'Engagement impliceert in relatie staan en uithouden dat je bepaalde dingen niet onder controle hebt'
18 juli 2022
Woensdag 14 september verzorgt Geert Kelchtermans de eerste van een reeks nieuwe onderwijsavonden met als jaarthema De betekenis van verschil. Over inclusief onderwijs en het handelen van de leraar. Hij zal spreken over het professioneel handelen en de morele oordeelsvorming van de leraar, de kwetsbaarheid van het vak en over moed en bemoediging: waarom is het nodig en waar haal je het vandaan? NIVOZ-medewerker Leone de Voogd sprak hem in de aanloop naar deze avond.
Wat roept het jaarthema bij u op?
'Ik vind het eigenlijk wel een goede titel, de betekenis van verschil. Want verschillen an sich zijn niet zo relevant. Mijn ene vulpen schrijft blauw, de andere zwart... Het wordt pas relevant als het betekenis krijgt. Je kunt verschillen erkennen en tegelijkertijd kijken wat ons verbindt. Ik denk dat dat een belangrijke opdracht is. Alle mensen zijn verschillend. Dat is fascinerend en tegelijkertijd verschrikkelijk lastig. Als we de boel nou eens zouden kunnen standaardiseren, dan hoefde het allemaal niet zoveel moeite te kosten. Ik vind het mooi wat Hannah Arendt daarover zegt, dat elke geboorte van een mens de belofte inhoudt dat er iets geheel nieuws begint. Als leerkracht moet je de ruimte geven zodat dat nieuwe kan beginnen, maar tegelijkertijd jongeren inleiden in de wereld die er is.'
Wat heeft de pedagogiek te bieden in dit soort vraagstukken ?
'Het belang van de pedagogiek neemt alleen maar toe. In opleiding en onderzoek zie je dat aandacht en geld vooral gaan naar evidence-based formats, maar daar kun je eeuwig mee bezig blijven, want dat werkt gewoon niet. Dat heeft alles te maken met het pedagogische. Hét kind bestaat niet. Wel dit kind, Hanne, die toevallig zes jaar is en die voor mij staat. Ook dé leraar, dé school, bestaat niet. Er bestaat alleen deze school, waar op dit moment deze mensen het team vormen, en dat bepaalt wat er gebeurt. De consequentie is dat je wetenschappelijke kennis altijd verbonden moet zijn met een context. De praktijk is altijd het begin- en eindpunt. Dat moet je niet afdoen als anekdotiek. Het gesprek over waarom je bepaalde dingen wel of niet doet is veel lastiger dan zeggen: ‘Ik ben voor inclusief onderwijs’. Als je het algemeen genoeg houdt, is iedereen voor.'
Je wordt geen leraar als je niet op een of andere manier gefascineerd bent door verschillen tussen leerlingen.'
Wat betekent dat voor het handelen van de leerkracht?
'Het vak van de leerkracht wordt intrinsiek gekenmerkt door kwetsbaarheid. Je moet oordelen en handelen, zonder dat je daarbij beschikt over een onbetwistbare basis. Zeker in een context waarin ouders niet alleen mondiger zijn maar ook steeds vaker dreigen met juridische stappen. Dan sta je als pedagoog machteloos, omdat de logica van het recht een heel andere is. De wet moet op dezelfde manier gehanteerd worden voor iedereen. Terwijl je pedagogische argumenten zullen zijn: ‘beste ouders, ik heb dit en dat in afweging genomen en geoordeeld dat het voor uw zoon of dochter op dat moment het beste was om...’ Dat vraagt moed en oordeelsvermogen. Ik begrijp ook goed dat leraren, misschien tandenknarsend, toch regeltjes, standaarden en voorschriften omarmen, omdat ze denken zich alleen zo in te kunnen dekken. Tegelijkertijd snijden ze zo de ader van hun beroepsmotivatie af. Je wordt geen leraar als je niet op een of andere manier gefascineerd bent door verschillen tussen leerlingen.'
Waar haal je de moed vandaan om met die kwetsbaarheid om te gaan?
