Stichting Nivoz logo
Sterkt leraren, schoolleiders en betrokkenen bij de uitvoering van hun pedagogische opdracht

Nivoz platform hetkind

Wijsheid in een regeltijd: op zoek naar de zin tussen de regels

2 december 2019

Op woensdagmiddag 20 november 2019 vond het onderwijsseminar Wijsheid in een regeltijd plaats op landgoed De Horst in Driebergen. In deze vijfde editie van dit jaarlijkse seminar, georganiseerd door het netwerk Werken met deugden, stond de ervaring van regeldruk in het onderwijs centraal en daarbij de verkenning van het perspectief van wijsheid als mogelijk tegenwicht.  

Praktische wijsheid
Wouter Sanderse - lector Beroepsethiek van de leraar en universitair docent Educatie - trapte de middag af met het onderzoeken van het begrip ‘praktische wijsheid’ in de context van professioneel handelen. Hoe kunnen wij praktische wijsheid begrijpen, wat is het nut, en wat zijn mogelijke nadelen?

Beginnend bij Margaret Thatcher laat Sanderse zien hoe met de opkomst van het marktdenken een bepaalde manier van kennis is gaan domineren. Het gaat hier om de logica van de bureaucratie of om een technische kennis die antwoord moest geven op de vraag naar goed werk. De logica van de professionaliteit is daarmee steeds verder op de achtergrond geraakt. Terwijl, zo stelt hij, de vraag naar goed werk beide logica’s in zich zou moeten dragen: de algemene technische (of evidence-based) kennis en de specifieke, professionele kennis (het Fingerspitzengefühl). Praktische wijsheid kan ons hierbij van dienst zijn, aldus Sanderse.

Praktische wijsheid is als begrip geworteld in de Artistotelische deugdethiek (Phronèsis). Vanuit die ethiek is de definitie van een deugd: ‘een houding die aanzet tot het maken van keuzes die het midden houden in relatie tot ons, bepaald door de rede, zoals een verstandig mens het zou bepalen’. Praktische wijsheid is dan ook een intellectuele deugd: het gaat om het perfectioneren van het denken dat moreel gekleurd is. Praktische wijsheid heeft een richting: het gaat erom bij te dragen aan het goede doen. Die nadruk op het doen, het handelen maakt de wijsheid praktisch. Daarbij is praktische wijsheid gebaseerd op ervaring.

Met andere woorden: praktische wijsheid geeft de professional de mogelijkheid tot goed handelen waarbij hij in staat is een oordeel uit een algemene categorie (de technische kennis) te plaatsen in een concreet en specifiek geval; deze leerling of deze patiënt. Sanderse geeft het voorbeeld van een wijkagent die een psychotische man tegenkomt, en met diens hond gaat wandelen - de agent heeft iets met dieren. Zijn handelen staat nergens beschreven in een protocol, maar is (goed?) aangevoeld in het moment.

Tot slot wordt er een aantal kanttekeningen bij het begrip praktische wijsheid geplaatst.  Zo stelt Sanderse: ‘praktische wijsheid moet niet individueel begrepen worden, het gaat altijd om een mores in een bepaalde context: de beroepsmores’. Een professional maakt beslissingen, maar deze zijn als het goed is niet louter gebaseerd op zijn privé-opvattingen of persoonlijke voorkeuren.

Daarbij is praktische wijsheid an sich niet voldoende om een goede professional te zijn, of om goed werk te doen. Het is een belangrijke deugd, maar andere intellectuele deugden zijn ook belangrijk.  

Als laatste punt stelt Sanderse dat praktische wijsheid zich nog onvoldoende kritisch verhoudt ten opzichte van het aspect van macht. Hij pleit voor ‘praktische wijsheid-plus’; een vorm van wijsheid die zich niet alleen in specifieke situaties laat zien, maar die ook een systemische en strategische oriëntatie heeft; die de vraag stelt, wie wint en wie verliest er door welke machtsrelaties?

Wouter Sanderse leert ons dat praktische wijsheid zich laat zien als jarenlange ervaring én als improvisatie; als doorleefde kennis én als virtuositeit. En dat praktische wijsheid een kunst is waarmee je je tussen de regels kunt begeven.  


Wijsheid vanuit de eerste persoon
Tina Rahimy - politiek-filosoof en lector Sociaal werk in de superdiverse stad op de Hogeschool Rotterdam vervolgt de middag. Zij start haar verhaal meteen heel persoonlijk: ze staat er met koorts en onder de paracetamol. De zelfonthulling is een feit en gaat verder: Wie is Tina Rahimy? Welke woorden horen bij haar? ‘Pittig en irritant’. Ze vraagt door waar anderen ophouden. ‘Is wijsheid niet altijd praktisch? En wat is eigenlijk praktisch?’ Ze heeft een hekel aan mensen die zeggen dat docenten zoveel vakantie hebben en haar neefje van 14 is wijzer dan menigeen bij elkaar.

Ze komt met een eigen ervaring in relatie tot praktische wijsheid. Een student die blijkt te zijn aangerand in een taxi komt overstuur bij haar. Tina vraagt haar waar ze behoefte aan heeft, om op dat moment meteen te constateren hoe makkelijk die vraag is, hoezeer die vraag buiten haar om gaat. Hoe weinig ze daarin zichzelf heeft ingebracht. Was dat een voorbeeld van wijsheid? Nee, dat werd het pas toen ze vertelde dat ze zelf ook zoiets heeft meegemaakt en daarmee geen docent meer was, maar medemens. Toen de wetenschappelijke logica had plaatsgemaakt voor het verhaal. Zoals ook Toon Tellegen laat zien in het verhaal van de krekel, aldus Rahimy. De krekel die het binnenste naar buiten haalde. Maar toen gingen de ogen naar binnen; hij zag dus zijn buitenste niet. Dus keerde hij zich weer naar buiten, kreeg wat honing van de mier, en was gelukkig.

