoe nemen we de vragen, de zorgen en de wijsheid van iederéén serieus?

Interview met Berend Kamphuis

Het gevoel van gelijkwaardigheid en waardering van ieders talent, komt bij Berend Kamphuis uit een heel persoonlijke hoek. ‘Mijn vader was decaan op een kleine, christelijke mavo in Emmen. Hij werkte daar met een team van vijftien man en 350 leerlingen. Ik herinner me dat hij een jongen onder zijn hoede had, een zoon van een kleine middenstander, die niet zo goed meekwam op school. Ik weet nog goed dat mijn vader zich enorm inzette voor die jongen, omdat de jongen het niet goed deed op school en ook niet goed lag in de klas. Hij heeft een poging gedaan om die jongen op zijn plek te krijgen, tegen alle regels in die tegenwoordig gelden. En dat is uiteindelijk gelukt, niet alleen door mijn vader maar wel met hulp van,’ vertelt hij.

Deze ervaringen droegen ook bij aan de sfeer waarin Kamphuis is opgegroeid. Zijn ouders hadden een gezin met vijf kinderen. Ieder met verschillende talenten en begaafdheden. ‘Juist daarom was het bij ons thuis zo helder dat er geen enkel verschil in waardigheid tussen wie dan ook zit. Of je nu op het gymnasium of de mavo zit. Mijn moeder heeft haar lagere school door haar chronisch zieke moeder niet eens af kunnen maken en heeft zich als autodidact een weg gebaand in het leven. Dat heeft mij heel erg gevormd. Ik kreeg het besef mee dat bepaalde dingen belangrijker zijn dan een diploma of intelligentie.’

Ik kreeg het besef mee dat bepaalde dingen belangrijker zijn dan een diploma of intelligentie.''

Elke leerling heeft inbreng

De belangrijkste reden waarom Kamphuis zich namens Verus inzet om meritocratie tegen te gaan, is de metafoor die Erik Borgman gebruikt: de school als bouwplaats. ‘Als je de school ziet als bouwplaats, dan is iedere leerling op hetzelfde moment de leerling, maar ook de architect en de bouwer van onze samenleving. Daarmee zeg je dat de samenleving ook nooit af is, en met een samenleving in opbouw heeft iedere leerling iets in te brengen. Daar kun je geen enkel persoon bij missen. Dat is een fundamentele kanttekening bij het meritocratisch ideaal. En als de school als bouwplaats wordt beschouwd, kan er ook geen verschil zijn tussen insiders en outsiders. Dit omdat ieders inbreng, ieders talent als het ware noodzakelijk is in de zoektocht naar een menselijke samenleving.’

Ieders inbreng, ieders talent is als het ware noodzakelijk in de zoektocht naar een menselijke samenleving.''

Een andere manier om gelijke kansen te bevorderen, zou de driejarige brugklas die de Onderwijsraad aanbeveelt zijn. Maar Kamphuis heeft daar ook een kritische noot bij. ‘In het meritocratisch bestel waarin we leven, bestaat ook het risico dat dit verkeerd uitpakt. Dat de rat race op deze manier juist wordt versterkt, omdat je het toetsen en selecteren over drie jaar uitsmeert,’ zegt hij.

Vooroordelen

Ook noemt hij de vooroordelen en stereotypen in het onderwijs als iets dat een rol speelt bij gelijke kansen. ‘Deze kwestie speelt een grotere rol dan ik lang heb gedacht. Het probleem ligt dieper en persoonlijker, en veel mensen in het onderwijs zijn zich vaak niet bewust van de rol die stereotypen en vooroordelen spelen,’ vertelt Kamphuis. Hij benadrukt dat ook in het kleinste didactische proces moet worden gekeken wat daar gebeurt. ‘Er worden daar ook beslissingen genomen en dingen gezegd die invloed hebben op de loopbaan van leerlingen, waardoor kinderen bevestigd worden in het gevoel dat ze niet meetellen.’

Veel mensen in het onderwijs zijn zich vaak niet bewust van de rol die stereotypen en vooroordelen spelen.''