'De essentie van de kwetsbaarheid van het vak is dat je verantwoordelijk bent, moet handelen en verantwoording moet afleggen, maar niet alles onder controle hebt. Een kernelement van het leraarschap is dat uithouden. Je kunt het niet oplossen. Ik merk dat die boodschap nog te weinig gegeven wordt. Mensen reageren enthousiast en dankbaar als iemand die dan toevallig hoogleraar is dat met zoveel woorden uitspreekt.'
Leraren weten zelf ook dat ze veel niet onder controle hebben, maar voelen zich daar wellicht ook schuldig over?
'Het huidige discours is er een van individuele verantwoordelijkheid. Je moet voortdurend kiezen en wordt afgerekend op je handelen, in plaats van dat je bevraagd wordt. Wat leraren moeten ontwikkelen is dat ze in staat en bereid zijn om hun redeneringen te delen. We moeten gewoon erkennen dat er geen rechttoe rechtaan antwoorden zijn in ons vak. Daar zit natuurlijk ook de drijfveer en de grote bron van voldoening in. Als je je kunt verzoenen met de situatie waarin je de essentiële dingen die ertoe doen toch niet helemaal onder controle hebt, ontstaan ook de mooie dingen. Bijvoorbeeld het merkwaardige fenomeen dat een leerling plotseling interesse begint te vertonen voor jouw vak: dat overkomt je. Het is precies omdat het nooit van tevoren 100% diagnosticeerbaar is, dat je positief verrast kan worden. Dat is een ongelooflijk belangrijke boodschap in een wereld die aan zijn eigen technocratische waanzin ten onder gaat.'
Je moet jezelf niet afsluiten, want onverschilligheid is dodelijk
We richten onze blik dit jaar ook in het bijzonder op de grootstedelijke context, waarin leraren leerlingen tegenkomen waar ze grote zorgen om hebben en waarbij ze soms worstelen met de vraag waar hun rol of verantwoordelijkheid ophoudt. Moet je daarin grenzen stellen aan je engagement?
'Je hebt wat ik noem ‘E-kwadraat’ nodig: expertise en engagement. Ze versterken elkaar en werken niet zonder elkaar. Iemand kan er met hart en ziel voor de leerlingen zijn vanuit een soort opvoedersrol en dan zeggen leerlingen: ‘Als u nou gewoon wiskunde zou onderwijzen, zou dat heel fijn zijn’. Het omgekeerde werkt ook niet: als ik als leerling enkel blijk moet geven van een bepaald niveau van wiskunde, maar leerkrachten mij niet zien als een persoon… Engagement impliceert in relatie staan en uithouden dat je bepaalde dingen niet onder controle hebt. Je moet jezelf niet afsluiten, want onverschilligheid is dodelijk. Niet alleen vanwege het effect op leerlingen, maar ook voor jezelf. Als het je niks doet of leerlingen het goed doen of je vak interessant vinden, dan lijkt me dat vreselijk.
Om het professioneel zelfverstaan van leraren boven water te krijgen, laat ik ze vaak hun beste of slechtste leerkracht beschrijven. Dat is vaak heel uiteenlopend. Soms is de beste leraar iemand die streng en veeleisend is, veel expertise van een vak heeft en geen moeite doet om vriendelijk te zijn, maar die wel communiceert dat het hem echt wel wat uitmaakt of de leerlingen het straks kennen of niet. Dat lijkt zakelijk, maar daar heb je ook die combinatie van expertise en engagement. Het heeft dus niets te maken met iets softs als ‘als ze zich maar goed voelen’.'
Welbevinden zou geen doel op zich moeten zijn?
'Nee, ik heb ook weleens een pleidooi gehouden voor de pedagogiek van het onbehagen. De uitdaging is een situatie te creëren waarin leerlingen zich voldoende ongemakkelijk voelen, waardoor een bepaalde vorm van concentratie en aandacht ontstaat die het leren en ontwikkelen faciliteert. Dat een leerling denkt: ‘oké hier moet ik iets mee, maar wat?’. Ook leraren hebben dit soort schokjes of ‘bumpy roads’ nodig om zich professioneel te ontwikkelen.'
