Stichting Nivoz logo
Sterkt leraren, schoolleiders en betrokkenen bij de uitvoering van hun pedagogische opdracht

Nivoz platform hetkind

Grote broer - voorbeeld

5 juni 2025

Of je nu leraar bent of grote broer: je hebt een voorbeeldfunctie en die vul je natuurlijk het liefst zo goed mogelijk in. De grote broer van docent Nederlands Mike Louwman deed dat graag op de achtergrond, door duidelijk maar rechtvaardig te zijn bijvoorbeeld als scheidsrechter tijdens het hockeyduel van zijn kleine broertje. En zo doet Mike het ook met zijn leerlingen, als zij hun eindpresentaties moeten geven.

Erboven of ertussen staan, mijn eerste jaren voor de klas draaiden om dit dilemma. Wat was mijn rol als docent? Stond ik boven de leerling, als alwetende volwassene? Of was ik één van hen, als pas afgestudeerde ex-leerling? Zonder het te weten stond ik al die jaren niet boven of tussen maar naast de leerlingen. Ik volgde hierin het voorbeeld van mijn broer, die al 37 jaar naast me staat. In de klas kon ik eindelijk een grote broer zijn; de verwezenlijking van een lang gekoesterde wens.

Het liefst bleef mijn broer een beetje op de achtergrond. Hij floot deze zaterdag onze wedstrijd en het was een belangrijke. Dat wist hij en daarom moest alles soepel verlopen. Hij zou niet in ons voordeel fluiten, hoezeer hij ook hoopte dat we zouden winnen. Bij twijfel kon ie altijd nog zien. Hij probeerde onopvallend te blijven. Vooraf schudde hij de handen van beide aanvoerders, van wie er één zijn broertje was. Ik was vijftien of zestien en hoopte vurig dat iedereen - de tegenstanders in het bijzonder - aan onze handdruk kon zien dat we broers waren, dat mijn broer mijn broer was.

In het klaslokaal ruikt het naar spanning en naar natte jassen. Leerlingen wijzen hun nieuwsgierige ouders de weg naar een stoel diep weggestopt in het klaslokaal. De eerste twee rijen blijven leeg. Ik sta voor deze geïmproviseerde klas en heet alle leerlingen en ouders welkom. ‘Goedemiddag, welkom op de middag van de eindpresentaties’, zeg ik voorzichtig. Ik probeer een beetje op de achtergrond te blijven. Maar de achtergrond is bezaaid met ouders. ‘Kom wat meer naar voren’, stel ik voor en tot mijn opluchting vullen direct de voorste rijen zich. Ik schuifel naar achteren, ga zitten en veer op. ‘Och,’ zeg ik, ‘ik ben helemaal vergeten de gang van zaken met u door te nemen.’ En terwijl de leerlingen zuchten en hun ouders omkijken, neem ik het verloop van de middag door, op de achtergrond.

Mijn broer vertelt op gedempte toon, alsof alleen de twee aanvoerders dit mogen horen, dat hij weet wat er op het spel staat. Dat hij ons succes wenst en dat hij in dienst van de wedstrijd zal fluiten. Zoiets. Het was kort en zacht en ik weet dat we knikten, als een verbond dat we zojuist gedrieën hadden gesloten. Daarna ging de wedstrijd van start. ‘Oh, trouwens,’ zei mijn broer, ‘het is gewoon met groen en geel en rood vandaag.’ Hij doelde op de kaarten, die veel andere scheidsrechters niet gaven (en soms niet eens bij zich hadden). Mijn broer wel, hij nam ons en deze wedstrijd serieus. ‘Ik ga ervan uit dat het niet nodig is, maar dan weten jullie het.’

‘Ik houd de tijd bij en waarschuw jullie als je nog één minuut hebt’, sluit ik af. Jullie zitten ruim in de tijd, dus ik ga ervan uit dat het niet nodig is, maar dan weten jullie het.’ Daarna gaan de presentaties van start. En daarna ging de wedstrijd van start. Mijn broer floot weinig. Een enkele keer ging de bal over de zijlijn zonder dat hij kon zien via wiens stick dat gebeurde. We gaven de bal aan het team dat er recht op had en speelden verder. Een enkele keer loopt de laptop vast. Een leerling met kennis van vastlopende laptops helpt de presenterende leerling uit de brand. Ik probeer geruststellend te knikken en wijs op mijn horloge: ik zet de tijd stil. Beide middagen verlopen soepel, beide spelleiders blijven op de achtergrond. 

Dan vraagt de laatste leerling om de door de ouderejaars gemaakte kunstwerken in het lokaal op volgorde te zetten van mooi naar lelijk. We krijgen een lijstje met daarop de kunstwerken en hun makers. Ik twijfel. De presentator is zich van geen kwaad bewust, maar toch breek ik in. ‘We kiezen alleen de mooiste.’ Ik zeg het kort en zacht, als een verbond dat we ter plekke met elkaar sluiten. 

Mijn directe tegenstander tikt me meerdere keren achter elkaar op de stick. Hij grijnst als ik van boosheid mijn bitje uitspuug. Mijn broer geeft groen: ‘Dit doen we niet’, zegt hij stoïcijns en voordat mijn tegenstander kan reageren, draait hij zich om.

Hij kon niet anders. Wij konden niet anders. En daarna ging alles weer verder.

Mike Louwman is leraar Nederlands op het Vathorst College in Amersfoort en schrijft al jaren als blogger voor NIVOZ

Lees hier ook deel 1, deel 2, deel 3, deel 4 en deel 5 uit de reeks!

Reacties

0
Login of vul uw e-mailadres in.


Er zijn nog geen reacties
Delen:
Op de hoogte blijven?
Schrijf je in voor de nieuwsbrief