Stichting Nivoz logo
Sterkt leraren, schoolleiders en betrokkenen bij de uitvoering van hun pedagogische opdracht

Nivoz platform hetkind

Spreken met Hanke Drop: over belichaming in onderwijs en 'teacher artistry'

4 september 2025

Op maandag 15 september verdedigt Hanke Drop haar proefschrift Playing in a Jazz Quartet or Marching in a Brass Band? Exploring Practices of Teacher Artistry aan de Universiteit Utrecht. Haar onderzoek gaat over iets dat veel onderwijsmensen herkennen, maar waarvoor vaak weinig aandacht en ruimte is: belichaming van leerlingen en studenten, want dat doet ertoe in onderwijs. Haar onderzoeksvraag: hoe kan een leraar in de klas een inclusieve ruimte creëren waarin leerlingen en studenten zich uitgenodigd voelen om belichaamd in deze wereld te kunnen zijn – door zich in te leven in anderen, zich uit te drukken, gevoelig te worden voor het appèl van de wereld, te improviseren en te experimenteren met vorm geven aan de omgeving?

Voor haar promotieonderzoek onderzocht Hanke hoe subjectiverend onderwijs - onderwijs waarin leerlingen en studenten worden uitgenodigd om als persoon/subject (en niet iemands object) in de wereld te zijn - aandacht voor het lichaam (belichaming van leerlingen, studenten én leraren) nodig heeft. En wat vraagt dat dan van het kunstenaarschap van de leraar?

Hanke werkte aan haar PhD vanuit de Hogeschool Utrecht bij het lectoraat Normatieve Professionalisering. Zij is hoofddocent bij de opleiding Vaktherapie en tevens senior onderzoeker bij het lectoraat Duurzame Gemeenschappen. Eerder studeerde ze fysiotherapie en deed een master Arabisch en islamstudie aan de UvA. Hanke is betrokken bij diverse onderwijsprojecten, onder meer rondom Bildung en kunstzinnige co-creatie tussen studenten met en zonder vluchtverleden. In een NIVOZ-podcast met Rob van der Poel uit 2022 – Hanke Drop en de liefde voor de wereld - is dat terug te beluisteren.

In een gesprek dat Jelle Ris - zelf onderzoeker bij NIVOZ en het Kenniscentrum Talentontwikkeling van de Hogeschool Rotterdam - voerde met Hanke wordt duidelijk hoe diep deze noties inmiddels verankerd zijn in haar manier van relateren en kijken naar onderwijs. Ze spreekt bedachtzaam en uitnodigend, ze zoekt en tast af, altijd in wederkerigheid en dialogisch, steeds met een scherp pedagogisch besef. Onderstaande tekst is een weergave van deze ontmoeting, kort voor de zomervakantie. Het draagt impliciet de vruchten van haar promotieonderzoek, waarvan overigens hier ook een samenvatting is terug te lezen.

Onderwijs als kunstzinnige, belichaamde praktijk

‘Leerlingen zijn geen wandelende hoofden,’ zegt Hanke. We hebben in onderwijs vaak een eenzijdige opvatting van cognitie (gelokaliseerd in het brein) en daarbij denken we dat leren alleen gaat om die vorm van cognitie, maar dat is volgens haar een fundamentele misvatting. Jongeren en studenten zijn (net als hun leraren) belichaamde wezens. e zijn deel van een omgeving, de wereld: ze leren, voelen en drukken zich met hun hele lichaam uit in de wereld. Je kunt daarom beter belichaamde cognitie als uitgangspunt nemen in onderwijs. En dat betekent weer dat de wereld en beweging, gevoelens, emoties en ervaringen een belangrijke plek in onderwijs zouden moeten hebben.

Hanke ziet dan ook de kunsten als een pedagogische sleutel en ziet de politiek denker Hannah Arendt hierbij als een belangrijke inspiratiebron. Beeld, muziek, poëzie en beweging maken ervaringen voorstelbaar en deelbaar. Ze verwijst naar het onuitspreekbare: ervaringen van vluchten, armoede, eenzaamheid, geweld. ‘Daar ontbreekt ons vaak de taal voor. e kunsten kunnen het onzichtbare zichtbaar en (in)voelbaar maken.’

