Stichting Nivoz logo
Sterkt leraren, schoolleiders en betrokkenen bij de uitvoering van hun pedagogische opdracht

Nivoz platform hetkind

“Leerlingen gelijk behandelen zorgt juist voor ongelijkheid”

7 december 2022

De wil van het onderwijs om gelijke kansen te geven is groot, de praktijk is dat we er nog lang niet zijn. Het systeem houdt de kansenongelijkheid in ons onderwijs in stand. Dat laat Orhan Agirdag ons zien tijdens de onderwijsavond op 2 november j.l. Noa en Karien van Globi waren erbij en delen in dit artikel wat ze van deze lezing opstaken. Lees mee als je gelijke kansen en kwaliteit van onderwijs belangrijk vindt. 

Orhan laat ons inzien dat ons systeem de kansenongelijkheid in onderwijs in stand houdt. En dat we vaak niet zien hoe we zelf die ongelijkheid blijven voeden. Na een paar minuten gooit Orhan het begrip deficit denken op tafel: het denken vanuit tekorten en onderwijs zien als de plek waar die tekorten moeten worden weggewerkt. Hij benoemt dat culturele kansenongelijkheid vaak worden verklaard met taalachterstanden, gebrek aan kennis van het schoolsysteem of het te weinig stimuleren van kinderen door ouders. Allemaal verklaringen gebaseerd op tekorten, maar op verschillende plekken in de wereld blijken die verklaringen niet op te gaan. Zo laat een kijkje in de keuken van het Engelse schoolsysteem zien dat leerlingen met een andere culturele achtergrond dan de Engelse het vaak beter doen op school dan witte Britten. Het denken in tekorten zorgt voor lage verwachtingen. Uit onderzoek blijkt dat die lage verwachtingen er weer voor zorgen dat leerlingen met een andere culturele achtergrond bijvoorbeeld minder vaak het woord krijgen, minder feedback ontvangen en minder tijd krijgen om te antwoorden. Lage verwachtingen leiden tot vooroordelen, die weer leiden tot discriminatie. Het gaat niet om het met opzet leerlingen verschillend behandelen, maar om het dagelijks handelen gebaseerd op impliciete vooroordelen en over het verschil in instructiekwaliteit. Het gaat ook niet niet om expliciete discriminatie als uitschelden of iets dergelijks, maar om het feit dat leerlingen van kleur bij het tonen van hetzelfde gedrag vaker negatieve opmerkingen krijgen, gevraagd worden om stil te zijn en gestraft worden.  

Manieren van reageren op diversiteit
Orhan Agirdag vertelt ons daarna over een theoretisch model met drie manieren waarop je kan reageren op diversiteit in onderwijs:

  • Assimilatie: In deze reactie proberen we verschillen weg te werken door diversiteit te verminderen. Dit betekent dat bijvoorbeeld het spreken van een andere taal op school verboden is of een hoofddoek niet gedragen mag worden. Het is misschien goed bedoeld, bijvoorbeeld omdat we denken dat leerlingen zo sneller integreren, maar de gevolgen zijn juist niet positief. De sense of belonging van leerlingen op een school zal afnemen, de kloof tussen culturen wordt groter en de kwaliteit van het onderwijs verslechtert. 
  • Kleurenblindheid: Binnen deze reactie negeren we de culturele verschillen, op basis van het idee dat we allemaal gelijk zijn. Onze verschillen doen er niet toe en worden daarom genegeerd, want het gaat om de gelijkenissen. Zo zeggen leerkrachten bijvoorbeeld vaak dat ze geen verschillen zien, dat ze alle leerlingen gewoon als Nederlander zien en gelijk behandelen. Ook goed bedoeld misschien, maar leraren zien de culturele achtergronden van hun leerlingen vanaf het eerste moment en dat beïnvloedt impliciet het handelen. En dat handelen brengt verschillen in prestaties met zich mee, zo blijkt uit Orhans eigen onderzoek in Vlaanderen. Daaruit blijkt: autochtone leerlingen doen het prima in scholen met of zonder een kleurenblinde aanpak, maar leerlingen met een migratieachtergrond presteren slechter in scholen met een kleurenblinde aanpak. De kloof in de schoolprestaties is dus vooral groot in scholen met een kleurenblinde aanpak.
  • Multiculturalisme: Binnen deze reactie omarmen we diversiteit en waarderen we verschillen tussen mensen. Je maakt actief gebruik van de culturele achtergronden en diversiteit van de leerlingen in je lespraktijk wanneer het ertoe kan doen. Dit is de interculturele aanpak. 

