Stichting Nivoz logo
Sterkt leraren, schoolleiders en betrokkenen bij de uitvoering van hun pedagogische opdracht

Nivoz platform hetkind

Cok Bakker vraagt om meer verdiepende gesprekken in het onderwijs: ‘Laten we de plek der moeite opzoeken.’

21 december 2023

'Niemand is neutraal, iedereen heeft een bepaalde kleur in wat hij/zij doet', stelt hoogleraar levensbeschouwelijke vorming en lector normatieve professionalisering Cok Bakker. Op 1 februari 2024 verzorgt hij  de volgende NIVOZ-onderwijsavond, getiteld 'Het goede leren en het professioneel handelen van de leraar.' Hij vraagt daarin aandacht voor de waardengeladenheid van professionele keuzes en handelingen en pleit voor het verdiepende gesprek hierover. 'Vertrouwen kan ontstaan als je zichtbaar reflecterend werkt.' NIVOZ-medewerkers Leone de Voogd en Sabrina Alhanachi gingen alvast met hem in gesprek.

De impact die het onderwijs op leerlingen heeft, betekent dat er voortdurend goed nagedacht moet worden over de keuzes die we maken, stelt Cok Bakker. 'Beslissingen nemen moet, beoordelen moet, ook als je het maar half weet.' Die beslissingen en beoordelingen zijn gekleurd en hebben een onomkeerbare impact op leerlingen. Maar wanneer doe je in het onderwijs ‘het goede’ voor de leerling? Dat is volgens Bakker contextueel bepaald, maar heeft voor hem te maken met heelheid, welzijn, het gevoel van een geslaagd leven, én met verantwoordelijkheid nemen, zodat het goede ook om je heen tot stand kan komen. Dat verwijst ook naar een groter belang, namelijk naar het vreedzaam samen kunnen leven.

Het is nu aan leraren om een zingevend kader te ontwikkelen.

In de jaren ‘50 en daarvoor was religie een ordenend principe en wat Bakker intrigeert, is dat religie in de huidige samenleving gemarginaliseerd is. Waarden en normen kreeg je binnen een traditie als vanzelfsprekend mee. Dat hielp enorm om te beoordelen wanneer iets goed of fout was. Dat is nu weg. 'We hebben het kind met het badwater weggespoeld', zegt Cok Bakker. Het is nu aan leraren om een zingevend kader te ontwikkelen. Hij verwijst naar Alain de Botton, een Britse filosoof, die stelt dat de seculiere samenleving op zoek moet gaan naar manieren om structuur te geven aan het leven door te leren van religies. 'Er moet een herijking plaatsvinden van wat we collectief en individueel als een zingevend kader zien.' Het onderwijs speelt hierbij, volgens Bakker, vooral procesmatig een belangrijke rol. Het voeren van verdiepende gesprekken in de schoolse context is hierbij essentieel.


Waar staan we voor en waarom?
Verdiepende gesprekken zouden binnen scholen hoog in het vaandel moeten staan. Dit is zowel voor de ontwikkeling van leerlingen als voor de professionalisering van leraren van wezenlijk belang. Bakker noemt als voorbeeld identiteitsgevoelige discussies die gevoerd moeten worden. Vragen als ‘waar staan we voor en waarom?’, moeten regelmatig het onderwerp van gesprek zijn om het goede leren en professioneel handelen van de leraar te bevorderen. Zeggen dat je een christelijke school bent is niet genoeg. Wat betekent dit voor het al dan niet creëren van ruimte voor andere feestdagen of gebruiken zoals het suikerfeest of het dragen van een hoofddoek binnen de school? De ene christelijke school zal het standpunt innemen dat het niet past bij de christelijke identiteit en de andere zal het juist omarmen in verband met het gastvrijheidsprincipe binnen het christendom. Gezamenlijk dat gesprek aangaan is essentieel.

Het is van belang om je eigen waardesysteem te kennen om begrip te kunnen hebben voor het perspectief van de leerling.

Als het leren omgaan met verschillen binnen de school hoog op de agenda staat, betekent aandacht voor subjectificatie dat je leerlingen uitnodigt om zelf positie te bepalen in een bepaalde kwestie. Als leraar begeleid je dit proces, maar als de leerling een andere positie inneemt dan jij als leraar verwacht, dan vraagt dat van jou om stil te staan bij wat dat met jou doet. Het vraagt van de leraar om zichzelf een spiegel voor te houden. Hier wordt een beroep gedaan op wat Bakker de normatieve professionaliteit van de leraar noemt. Het is van belang om je eigen waardesysteem te kennen om begrip te kunnen hebben voor het perspectief van de leerling. In professionalisering zou dan ook meer aandacht besteed moeten worden aan de normativiteit van de professional.

Sta stil bij subjectieve waarneming
In zijn oratie stelt Cok Bakker dat 'professionalisering identiteitsontwikkeling is'. Professionele en persoonlijke identiteit zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden en horen niet apart van elkaar gezien te worden. Hoe je iets interpreteert is cruciaal in alle beroepen. Protocollen en standaardisering betekenen niets totdat een professional ze gaat toepassen en dat doet ieder op zijn manier. Die interpretatielaag is volgens Cok Bakker van belang. 'Wanneer je in de klas een bepaald protocol of curriculum toepast moet je je afvragen wat je op dat moment ziet. De subjectieve waarneming van wat je in die situatie ziet, is zo fragmentarisch en toevallig, filters zijn overal.' Van belang is dat je daar in het professionaliseringsproces bij stilstaat. Als je met collega’s hetzelfde observeert, is het essentieel om te reflecteren op wat eenieder heeft gezien en welke woorden en betekenis eenieder eraan geeft. Op basis hiervan creëer je kaders die je als gids kunt gebruiken bij jouw professioneel handelen als leraar. Dit helpt leraren om steeds beter ‘het goede’ te doen.