Vluchten, armoede, eenzaamheid, geweld. Daar ontbreekt ons vaak de taal voor. De kunsten kunnen het onzichtbare zichtbaar en (in)voelbaar maken.’

Een voorbeeld is het schilderij van de Franse impressionistische schilder Edgar Degas (1834 – 1917) van een balletdanseres. Ze vertelt hoe op de foto een meisje de beweging van de ballerina nadoet en hoe dit laat zien dat kunst het lichaam rechtstreeks aanspreekt. ‘Dat meisje voelt het gewoon, het appèl dat uitgaat van de danseres: ze doet het precies na zoals in het schilderij. Hier zie je: leren gaat ook via het lichaam. Kunst raakt ons en opent daarmee ruimte voor andere vormen van leren.'

Voor de onderwijspraktijk betekent dit dat leraren ruimte mogen maken voor expressieve vormen van leren, voor het kunstzinnige en voor maken. En dat kan klein beginnen: even een scène uitspelen, een foto of gedicht gebruiken, een rap maken. Niet als extraatje naast de ‘echte’ leerstof, maar als een wezenlijk onderdeel van hoe leerlingen zich kunnen uitdrukken en vormgeven. Zoals Hanke zegt: ‘Het gaat niet alleen om de leerstof, maar om je ermee te verbinden. Met jezelf, met elkaar en met de wereld. Dát maakt leren betekenisvol.’

Met andere woorden: expressieve werkvormen zijn niet alleen didactische variaties, maar manieren waarop leerlingen zich kunnen verhouden tot de wereld en hun eigen ervaringen in de wereld. 'Zo kan een project over migratie álle leerlingen of studenten betrekken, want ook als je zelf geen migratiegeschiedenis hebt, dan ben je vast weleens verhuisd. Over je verhuizing, ontheemding, migratie of verplaatsing een gedicht of een kort (fictief) filmpje maken brengt de leerstof tot leven én geeft ruimte voor persoonlijke resonantie voor álle leerlingen.'

Teacher artistry: het vakmanschap van improviseren

De titel en de illustratie van Hankes proefschrift gaan over de metafoor van het jazzkwartet, waarin voortdurend wordt geïmproviseerd, afgestemd, naar elkaar geluisterd, waarin het schitteren met wat je kunt wordt gegund. Jazzmuziek gaat rechtstreeks over wat er speelt in de wereld en de omgeving. Voor Hanke vraagt leraarschap om deze noties. Het leraarschap ziet ze in navolging van andere denkers zoals John Dewey, Elliott Eisner, Lawrence Stenhouse, en ook Gert Biesta - met wie Hanke, Pieter Baay, Patrick van der Bogt, Saar Frieling en Bart van Rosmalen samen een boek over teacher artistry schreven dat binnenkort verschijnt – als een kunstzinnige praktijk waarin de leraar niet alles vooraf kan bepalen, maar in het moment ruimte maakt voor wat zich aandient.Ondertussen houdt hij of zij steeds een pedagogische oriëntatie voor ogen. Teacher artistry is daarom geen methodiek, geen recept. Zelf formuleert ze het zo: ’In een jazzkwartet gaat het om luisteren, improviseren en genieten van wat de ander kan en inbrengt. Zo zie ik ook de leraar. Iemand die ruimte maakt voor het onverwachte.’

Pedagogisch betekent dit dat de leraar zelf ook maker is. Niet alleen een overdrachtsmachine van kennis, maar een kunstenaar in relatie. Voor lerarenopleidingen en scholen ligt hier een vraag. 'Professionaliseren gebeurt niet alleen door theorie en didactiek, maar ook door te oefenen in luisteren, improviseren en pedagogisch gevoelig te worden voor het appèl uit de wereld. Bijvoorbeeld: een docent die merkt dat een klas onrustig is, kan ervoor kiezen om de geplande uitleg even los te laten en de energie om te buigen naar een gezamenlijke oefening of een creatieve onderbreking als loop de komende vijf minuten door elkaar door het lokaal en wanneer je iemand tegenkomt sta je even samen stil en groet je elkaar om beurten met een beweging. Daarna loop je weer door. Dat vraagt lef, maar het kan precies datgene zijn wat de groep op dat moment nodig heeft.'