Hij noemt het voorbeeld van taalachterstanden. ‘Mijn vrouw werkt in het HBO (lerarenopleiding) en had laatst een cursus en daarin werd gesproken over het feit dat leerlingen uit Noord-Afrikaanse landen een taalachterstand hebben. Als je het hebt over Nederlands, dan is dat zo ja. Maar als je kijkt naar de talen die ze wél spreken, bijvoorbeeld Arabisch of Marokkaans, dan hebben ze juist een rijke taalkennis. Die culturele kant slaat ook neer in vooroordelen en stereotypen waardoor anders naar leerlingen wordt gekeken.’

Het onderzoek van de Vlaming Agirdag over de rol van vooroordelen met betrekking tot kleur is zeer relevant. Kamphuis ziet hierbij dan ook een rol voor lerarenopleidingen om hiermee aan de slag te gaan. ‘Kennis en bewustheid van dit soort zaken is heel belangrijk en biedt nog een ander handelingsperspectief dan grote structurele ingrepen in het onderwijs.’

Restcategorie

Ook benadrukt hij dat het onderwijs niet de enige of exclusieve sleutel is om de problemen die de meritocratie met zich meebrengt, op te lossen. ‘De afgelopen dertig jaar is het beleid geweest om te investeren in de sociale top en kansrijke regio’s in ons land. Het idee was: als het met mensen aan de goede kant van de streep goed gaat, druppelt dat door naar de onderste lagen. Maar nu merk je dat dat helemaal niet zo is. Mensen voelen dat ze niet echt meetellen en ervaren dat ze tot een restcategorie behoren. Ze worden niet gewaardeerd om wie ze zijn en wat zij inbrengen.’

‘Onderwijs kan de plek zijn waar het besef van menselijke waardigheid benoemd, gecultiveerd en geoefend wordt. Structuuringrepen alleen helpen niet. Je wilt dat mensen gewaardeerd worden om wie ze zijn, om hun vaardigheden en talenten, en de bijdrage die ze zo kunnen leveren aan het common good. Dat groepen zich niet gewaardeerd voelen, komt niet alleen door inkomensongelijkheid. Het komt ook door hoe we als samenleving waardering ongelijk verdelen en bepaalde groepen laten voelen dat ze niet echt meetellen. Dat probleem is niet allereerst een onderwijsprobleem, maar een samenlevingsprobleem. Het onderwijs kan daar een rol in vervullen, maar zeker niet in haar eentje.’’

Structuuringrepen alleen helpen niet. Je wilt dat mensen gewaardeerd worden om wie ze zijn, om hun vaardigheden en talenten, en de bijdrage die ze zo kunnen leveren aan het common good.''

Maar hoe kan die volstrekte gelijkwaardigheid tussen mensen herontdekt worden? ‘Denk bijvoorbeeld aan religieuze tradities waarin dat besef levend gehouden wordt, maar denk ook aan maatschappelijke idealen en opgaven waarvoor we staan, waarvoor iedereen in de benen moet komen en waar iedereen een bijdrage aan kan leveren. Als je het bijvoorbeeld hebt over duurzaamheid: dat is een ideaal en een opgave waaraan iedereen op een gelijkwaardige manier kan bijdragen.’

 

Bijeenkomsten 2022

Voor de bijeenkomst van 22 november a.s.  zijn geen plaatsen meer beschikbaar. In 2022 willen we enkele vervolgbijeenkomsten organiseren. Heb je daar belangstelling voor, wil je op een andere manier meedenken, of wil je een waardevol initiatief rond dit thema delen en zo anderen inspireren? Dan komen we heel graag met je in contact!

Bel of mail naar: Monica Neomagus ([email protected] – 06-518 43 248) of Robbert Jan de Vries ([email protected] – 06-237 99 027).

Reacties

0
Login of vul uw e-mailadres in.


Er zijn nog geen reacties
Delen:
Op de hoogte blijven?
Schrijf je in voor de nieuwsbrief