Stichting Nivoz logo
Sterkt leraren, schoolleiders en betrokkenen bij de uitvoering van hun pedagogische opdracht

Nivoz platform hetkind

De school midden in de maatschappij: Hoe bouw je samen aan een stevige pedagogische basis? - boekbespreking

8 mei 2025

Chaja Deen en NIVOZ-medewerker Leone de Voogd troffen elkaar meermaals bij bijeenkomsten rondom het thema prestatiefascinatie. Ze bleken beiden aan een boek te werken dat uitnodigt tot breder kijken naar onderwijs. Een boek dat oproept tot samen bouwen aan onderwijs vanuit de pedagogische opdracht. Begin dit jaar verscheen van Chaja Deen en Anja Verwoerdt ‘De school midden in de maatschappij’. Vol verwachting begon Leone met lezen, terwijl ze de laatste puntjes op de i zette van het boek ‘Bouwen aan breedvormend onderwijs’. Nu heeft ze ook tijd gevonden er iets over te vertellen.  

“De vraag is niet of kinderen klaar zijn voor de maatschappij, maar of de maatschappij klaar is voor onze kinderen”. Met deze treffende quote van Micha de Winter opent het boek. Het is meteen duidelijk dat het de auteurs in het onderwijs om meer te doen is dat het ‘klaarstomen’ van leerlingen. In dit boek gaan ze op zoek naar pedagogische antwoorden op maatschappelijke opgaven als armoede, discriminatie, klimaatverandering, de invloed van sociale media en prestatiedruk.  

Het gaat in dit boek wel degelijk ook over de vraag hoe de school met pedagogische partners kinderen kan helpen hun plek te vinden en hen daarvoor toe te rusten. Daarbij staat “empowerment” van leerlingen echter centraal: hun stem dient gehoord en serieus genomen te worden. Dat vraagt om anders kijken, anders denken en anders doen.  

Doel van de auteurs is niet alleen de empowerment van leerlingen, maar ook van schoolteams. Ze vragen aandacht voor de brede maatschappelijk opdracht, “niet ondanks, maar omdat er druk staat op het onderwijs”. Lerarentekort en werkbelasting vragen om een blik naar buiten. Juist het schoolhek wijd open zetten kan bijdragen aan ontwikkeling en verdieping van wat onderwijsprofessionals al doen.  

Tot zover het voorwoord en de intentie van het boek. Wat volgt? Wie de uitgebreide inhoudsopgave bekijkt, kan even overweldigd raken door de veelheid aan onderwerpen. Tegelijkertijd laat dit de rijkdom van het boek zien en helpt het om specifieke thema’s op te zoeken. Het is geen boek om van A tot Z te lezen, maar om in te grasduinen en om regelmatig weer even op te pakken om een thema verder te verkennen en met elkaar te bespreken. Daartoe biedt elk hoofdstuk reflectievragen en een lijst met bronnen, links en QR-codes ter verdieping en inspiratie.  

Collectieve empowerment 
Het eerste deel van het boek gaat over de maatschappelijk opgave van de school: het laat zien welke omgevingsinvloeden en zijn en voor welke opdracht het onderwijs staat. Hierin onderbouwen de auteurs het belang van bouwen aan een brede pedagogische basis en werken ze verder uit wat dit betekent, aan de hand van vele denkers, theorieën en modellen. 

Het onderwijs wordt te veel gestuurd door een mentaal model van maakbaarheid en door meritocratisch denken. Wanneer we mensen op hun ‘merites’ beoordelen, worden de vele externe factoren die van invloed zijn op ontwikkeling onvoldoende gezien. In het verlengde van de maakbaarheidsgedachte zijn we ook geneigd ons te focussen op problemen van jeugdigen en het verhelpen of repareren daarvan. Ondertussen missen we kansen om de dingen die wel goed gaan te benutten om problemen te verminderen. Juist een brede pedagogische basis en samenwerking rondom kinderen kan helpen om problemen te normaliseren en niet tot individuele aangelegenheid te maken. In plaats van te focussen op een individueel plan, zou de vraag ook kunnen zijn hoe het onderwijs beter kan voor alle kinderen.  

Een belangrijke opdracht voor pedagogen is het vergroten van agency, dat in dit boek eenvoudig gedefinieerd wordt als “het vermogen, het zelfvertrouwen en de mogelijkheden om iets te doen dat belangrijk voor je is.” Het gaat erom dat zowel jeugdigen als hun ouders grip kunnen ervaren op hun leven, ondanks de onvermijdelijke onzekerheden en moeilijkheden. Het inzetten op empowerment, zowel van jeugdigen als van schoolteams en andere volwassenen, zien de auteurs nadrukkelijk als iets collectiefs. Het gaat erom dat groepen mensen samen het gevoel hebben dat ze verschil kunnen maken. Dat kan ook betekenen dat er aanpassingen in de omgeving nodig zijn om agency te vergroten.  

Hoe is mooi om de door de auteurs bepleite brede blik ook in dit boek steeds tegen te komen. Zoals ze het begrip agency en empowerment breed neerzetten, vragen ze ook aandacht voor de verwevenheid van thema’s die onderdeel uitmaken van de brede opdracht van het onderwijs. Kansenongelijkheid, armoede, uitsluiting, pesten en prestatiedruk kunnen allemaal op elkaar inwerken. Ook balans aanbrengen in de beeldvorming over ‘hoger’ en ‘lager’ onderwijs is bijvoorbeeld onderdeel van de opdracht van het onderwijs.  

