Wat studiekeuzestress aan het licht brengt
9 mei 2019
De inschrijfdatum van 1 mei is achter de rug en in veel huishoudens wordt opgelucht ademgehaald: de studie is gekozen. Een vervolgstudie kiezen veroorzaakt stress bij veel jongeren. Waarom? 'Ik kan niet kiezen' is een veelgenoemd argument, maar dat is vaak niet terecht. Scholieren hebben eerder in hun leven immers al vele keuzes met goede afloop gemaakt. Er is iets anders aan de hand: de basis wankelt. Een studie kies je op basis van zelfkennis en kennis over de wereld om je heen. En juist daar ontbreekt het studiekiezers vaak nog aan. Loth van Veen is voormalig docent en richtte vijf jaar geleden Intermijn op, omdat zij vond dat leerlingen op school vaak niet goed worden voorbereid op het maken van een weldoordachte studiekeuze. Ze deelt haar belangrijkste inzichten rondom het voorkomen van studiekeuzestress.
‘In mijn werk als docent Nederlands in het voortgezet onderwijs kreeg ik voor het eerst met studiekeuzestress te maken. Naïef als ik was dacht ik dat onze leerlingen na vijf of zes jaar intensieve begeleiding volledig klaargestoomd waren voor volgende stappen in het leven Niets bleek minder waar. Veel leerlingen worstelden met keuzestress en een groot aantal leerlingen koos voor een tussenjaar.
Later, als docent in het hbo, vielen mij de hoge uitvalcijfers in het eerste jaar direct op. Maar onze 33 procent uitval bleek landelijk gemiddeld te zijn. Mijn mond viel open…
Ik ben mij gaan verdiepen in de studiekeuze en studiesucces en concludeerde dat:
- veel van de leerlingen die ik sprak zich richtten op het slagen voor hun eindexamen, niet op het maken van een studiekeuze
- studenten vaak het idee hadden zich niet voldoende te hebben georiënteerd. Een open dag bezoeken of een website bekijken blijkt onvoldoende basis te bieden voor de keuze van een vervolgopleiding. Verwachtingen van de opleiding komen hierdoor vaak niet overeen met de realiteit
- veel studiekiezers (en ouders) hun zoektocht startten bij het aanbod van opleidingen. Websites bekijken, open dagen bezoeken: al gauw zagen velen door de bomen het bos niet meer. Niet zo gek met ruim 2.500 opleidingen waar je uit kunt kiezen
- studenten de vraag ‘welke opleiding past bij jou?’ niet goed konden beantwoorden
Ik heb een intensief studiekeuzeprogramma opgezet. De afgelopen vijf jaar heb ik samen met mijn team veel studiekiezers op weg geholpen. De volgende vragen keren steeds terug in onze begeleiding:
Vraag 1: wil je studeren?
Veel studiekiezers hebben het idee dat van hen verwacht wordt om meteen na het behalen van het examen te gaan studeren. Ik vind het belangrijk om terug te gaan naar de basis: past dit ook echt bij jou? Ik bespreek de verschillende opties met de studiekiezer: studeren, werken, een tussenjaar, mbo, hbo of universiteit. Elke optie is er eentje die we bewust afwegen.
Vraag 2: wat kun je goed en wat is belangrijk voor je?
Studiekiezers wordt gevraagd om een opleiding te vinden die bij hen past, of waar ze gelukkig van worden. Hoewel dit een mooie motivatie is om een studie te kiezen, is het geen makkelijke opgave, want waar word je nu gelukkig van als zestien/zeventien/achttienjarige? Op het moment dat je een studie vindt waarin je je kwaliteiten kunt inzetten en waarin je jouw ‘waarden’ herkent, zul je er meer plezier uithalen en zal dit meer motivatie opleveren. Het opdoen van ervaringen en daarop reflecteren, helpt studiekiezers meer zelfkennis op te doen.
Vraag 3: welke studies passen bij jou?
Door de studiekiezer als uitgangspunt te nemen in plaats van het enorme aanbod, draai je de zoektocht eigenlijk om. Op het moment dat er voldoende zelfkennis is opgedaan, kun je op basis daarvan het enorme aanbod studies langs gaan. Mijn ervaring is dat kiezen dan veel gemakkelijker gaat. Binnen no time kom je tot een behapbare selectie van studies. En die selectie kun je vervolgens grondig gaan onderzoeken.
Vraag 4: hoe krijg je een realistisch beeld van een studie en het werkveld?
Op internet is veel informatie te vinden over opleidingen. Maar een dag ervaren hoe het is op een studie geeft toch een completer beeld. Ik stimuleer studiekiezers om zich aan te melden voor een meeloopdag of proefstudeerdag. Je kunt van tevoren samen vragen opstellen die ze kunnen stellen. Ook belangrijk is, dat studies in verschillende steden worden aangeboden. De opleiding Toerisme in Rotterdam richt zich bijvoorbeeld op internationale reizen , terwijl de opleiding in Wageningen juist is gericht op ecotoerisme. Ook gaan onze studiekiezers in gesprek met professionals over hun loopbaan en dagelijks werk en onderzoeken ze bijvoorbeeld de baankansen. Kortom: onderzoek de studies zo grondig mogelijk.
Vraag 5: hoe kies je nu echt?
Uiteindelijk weet je pas of je de goede keuze hebt gemaakt op het moment dat je het aan het doen bent. Door je van tevoren een zo realistisch mogelijk beeld te vormen van een opleiding kun je wel een goede inschatting maken. Ik probeer steeds aan te geven dat het kiezen van een studie om lef vraagt en relativeringsvermogen: een studiekeuze maken is belangrijk, maar niet levensbepalend! Geef wellicht voorbeelden uit je eigen loopbaan, of raad ze aan eens met ouders te praten over hun loopbaan.
Vraag 6: hoe ga je je voorbereiden?
De overstap van het voorgezet onderwijs naar het hoger onderwijs is groot. Het is belangrijk om ook hieraan aandacht te besteden zodat studiekiezers hierop zijn voorbereid. De hoeveelheid stof is bijvoorbeeld veel groter, hoe leer je daarvoor? Daarnaast moet je op tentamens voldoende halen voor het behalen van studiepunten, je kunt niet meer voor slechte cijfers compenseren.
De juiste studiekeuze maken is geen kwestie van magie, het is hard werken. Zelfkennis, lef en relativeringsvermogen helpen je daarbij. Als begeleiders kunnen wij hierin veel betekenen. Wanneer we jongeren stimuleren om al tijdens hun middelbareschooltijd stil te staan bij bovenstaande vragen en we hen begeleiden bij het vinden van de antwoorden kunnen we hen behoeden voor heel wat onnodige studiekeuzestress.
Loth van Veen was zeven jaar docent in het voortgezet onderwijs (UniC, Utrecht). Daarna gaf ze vier jaar les op de Marnix Academie in Utrecht. Sinds 2014 heeft ze een eigen studiekeuzeorganisatie (Intermijn).
Afbeelding van Gino Crescoli via Pixabay
Reacties