Kinderrechten op Kindcentrum Speleon in Den Haag
19 november 2025
Deze week is de week van de Rechten van het Kind. Dat is niet toevallig, zal directeur Fatih Özbasi ook aan groep 6 van Kindcentrum Speleon vertellen. Naast zijn directeurschap is Fatih ook gastdocent Mensenrechteneducatie vanuit Amnesty Nederland. Op 20 november is het namelijk precies 36 jaar geleden dat het Kinderrechtenverdrag door veel landen is ondertekend. ‘Voor mensen onder de 18 jaar hebben we sindsdien de Kinderrechten en voor mensen boven de 18 jaar zijn er Mensenrechten, waaraan alle landen zich moeten houden of op kunnen worden aangesproken’, aldus meester Fatih. Rikie van Blijswijk was bij zijn lessen Kinderrechten op Speleon, en doet verslag: 'De waarde van deze lessen is ongekend. De kinderen kijken letterlijk over hun eigen grenzen heen en voelen dat veel kinderen in veel andere landen het beduidend moeilijker hebben dan zijzelf en dat niet elk land evengoed voor haar kinderen zorgt.'
Janusz Korczak was een belangrijke grondlegger van kinderrechten. Hij was de eerste die kinderen drie fundamentele rechten toekende: het recht om te zijn wie ze zijn, het recht op de dag van vandaag, en het recht op hun eigen dood. Hij praktiseerde dit in zijn weeshuis, waar kinderen een eigen parlement, rechtbank en pers hadden. Dit werk van Korczak heeft het VN-Verdrag voor de Rechten van het Kind geïnspireerd. Meer informatie over Janusz Korczak vind je in de bronnen van betekenis.
Op Kindcentrum Speleon in Den Haag zijn (wereld)burgerschapsonderwijs, de kunst van het samenleven en dienstbaarheid de belangrijkste pijlers en worden in alle groepen lessen gegeven over de Kinderrechten. Rikie van Blijswijk mocht deze lessen bijwonen.
Een directeur met een missie
Meester Fatih is directeur van Kindcentrum Speleon. Hij is geboren en getogen in Rotterdam, maar woont tussen zijn 7e en 11e jaar in Ankara, omdat vader dat graag wil. Terug gekomen moet hij opnieuw Nederlands leren. Hij klimt op van het VMBO naar de HTS in Haarlem en studeert lucht- en ruimtevaart techniek. Vervolgens werkt hij bij Fokker en Airbus UK.
Als Fatih nog projectleider is op een weekendschool, in dienst van een non-profitorganisatie, voelt hij zich meer van betekenis dan in zijn reguliere baan.
Hij wordt directeur van een school hartje Schilderswijk in Den Haag en na drie jaar volgt hij de schoolleidersopleiding. Een paar jaar later ontstaat daaruit Kindcentrum Speleon, met een basisschool, kinderopvang en een Peuterleerplek. Daarin zijn (wereld)burgerschapsonderwijs, de kunst van het samenleven en dienstbaarheid de belangrijkste pijlers. ‘Wij zijn de enige school die deze UNESCO-doelen in hun missie hebben verwerkt’, licht Fatih toe. De school kent een stabiele ouderpopulatie en heeft 140 leerlingen. De kinderopvang heeft 10 kinderen en de Peuterleerplek ontvangt 14 kinderen. Er zijn 28 volwassen aan het werk op het KC.
Kinderrechten in groep 1-2: ik ben ik en jij bent jij
Op maandagochtend 17 november loop ik, onder de vlag van de Week van Respect door, de school weer binnen. Vandaag mag ik drie lessen bijwonen in het kader van de week van de Rechten van het Kind. Zowel in groep 1-2 als in groep 6 en groep 7 wordt daaraan uitgebreid aandacht besteed.