Pedagogisch betekent dit dat de leraar zelf ook maker is. Niet alleen een overdrachtsmachine van kennis, maar een kunstenaar in relatie.'

Ruimte voor ervaringen – persoons- en gemeenschapsvorming

Onderwijs gaat volgens Hanke niet alleen over kennis en vaardigheden, maar ook over het worden van een persoon en over wat je samen vormt. Hier raakt ze aan de pedagogische kern van persoonsvorming en gemeenschapsvorming. Juist ontwrichtende ervaringen - vluchten, armoede, geweld, ziekte, eenzaamheid - vinden vaak geen plek in de klas. Terwijl die ervaringen leerlingen en studenten diep raken en hun welzijn onder druk zetten. Hanke stelt dat onderwijs de plicht heeft om die dimensies te betrekken. ‘De kunsten maken het onuitspreekbare voorstelbaar,’ zegt ze opnieuw. ‘Maak er iets van! kan de oefening zijn, op een pedagogische manier.'

De kunsten maken het onuitspreekbare voorstelbaar. Maak er iets van! kan de oefening zijn, op een pedagogische manier.'

Ze benadrukt dat met een gedicht of film vaak meer kan worden gedeeld dan in woorden en vertelt hoe een vmbo-muziekdocent zijn leerlingen liet luisteren naar een rap over racisme. Daarna kregen de leerlingen de opdracht zelf iets te schrijven. ‘En er ontstonden gewoon pareltjes. Leerlingen die normaal weinig zeiden, schreven ineens teksten waarin ze dingen durfden uit te spreken. Ze maakten rapteksten met woorden die ze anders niet hadden gevonden.’ Voor haar is dit een krachtig voorbeeld van hoe kunst en teacher artistry samenkomen. Er is een docent die luistert, uitnodigt, de wereld aanwijst en ruimte maakt zodat leerlingen zichzelf laten horen via kunstzinnig maken.

Belangrijk is dat dit samen gebeurt: een rap maken, een essay schrijven, een beeld ontwerpen. Door iets gezamenlijk vanuit iets eigens, vanuit ervaringen, te maken ontstaat gemeenschap. 'In dat proces worden leerlingen geen object van onderwijs, maar subject: personen die in dialoog met anderen vorm aan hun omgeving geven.' Daarbij gaat het volgens Hanke om meer dan de erkenning van ieders ervaring. ‘Leerlingen ervaren dat hun verhaal er mag zijn en dat ze er samen iets van kunnen maken.’

Praktisch kan dat betekenen dat een docent in een burgerschapsles leerlingen uitnodigt om vanuit hun eigen ervaringen een verhaal of beeld te maken dat gekoppeld wordt aan maatschappelijke thema’s. Ze geeft weer een voorbeeld. Een klas werkt rondom het thema armoede. Daarbij delen leerlingen hun eigen verhalen over schaamte of solidariteit in de vorm van spoken word. 'Zo wordt leren een belichaamde cognitie-oefening en ook een belichaamd proces van persoonlijke en gezamenlijke vorming.'

Pluraliteit

Hanke benadrukt dat dit werk vraagt om samenwerking, gelijkwaardigheid en erkenning van verschil, in onderwijs en onderzoek. Ze noemt de waarde van emic kennis: kennis die van binnenuit komt, vanuit voelen en door ervaring en die er altijd is, in ieders embodied mind, zoals het in het Engels zo raak is uit te drukken. En die ook verschillend is. 'Onze lichamen zijn verschillend, onze ervaringen en gevoelens zijn verschillend. Met verschil leren omgaan is een van de belangrijkste vraagstukken, ook in onderwijs en onderzoek. Dat vinden wij mensen moeilijk.Kijk maar eens om je heen, naar de politiek, naar het migratiedebat. We maken binnen groepen waar we zelf toe behoren de verschillen graag klein en vergroten ze bij anderen. Maar ja, we delen wel met elkaar samen deze wereld, dus laten we het met elkaar aangaan! In onderwijs en in onderzoek’. Dus, leraren, leerlingen, studenten en onderzoekers met en zonder vluchtverleden en andere ervaringen, moeten samen optrekken.