U zegt dat het leraarschap moed en oordeelsvermogen vraagt. Betekent dat soms ook vanuit een morele overtuiging tegen de regels ingaan?
'Ja, maar dat moet zich ook vertalen in de manier waarop de school als organisatie dat mogelijk maakt. Anders wordt het beperkt tot een kwestie van de individuele leraar die maar genoeg moed moet hebben. Om dat menselijkerwijs mogelijk te maken in het systeem waarin we zitten, heb je een omgeving nodig waar je verhalen kunt delen en elkaar kunt versterken. Dat vraagt dus ook iets van leidinggevenden, structuren en manieren van werken. Lerarenontwikkeling én schoolontwikkeling zijn twee kanten van dezelfde medaille en hebben elkaar nodig. De school als organisatie moet zich ontwikkelen, maar de leraar moet ook binnen bepaalde organisatorische en systemische krijtlijnen functioneren. De uitdaging voor een leidinggevende is te bepalen wat de optimale elasticiteit van structuren is: je moet managen en ook de moed hebben om uitzonderingen te maken. Als alles kan, rekt alles alle kanten uit. Maar als we alles in beton gieten, gaan mensen zich ook gedragen alsof ze opsloten zitten en er niets aan kunnen doen.'
Hoe kun je mensen voorbereiden op een beroep waarvan de kern erin bestaat recht te doen aan individuele verschillen tussen mensen, en ze tegelijkertijd te kwalificeren om in de actuele samenleving adequaat te kunnen functioneren?
U schetst het leraarschap als een grote uitdaging. Hoe leid je mensen hiervoor op?
'Dat is ook voor opleiders een grote uitdaging: hoe kun je nu mensen voorbereiden op een beroep waarvan de kern erin bestaat recht te doen aan individuele verschillen tussen mensen, en ze tegelijkertijd te kwalificeren om in de actuele samenleving adequaat te kunnen functioneren? Met een diploma van de lerarenopleiding worden mensen 40 jaar lang losgelaten op toekomstige generaties. Dat is toch een verpletterende verantwoordelijkheid? Wie durft dat nu aan? Dan kun je twee dingen doen: ofwel proberen maximaal op zeker te spelen, alles vastleggen en voorspellen. Ofwel zeggen ‘als we ons vastzetten dan draaien we dat wat de kern uitmaakt de nek om’. In die spanning staan en daarmee om te gaan, dát is voor mij de uitdaging waartoe de structurele kwetsbaarheid van het leraarschap ons dwingt.'
Voordat u uw kruit al verschoten heeft voor de onderwijsavond nog een laatste vraag: heeft u kijk- of leestips voor onze lezers?
'De HBO-reeks The Wire, seizoen 4. Dat gaat over onderwijsbeleid in de grootstedelijke context van Baltimore. Het is eigenlijk een politiereeks, maar het complexe samenspel van scholen, drugs in de buurt en lokaal schoolbeleid wordt zó goed neergezet. De scenarist hiervan zou wat mij betreft onmiddellijk een doctoraat in de onderwijskunde mogen krijgen. Als je het hebt over morele dilemma's, verantwoordelijkheid, beleidscontext, durven ingaan tegen beleid, de grens proberen te trekken tussen waar houdt mijn verantwoordelijkheid op en waar moet ik een stap verder gaan... Ik moet er wel bij zeggen dat het 10 afleveringen van een uur zijn.
Wat lezen betreft: ik heb enige tijd terug een artikel geschreven over een eerherstel van het leesseminarie. Dat is een oude, maar zeer krachtige professionaliseringsvorm, waar je met mensen om de tafel gaat zitten en een tekst bespreekt die je individueel gelezen hebt. Voor de duur van de sessie ben je elkaars gelijken: de tekst maakt jullie gelijk.'
Wil je de onderwijsavond met Geert Kelchtermans op 14 september bijwonen? Bestel hier alvast je ticket(s).
Reacties