In de ochtend kom ik in groep 1-2 van Juf Helga. Met haar 12 leerlingen die er vandaag zijn gaat ze verder waar ze vorige week met de Vreedzame les over respect is gebleven. Juf Helga was werkzaam in de kinderopvang, maar na 15 jaar was ze toe aan iets anders. Na het behalen van de AD-PEP (Pedagogische Educatieve Professional) werd ze leraarondersteuner en nu volgt ze de PABO aan hogeschool Inholland.
Zodra de kinderen in de kring zitten, leggen ze hun wijsvinger op hun mondjes. Helga geeft elk kind een high five en dan begint het verhaal over Kikker die wil gaan vliegen. Op de kaft van het boek staat Kikker met vleugels.
‘Maar’, vraagt de juf zich af, ‘Kunnen Kikkers wel vliegen?’. ‘Nee’, roepen de kinderen. ‘Ze kunnen springen en lopen’. Maar ja, Kikker wil het wel proberen. Het thema van deze les is “Ik ben ik en jij bent jij”.
De kinderen zijn op hun gemak, betrokken bij het verhaal en bij wat juf vraagt of zegt. ‘Af en toe gebruik ik ook wat Turkse woordjes’, zegt ze, ‘zodat de kinderen die net op school zijn mij beter begrijpen en andere kinderen weer iets herkenbaars horen. Dat helpt om zich veilig te voelen.’
Dan begint het verhaal en de kinderen volgen met grote ogen de tekeningen in het boek, waarover de juf vertelt. Als Kikker bij Eend komt wappert ze met haar vleugels, zodat ze kan vliegen. De kinderen proberen ook te wapperen met hun armen, maar ze komen niet van de grond. Het lukt Kikker met zijn aangebonden vleugels ook niet.
‘Nou’, denkt Kikker, ‘dan ga ik wel een taart bakken. Net als Varkentje’. Maar dat blijkt ook te moeilijk voor hem. Immers, de taart brandt aan als hij deze in de koekenpan op het vuur zet. Hij probeert van alles van zijn vriendjes na te doen. Hij denkt dat het gemakkelijk is om te lezen. Net als Haas. Hij probeert te timmeren. Net als Rat. Maar het lukt hem niet en hij voelt zich erg dom.
‘Je mag niet zeggen dat iemand dom is’, zegt een meisje. ‘Van proberen kun je toch leren.’ ‘Nee, dom kun je niet zeggen’, zegt juf, ‘Haas kan toch ook niet springen en Rat kan toch ook niet zwemmen’. En zo is het: Haas kan een boek lezen, Varkentje kan bakken, Rat kan timmeren, Eend kan vliegen.
Iedereen is anders en dat is juist fijn. Anders zou het maar saai zijn als iedereen hetzelfde is. Dat begrijpt Kikker aan het eind van het verhaal heel goed. Hij zegt ‘Ik ben een groene Kikker en heb een rood-wit gestreepte broek aan. Ik ben blij met mijzelf en wil nooit iemand anders zijn, want ik kan heel hoogspringen’.
De kinderen in de groep zijn ook allemaal anders. Effe kan goed schrijven en tekenen, Hazal kan goed rennen, Fatih is goed in zwemmen. En Kingsley? Die is heel snel met de bal. Zo zie je maar…. Ook in deze groep heeft iedereen een eigen kwaliteit.
De kinderen krijgen van juf Helga een blad met een schilderij erop getekend. Daarin mogen ze hun zelfportret tekenen met hun eigen kwaliteiten. Die schilderijen worden allemaal opgehangen zodat iedereen kan zien hoe verschillend iedereen is.
Kinderrechten in groep 7: over schendingen van Kinderrechten
Amnesty Nederland heeft lespakketten samengesteld om kinderen van de basisschool kennis te bieden over de Kinderrechten én over schendingen daarvan. In groep 7 worden de kinderen bewust van hoe het in Nederland met de Kinderrechten is gesteld. Daar hoort een reeks woorden bij die onmiddellijk ook een definitie krijgen. Het gaat over een ontheemde, een statushouder, een vreemdeling, een illegaal, een migrant, een asielzoeker, een vluchteling. De kinderen krijgen een definitie en een kaart en ze gaan op zoek naar de goede match.