Afbeelding met tekst, poster, illustratie, grafische vormgevingAutomatisch gegenereerde beschrijving

Het onderzoeksproject Poort van Hoop waar Hanke deel van was illustreert dit. Studenten met een vluchtverleden vertelden over hun zoektocht in de Nederlandse samenleving aan het onderzoeksteam met twee onderzoekers met en twee onderzoekers zonder een vluchtverleden (waaronder Hanke). Op basis van het onderzoek maakte een filmmaker (met zelf ook een vluchtverleden) twee films over thema’s van vluchtelingstudenten, die oplichtten uit het onderzoek. Met een van die films gingen de co-onderzoekende studenten met een vluchtverleden weer in dialoog met zo’n 70 leraren van basis- tot en met hoger onderwijs. In dat onderzoeksproces ontstond niet alleen een product, maar ook een gemeenschap. ‘Wat je dan ziet,’ zegt Hanke, ‘is dat verhalen die anders niet gehoord worden ineens een plek krijgen. En dat raakt iedereen die erbij betrokken is.’

Onderwijs en onderzoek zijn voor haar geen gescheiden werelden, maar vormen van gezamenlijk zoeken. Het betekent dat scholen ‘communities’ kunnen worden waar kwetsbaarheid, creativiteit en expressie een structurele plek hebben.

Onderwijs en onderzoek zijn geen gescheiden werelden, maar vormen van gezamenlijk zoeken. Dat betekent dat scholen ‘communities’ kunnen worden waar kwetsbaarheid, creativiteit en expressie een structurele plek hebben.

Voor leidinggevenden en bestuurders ligt hier een impliciete opdracht: creëer randvoorwaarden voor deze co-creatie en het samen zoeken. Geef ruimte voor onderzoek als een geëngageerd leerproces, waarin stemmen van binnenuit serieus genomen worden. Zulke initiatieven maken zichtbaar wat anders onzichtbaar blijft.

Urgentie en opdracht aan het onderwijsveld

In wat Hanke zegt klinkt ook kritiek op het systeem door. Een doorgeslagen nadruk op eindtermen, meetbaarheid en een enge opvatting van cognitie leiden tot onderwijs waarin nauwelijks ruimte is voor belichaming, gevoel, het kunstzinnige en ervaringen. Onderwijs moet zich durven bevrijden van een eenzijdige fixatie op resultaten. Niet zozeer om kennis en vaardigheden af te schaffen, maar om die te plaatsen in een bredere pedagogische opdracht. Onderwijs dat leerlingen benadert als belichaamde subjecten in de wereld en dat kunstzinnigheid serieus neemt, maakt ruimte voor werkelijke vorming.

Uitnodiging als vertrekpunt

In zijn gesprek ervaarde Jelle Ris hoe Hanke als onderwijsmens spreekt en handelt: bedachtzaam, beeldend, in dialoog, met oog voor het kwetsbare en het kunstzinnige. Haar promotieonderzoek naar belichaamde subjectwording in de wereld en wat dat vraagt aan teacher artistry geeft woorden aan iets wat veel leraren voelen, namelijk dat goed onderwijs meer is dan kennisoverdracht, dat het een kunst is van improviseren, luisteren en ervaringen delen. Voor leraren betekent dit een uitnodiging om ruimte te maken en te nemen voor improvisatie en expressie in hun lessen. Voor opleiders is het een oproep om teacher artistry een expliciet onderdeel van de opleiding te maken. Voor leidinggevenden en bestuurders is het een kans om marges te scheppen waarin kunstzinnige en ervaringsgerichte pedagogiek kan bloeien.

Hanke laat zien dat onderwijs geen vast recept volgt. Het is kunstzinnig, een gezamenlijk zoeken naar wat de wereld vraagt en hoe we daarop kunnen antwoorden. Dat is geen eindpunt, maar een vertrekpunt. Een uitnodiging om onderwijs steeds opnieuw te maken, samen met de leerlingen en studenten die voor ons staan.

 

Reacties

0
Login of vul uw e-mailadres in.


Er zijn nog geen reacties
Delen:
Op de hoogte blijven?
Schrijf je in voor de nieuwsbrief