Vooroordelen zijn onbewust, en bewust maken betekent ook bereid zijn om daaraan te werken.

De grote slag die bij professionalisering gemaakt moet worden is bewustwording van die normativiteit die overal meespeelt. Als je daar bewust van bent, dan kan het ook ‘botsen’. Het onderzoek van Antoinette Kroes (2023), promovendus bij de Universiteit Leiden, kan hierin als voorbeeld gebruikt worden. De resultaten van haar onderzoek wezen erop dat witte meisjes positievere opmerkingen op hun rapport kregen dan jongens en kinderen met een migratieachtergrond. Kinderen met een migratieachtergrond kregen de meeste negatieve opmerkingen. Als je als leraar bewust bent van je normativiteit is het mogelijk dat je in deze situatie die ‘innerlijke botsing’ voelt. Noodzakelijk hierbij is om dit in een team tegen elkaar uit te spreken, te bespreken hoe je dan naar (impliciete) dominante normen voor goed gedrag kijkt, hier woorden aan te geven en er met elkaar over in gesprek te gaan. 'Vooroordelen zijn onbewust, en bewust maken betekent ook bereid zijn om daaraan te werken', stelt Cok Bakker. “Als witte man heb ik ook veel geleerd, want pas als je bewust bent, dan ontdek je wat je als ‘vanzelfsprekend’ ziet. Als ik bijvoorbeeld een projectvoorstel schrijf, dan doe ik dat met een bepaald gemak. Ik ben me ervan bewust dat zoiets niet voor iedereen is weggelegd.”

Creëer meer ruimte om ‘de plek der moeite op te zoeken’
Je bewust worden van de morele dimensie van het leraarschap en de waardengeladenheid van je professionele keuzes, vraagt om het voeren van verdiepende gesprekken waarbij je jezelf als individu maar ook als team een spiegel voorhoudt. Dat wordt weinig gedaan in het onderwijs. Hoe komt dat, vroegen we Cok Bakker. Hij noemt als oorzaak werkdruk en gebrek aan tijd en ruimte. Leidinggevenden zouden tijd en ruimte vrij moeten maken om 'de plek der moeite op te zoeken' zodat men daadwerkelijk het verdiepende gesprek met elkaar kan voeren. De behoefte in het onderwijs is volgens Cok Bakker toch dat men 'snel duidelijkheid wil krijgen en trage vragen wil vermijden. Men wil graag de makkelijke weg bewandelen. Opengooien van wat men doet en zegt, dat vertraagt en het is verleidelijk om daarvan weg te lopen.'

Verdiepende gesprekken over normatieve professionaliteit vraagt om vertrouwen.
Cok Bakker stelt dat professionalisering zich nu nog veelal richt op de instrumentele in plaats van de meer beschouwende kant. Op de vraag of vertrouwen een rol speelt bij het willen aangaan van die verdiepende, beschouwende gesprekken, zegt Cok Bakker volmondig 'Ja.' Het loslaten van harde uitspraken, of durven bediscussiëren van hoe je als team naar een bepaalde situatie kijkt, dat vraagt ook om collective efficacy. Het vraagt vertrouwen in het team dat je er ook samen uitkomt en het vergt een bepaalde wijsheid om op een diepere laag te willen en durven kijken. Om een gezamenlijk kader te creëren moet je het conflict durven aangaan en daar is vertrouwen voor nodig. Dat vertrouwen moet groeien en kun je nooit afdwingen. Daarbij is het van belang dat je een context creëert waarbinnen anderen ook vertrouwen in jou als individu kunnen hebben. Dat vertrouwen kan ontstaan als je zichtbaar reflecterend werkt en dat doe je door je steeds af te vragen ‘doe ik het goede?’ Daarbij ben je je bewust dat ook het antwoord daarop niet neutraal is, maar gerelateerd is aan jouw identiteit, aan wie jij bent in relatie tot de samenleving en je achtergrond. In tegenstelling tot Helma van der Hoorn, gastspreker bij de vorige onderwijsavond, meent Bakker dan ook dat je niet radicaal kunt vertrouwen in de ander en ervan uit kunt gaan dat ‘het wel goed komt’. Vertrouwen in de professionaliteit van de leraar, daar moet aan gewerkt worden.

Bakker is onze spreker op de Onderwijsavond van 1 februari 2024. Tijdens zijn lezing zal hij verder ingaan op hoe je aan het vertrouwen in de professionaliteit van de leraar kunt werken en waar je op moet letten. Hij zal inzichten delen over interne, onzichtbare kwesties die van invloed zijn op het professioneel handelen en wat er voor nodig is om óok deze kwesties, in professionalisering en onderwijs, ruimte te geven. Kaarten voor de onderwijsavond vind je hier.

Cok Bakker is theoloog/religiewetenschapper en onderwijskundige. Hij is als hoogleraar Levensbeschouwelijke vorming verbonden aan de Universiteit Utrecht en als lector Normatieve Professionalisering aan de Hogeschool Utrecht.

 

Reacties

0
Login of vul uw e-mailadres in.


Er zijn nog geen reacties
Delen:
Op de hoogte blijven?
Schrijf je in voor de nieuwsbrief