Vervolgens zet meester Fatih, gekleed in een Amnesty-hoodie, een film aan op het digibord. Elk groepje kinderen krijgt de opdracht om te beslissen welke Kinderrechten geschonden worden bij de vijf kinderen die te zien zijn. Dat is echt geen gemakkelijke opdracht, maar nu betaalt zich uit dat de kinderen vaker burgerschapsonderwijs krijgen. Elke groep noemt op wat ze hebben gezien en vrij snel vertellen ze over het recht op medische zorg, het recht op schoon drinkwater, het recht op een dak boven jouw hoofd.
In het werkboek van Amnesty Nederland worden meer voorbeelden gegeven van landen die zich niet houden aan de Kinderrechten. Er komen voorbeelden uit Pakistan en Cambodja over kinderarbeid, over Brazilië waar kinderen dakloos zijn, over discriminatie van Romakinderen in Hongarije en over kinderen die de doodstraf krijgen in Jemen. De kinderen in groep 7 van Speleon in deze Haagse wijk worden er stil van.
In het werkboek staan de Kinderrechten op een rij. Op hun denkbeeldige wereldreis door verschillende landen lezen ze teksten over schendingen van Kinderrechten. Ze zijn sterk gemotiveerd om uit te zoeken welk Kinderrecht hun leeftijdsgenoten wordt onthouden en ontdekken dat Rusland kinderen het recht op vrije meningsuiting ontzegt, dat in de Democratische Republiek Congo kinderarbeid oogluikend wordt toegestaan, maar ook dat in Nederland niet elk kind tegen mishandeling wordt beschermd.
De waarde van deze lessen is ongekend. De kinderen kijken letterlijk over hun eigen grenzen heen en voelen dat veel kinderen in veel andere landen het beduidend moeilijker hebben dan zijzelf en dat niet elk land evengoed voor haar kinderen zorgt
De les wordt afgesloten met het spelen van het rugzak-op-of-rugzak-af-spel. Meester Fatih leest een dilemma voor en de kinderen kiezen na goed nadenken voor een antwoord. Bijvoorbeeld: in China worden Oeigoeren bij elkaar geplaatst in zogenaamde opvoedingskampen /vakantiekampen. Of: iemand die gevlucht is naar het buitenland noemen we een vluchteling/ontheemde. Wie de groene rugzak heeft omgedaan mag blijven staan. De andere kinderen moeten gaan zitten. Uiteindelijk is er één klasgenoot die wint.
De waarde van deze lessen is ongekend. De kinderen kijken letterlijk over hun eigen grenzen heen en voelen dat veel kinderen in veel andere landen het beduidend moeilijker hebben dan zijzelf en dat niet elk land evengoed voor haar kinderen zorgt. Ze weten na de les ook dat Amnesty Nederland voor deze kinderen opkomt door diverse acties.
Kinderrechten in groep 6: over oorlog en onmiddellijk vluchten
De leerlingen van groep 6 gaan naar een nieuw land varen en bedenken welke spullen nodig of ballast zijn als je gaat vluchten. Want stel dat er ineens oorlog is en je moet vluchten, wat is dan waardevol om mee te nemen en wat is dan van jouw spullen ineens niet meer waardevol? Het brengt kinderen op dilemma’s, op leren loslaten waar ze aan hechten en ze gaan zich iets meer inbeelden wat het betekent om op de vlucht te zijn.