Aan de hand van verhalen maakt Rahimy het onderscheid tussen twee rollen van de docent. Aan de ene kant staat de ambigue leermeester: iemand van wie je heel veel leert, maar die je ook klein maakt en die je probeert om te vormen naar eigen evenbeeld. Deze docent deelt mede. De andere docent is de onloochenbare inspirator. Hij begeeft zich in het moment, erkent dat hij zonder overzicht moet handelen en vertrouwd op zijn grote schat aan verhalen. Deze docent deelt.

Ze eindigt haar verhaal opnieuw heel persoonlijk en zichtbaar geraakt. Ze moet ons iets bekennen: ze is een verrader. ‘Ik wil eindigen met de naam die ik mijzelf heb gegeven, de verborgen naam. Ik kan hier niet staan zonder dat ik het daarover met jullie heb gehad. Ik heb namelijk verraad gepleegd, ik ben een verrader. Ik ben gestopt met mijn docentschap. Je zou kunnen zeggen vanuit praktische wijsheid. Ik probeerde het werk als lector te combineren met mijn docentschap, dus maakte ik tachtig uur of meer per week. Maar ik zeg: ik heb verraad gepleegd. Mensen om mij heen hebben me getroost, maakten me duidelijk dat het een verstandige beslissing was. Waarom voel ik verraad? Ik ben een dochter van een leraar. Wat voor leraar? Een leraar in een tijd en situatie waar het niet gewoon was om leerlingen te empoweren. Mijn papa heeft in die context lesgegeven, maar hij werd ontslagen. Hij was een onloochenbare inspirator. En als ik hem vertelde over mijn docentschap, dan zag ik de twinkeling in zijn ogen terug. Totdat ik hem onlangs zei: “Papa, ik stop”. Ik zag de teleurstelling in zijn ogen. “Je hebt het gevecht opgegeven, maar ik snap het wel”.

‘’Dus, al ben ik een verrader, verraad mijn vader niet. Wees een onloochenbare inspirator!”

We leren van Tina Rahimy dat praktische wijsheid persoonlijk is en relationeel. Dat heeft ze niet verteld, dat heeft ze laten zien.

Morele jazz

Er is dus echt onwijs veel te zeggen over wijsheid,
en nu moeten wij hier morele jazz spelen, vanuit onze Fingerspitzen.
Terugkijken op wat er klonk en alvast een beetje vooruitblikken op de workshops straks.
Ik wacht op de mieren die honing komen brengen,
maar misschien zit die honing wel in jullie blik terug.
Misschien is dat de honing.

Zo begint het gedicht van Anouk Saleming begeleidt op de cello door Bart van Rosmalen. Anouk en Bart leveren een bijdrage aan deze middag vanuit een muzisch perspectief. Het muzische intermezzo heeft wel wat weg van morele jazz, zoals Wouter Sanderse dat noemde.

Er blijken overeenkomsten te zijn tussen praktische wijsheid en morele jazz, of sterker gezegd, misschien is morele jazz wel een vorm van praktische wijsheid en andersom! Het gaat namelijk in beide gevallen om de vaardigheid om in een specifiek geval noties over het goede concreet te kunnen maken. Dat doen Bart en Anouk en dat doet de professional die vanuit praktische wijsheid handelt. Vanuit improvisatie en vanuit virtuositeit. Bart noemt dit de wijsheid van het wijsje: daar waar de open aandachtigheid vorm krijgt. Daar waar hij in dialoog is met het werk dat ontstaat. Zowel in praktische wijsheid als in het werk van Anouk en Bart horen we de zin tussen de regels.

Een wending van denken
In het slotwoord  van deze middag stelt Luc Stevens dat praktische wijsheid een wending van denken vereist; een wending van kennis naar handelen. We moeten reflecteren op ons handelen, maar ons hele onderwijs insisteert op het primaat van de kennis. Praktische wijsheid gaat daarbij altijd over het subject dat handelt (deze beoefent) en is daarmee van een andere aard dan ‘kennis’.  

Tot slot, je zult altijd een doel moeten hebben. Waarvoor gaan we aan het werk? Waarvoor gaan leerlingen naar school? Praktische wijsheid gaat over de verbinding tussen mensen. Daar is soevereiniteit en moed voor nodig. In de zin van oorspronkelijkheid. Als we vanuit oorspronkelijkheid handelen, dan laten we leerlingen en studenten zien hoe het kan zijn.

Dit verslag is van de hand van Eveline Oostdijk, wetenschappelijk medewerker en verbonden aan de NIVOZ-denktank, en Marcel Becker, universitair hoofddocent Ethiek bij de Nijmeegse Radboud Universiteit.

Reacties

1
Login of vul uw e-mailadres in.


Toon vissers
4 jaar en 4 maanden geleden

Als deelnemer ben ik vol lof over dit seminar. De lezingen waren boeiend en van hoogstaande kwaliteit. De muzikaal-poëtische begeleiding was prachtig!

Login of vul uw e-mailadres in.


Delen:
Op de hoogte blijven?
Schrijf je in voor de nieuwsbrief