Participatie en perspectieven in en om de school  
Deel 2 en 3 van het boek gaan uitgebreid in op empowerment in en rond de school. Hoe verken je samen je visie en ontwikkelambities? Hoe zet je verandering in gang en hoe werk je daar met een krachtig team aan? Hoe betrek je partners bij veranderingen? Hoe versterk je het pedagogisch-didactisch klimaat in de klas en hoe kun je vanuit vertrouwen naar leerlingen kijken? Ook hier passeren veel bronnen en aanpakken de revue, variërend van pedagogische tact tot positive behaviour support. Hoe dit verschillende benaderingen zich tot elkaar verhouden is niet altijd duidelijk, maar het biedt de lezer wel een rijk palet om zich op te oriënteren. Daarnaast worden voortdurend praktijkvoorbeelden gegeven aan de hand van zowel bestaande scholen als fictieve casussen die illustratief zijn voor bepaalde maatschappelijke opgaven.  

Participatie van leerlingen en ouders neemt een belangrijke plek in. Wanneer leerlingparticipatie een serieuze rol speelt in de school, versterkt dat leerlingen én de school. De school wordt zo van hen. Dit geldt net zo goed voor ouders, die vanuit hun eigen ervaring en achtergrond veel in kunnen brengen en bruggen kunnen slaan. De auteurs waarschuwen ook voor structurele ongelijkheden in partnerschap met ouders, wanneer hun betrokkenheid beoordeeld wordt vanuit dominante (vaak westerse) normen en verwachtingen. Ook het informele netwerk van leerlingen en gezinnen kan positief ingezet worden, doordat het bijdraagt aan sense of belonging en jeugdigen hier voorbeeldfiguren treffen, verantwoordelijkheden krijgen en zo zelfvertrouwen kunnen opdoen.   

Ook de samenwerking met (semi)formele partners, zoals jeugdzorginstellingen, en de gemeente komt aan bod. De auteurs geven veel uitleg over verschillende taken, rollen en procedures bij de gemeente waar de school mee te maken kan krijgen of gebruik van kan maken. Beleidstaal is in dit gedeelte alomtegenwoordig en staat misschien wat ver van de praktijk van sommige leraren, maar de informatie die hier is samengebracht biedt goede tips en ingangen voor onderwijsprofessionals die bezig zijn met de brede opdracht en partnerschap willen versterken. Bij elke samenwerking met buitenschoolse partners is het goed om een gemeenschappelijk beeld te krijgen van de gedeelde én specifieke belangen, opgaven en mogelijkheden, omdat misverstanden hierover regelmatig de samenwerking belemmeren.  

Bouwen aan brede kwaliteit 
Het vierde en laatste deel van het boek gaat over de vraag hoe je koerst op de kwaliteit van die brede basis? Hoe bouw je samen aan een lerende organisatie, wat betekent dat voor het leiderschap en hoe evalueer je de voortgang? Het model van Senge over lerende organisaties wordt uitgebreid besproken, met aandacht voor het belang van een gezamenlijke en gedragen schoolvisie (ook door leerlingen, ouders en partners!) en van reflectie op mentale modellen. Hoe denk en doe je, welke normen en blinde vlekken heb je? Voor teamleren is het daarnaast belangrijk om oog te krijgen voor wat er speelt onder de oppervlakte van samenwerking: is er wel een gedeelde urgentie, is er vertrouwen, gelijkwaardigheid en psychologische veiligheid? Ook hier speelt ‘erbij horen’ of sense of belonging een grote rol.  

Dat vraagt dus ook om leiderschap dat die veiligheid en feedback en innovatie voorleeft. De auteurs pleiten voor gespreid leiderschap, waarbij je leiderschapsrollen verwerft en toegekend krijgt, op basis van specifieke competenties en expertise. Leren in een team kan verder versterkt worden door waarderend onderzoeken: wat gaat er al goed en kan uitgebouwd worden? In de schoolcultuur zal tot slot altijd een balans gevonden moeten worden tussen stabiliteit en flexibiliteit en tussen interne en externe gerichtheid. Soms is het nodig te versnellen en resultaten neer te zetten en soms is meer aandacht nodig voor vertraging en gedeelde betekenisverlening.  

De auteurs sluiten af met de bespreking van een door het NJI ontwikkeld ‘kwaliteitskompas’. Dit bestaat uit ‘bouwstenen’ waartussen je heen en weer kunt springen om verschillende aspecten van je onderwijs en brede pedagogische basis onder de loep te nemen. De bouwstenen ‘geven een handvat om je acties te richten en te evalueren’. 

Die laatste woorden, alsmede het hele laatste deel van het boek over de lerende organisatie, klinken herkenbaar in de oren vanuit het Programma Breedvormend Onderwijs. Ook daarin formuleerden we bouwstenen die kunnen helpen als kijkkader en startpunt voor dialoog en onderwijsontwerp. En we ontdekten hoe belangrijk een lerende en onderzoekende organisatie is om te blijven bouwen aan breedvormend onderwijs. Daar waar we in ons boek misschien nog meer de nadruk leggen op de pedagogische opdracht en oriëntatie van onderwijsprofessionals, geeft ‘De school midden in de maatschappij’ vele aanknopingspunten om breedvormend onderwijs binnen maar vooral ook in samenwerking met partners rondom de school vorm te geven. Zo kunnen de boeken elkaar wellicht versterken en een mooi startpunt (of vervolg) bieden voor de dialoog in en rondom de school. 

Leone de Voogd is onderzoeker, schrijver, adviseur i.r.t. onderwijs en pedagogiek. Ze deed een PhD naar preventie van angst en depressie bij jongeren en is momenteel teamleider van de NIVOZ-redactie.

Reacties

0
Login of vul uw e-mailadres in.


Er zijn nog geen reacties
Delen:
Op de hoogte blijven?
Schrijf je in voor de nieuwsbrief