Maar voordat ze op de vlucht slaan vraagt meester Fatih aandacht voor het logo van Amnesty Nederland. De kinderen ontdekken de kaars met het prikkeldraad erom heen. Ze voelen de symboliek aan: het prikkeldraad, zeggen ze, wijst op een gevangenis. Meester Fatih geeft aan dat daar ook onschuldige mensen in kunnen komen en dat Amnesty door brieven te sturen aan presidenten wil zorgen dat deze mensen vrij komen. Ook wijst hij op de symboliek in het logo van licht en donker, van goed en kwaad. En van licht in de duisternis voor mensen die moeten volhouden in landen waar hun rechten niet worden gerespecteerd. Daarna laat de meester zien welke boeken er in de schoolbibliotheek zijn over het onderwerp Kinderrechten: Wereldkinderen, Wereldvrouwen en de Zweetvoetenman. De kinderen kunnen die lenen om te lezen als ze dat willen.
De les start met de kofferlabel. ‘Er is opeens oorlog’, begint meester Fatih, ‘En je hebt 1 minuut om twee dingen te pakken die je mee mag nemen’. De kinderen denken in groepjes na en komen op hun paspoort, telefoon, geld, eten en drinken. ‘Dat zijn hoognodige dingen die je altijd kunt gebruiken’, is hun motief. Daarna gaan ze nadenken over wat kinderrechten eigenlijk zijn. ‘Anders gezegd, wat heb jij nodig?’, maakt meester Fatih de vraag iets minder complex. Opnieuw verbaast het mij dat kinderen veel en veel goede behoeftes benoemen: Zorg, onderwijs, privacy, schoon water, vrijheid van meningsuiting, geen kinderarbeid. Als ik daarover vragen stel geeft de juf van de klas aan dat hierover vorige week tijdens de lessen over Respect ook is verteld. ‘Als school zijn wij hier vaak mee bezig’, zegt ze. ‘De kinderen weten dan ook veel’.
Als aanvulling op de term identiteit wordt gepraat over paspoorten en dat je die altijd bij je moet hebben, ook als je vlucht. Het blijkt dat meerdere kinderen in deze klas twee of en twee kinderen zelfs drie paspoorten hebben. B.v. een kind dat in Nederland woont, vader Turks is en moeder Bosnisch.
Dan gaan de kinderen op de vlucht naar een nieuw land. Hun betrokkenheid op de les is groot. Ze denken na, worden stil van wat ze horen en zien en doen goed mee met de opdrachten die ze krijgen. De vier groepjes krijgen een groot vel papier en bedenken een naam voor het land waar ze naar toe willen. Dat worden namen als Verwegistan, Vriendtopia, Vegaschambij en Gemini. Onderweg op de vlucht gebeuren er heel vervelende dingen: de boot raakt overvol, hij raakt lek en elke keer moeten er spullen overboord gezet worden om te zorgen dat ze het land van bestemming nog kunnen halen. Daarvoor hebben ze plaatjes van spullen en als ze besloten hebben wat overboord gezet kan worden, geven zij die plaatjes aan de meester.
Het wordt steeds moeilijker om te kiezen, lastiger om afstand te doen van hun spulletjes, maar ja… . eigenlijk is de keuze die spullen eruit of jij komt niet veilig aan. Dus daar gaat het horloge, de krant, de tv, het speelgoed, snoep, de mp3- speler, de vakantie, de modieuze kleding, de spelletjes, de cola en de hamburger. Alles waaraan ze hechten in hun gewone leven hier hebben ze niet meer als ze op de vlucht zijn. Dan is eigenlijk alleen jouw leven en dat van jouw familie van belang.
Dit is een les in je verplaatsen in een vluchteling. Niet gemakkelijk hoor, maar met het Amnesty Nederland-werkboek komen de kinderen er in deze les met hulp van meester Fatih wel heel dichtbij.
Visie en missie van Kindcentrum Speleon
Kindcentrum Speleon kent drie kernwaarden die samen hun visie omschrijven, namelijk vertrouwen, verrijken en verbinden. Deze kernwaardes hebben ze vertaald in concrete gedragingen en professionele consequenties. Hiermee wordt een soort kijkwijzer gerealiseerd, aan de hand waarvan ze de dagelijkse praktijk en professioneel gedrag kunnen monitoren.
De missie van Kindcentrum Speleon is
- het verzorgen van kwalitatief hoogwaardig onderwijs dat leerlingen voorbereidt op een leven lang leren en hen klaarstoomt voor een vervolgopleiding;
- de mogelijkheid biedt al hun persoonlijke potenties optimaal te ontwikkelen;
- en opvoedt tot wereldburgers.
Kindcentrum Speleon is een UNESCO-school
Sinds mei 2018 is de school een UNESCO-school. Alle UNESCO scholen besteden aandacht aan tenminste drie van de vier UNESCO-thema’s. Deze thema’s worden wereldwijd ingezet en zijn gekozen vanwege de bijdrage die ze kunnen leveren aan meer begrip voor elkaars land en cultuur om zo de wereldvrede te bevorderen. Op Speleon wordt aandacht besteed aan alle vier de thema’s: Vrede en mensenrechten; intercultureel leren; wereldburgerschap en duurzaamheid.
Kindcentrum Speleon en Wereldburgerschap
Wereldburgerschap is een verbinding leggen tussen jezelf en anderen, dichtbij en ver weg. Daarvoor zijn vaardigheden nodig, die de school graag wil ontwikkelen bij hun leerlingen:
- Respect, empathie tonen en kunnen communiceren met mensen met verschillende achtergronden.
- Delen met elkaar de belangrijke waarden
- Kunnen goed omgaan met conflicten en ruzies
- Voorkomt binnensluiten (opleggen van groepsnormen) en buitensluiten
- Weet zich in te leven in wat anderen denken en voelen
- Is aanspreekbaar op zijn/haar gedrag en spreekt anderen op hun gedrag aan
- Zet zich in om het leven van medemensen te verbeteren, hier én daar.
Kindcentrum Speleon heeft acht thema’s voor wereldburgerschap om in de loop van 8 basisschooljaren de leerlingen te onderwijzen en opvoeden als wereldburgers. Ook peuters en kleuters worden hierin betrokken, uiteraard op hun niveau.
- Mondiale betrokkenheid; Internationale handel. Eerlijke handel betaald het echte prijs. Nieuws van over de hele wereld.
- Vrede en conflict; Vrienden maken, vrede maken. Ruzie oplossen zonder geweld. Vluchten naar veiligheid.
- Identiteit; Wat maakt mij zo bijzonder. Wat delen we en waarin verschillen we? Respect voor verschillen in sekse: jongen, meisje, homo- en heteroseksueel.
- Diversiteit; Omgaan met verschillen in geloof en cultuur. Omgaan met mensen met beperking.
- Duurzame ontwikkeling; Geen vervuiling door fabrieken. Opwarming van de aarde. Vuile en schone energiebronnen.
- Globalisering; Contact via www en sociaal media met de hele wereld. Waar komt mijn T-shirt vandaan? Verdeling rijkdom en armoede.
- Mensenrechten; Recht om vrij te spelen. Recht om naar school te gaan en te leren. Vrijheid van denken en meningsuiting.
- Verdeling; Recht op gezondheid en medische hulp. Recht op voldoende en gezond eten. Recht op voldoende geld om te kunnen leven.
Niet alleen in deze week van de Kinderrechten van 17-21 november worden deze uitgangspunten in de praktijk gerealiseerd. De kinderen hebben de week ervoor lessen gehad over de week van het Respect, waarvan er nog posters en werk van de kinderen overal te zien zijn in de school. Met het boek -Kikker is kikker- en met werkboeken van Amnesty International gaat het in de groepen 1 t/m 8 deze week over Kinderrechten.
Meer informatie?
Kindcentrum Speleon
‘s- Gravenzandelaan 262
2512 JT Den Haag
Website
Reacties