Van theorie naar de Nederlandse praktijk 
Hoewel het om een theoretisch model gaat, kunnen veel maatregelen of dagelijkse handelingen wel geplaatst worden binnen deze indeling. In Nederland zie je op scholen bijvoorbeeld veel terug van de ‘kleurenblindheid’. Vaak gevoed door jarenlang beleid dat hier ook op aangestuurd heeft, zo geeft een van de leerkrachten in de zaal vanavond aan. Ook zie je de assimilatie aanpak terug in de klas, wanneer er bijvoorbeeld alleen Nederlands gesproken mag worden in de klas. Daarover nog: je hoeft als leerkracht niet bang te zijn dat de andere taal gebruikt wordt om jou uit te sluiten, bijvoorbeeld omdat leerlingen over je willen roddelen. Uit onderzoek blijkt dat de andere taal daar niet vaker wordt gebruikt dan de primaire taal in de klas. Vaak wordt de moedertaal van leerlingen met een andere culturele achtergrond juist gebruikt om elkaar dingen uit te leggen, of snel iets te vragen als ‘mag ik je pen lenen?’. Buitengesloten word je als leerkracht sowieso weleens, maar in een andere taal dus niet meer dan anders. Over de multiculturele aanpak: hier zijn ook pogingen toe, maar ze zijn nog beperkt en niet vaak doorgedrongen tot het curriculum. En dat terwijl onderzoek duidelijk laat zien dat het waarderen en gebruiken van verschillen positief correleert met leerprestaties. 

Modellenmix
Betekent dit dat je als school, als docent, alleen nog maar de multiculturele reactie moet nastreven? Nee, zo zwart/wit moeten we het niet zien. Je hebt alledrie de modellen nodig. Hoewel we hier op de onderwijsavond niet heel lang bij stilstaan, helpt dit artikel van de KULeuven ons dit verder te interpreteren. Er zijn elementen bij culturen die geen toegevoegde waarde voor het onderwijs hebben omdat ze ronduit problematisch zijn. Typisch voorbeeld hiervan is vrouwenverminking, hier is assimilatie op zijn plek. Let op: alle culturen kennen elementen die schadelijk zijn! Kleurenblindheid kan strategisch worden ingezet bij bijvoorbeeld het kennismaken met elkaar aan het begin van het schooljaar. “Iemand heeft het recht om zelf diens identiteit te claimen zonder dat die wordt opgelegd”, zo wordt in het artikel geschreven. Oftewel: de leerling met een andere culturele achtergrond bepaalt zelf of het benoemen van die culturele achtergrond voor hem of haar op dat moment belangrijk is. “Een strategische kleurenblindheid is een sensitieve attitude aangezien de culturele achtergrond niet noodzakelijk vasthangt aan de identitaire achtergrond. Ze is bij een kennismaking niet relevant.” Terug naar de multiculturele reactie: het waarderen van culturele diversiteit correleert dus alleen positief met leerprestaties als dit op een sensitieve manier gebeurt.

Lesgeven niet ongeacht wie je bent, maar gegeven wie je bent - Orhan Agirdag

De vraagt rijst: hoe dan wel? 
Misschien denk je nu: ik wil dit veranderen, ik wil de multiculturele aanpak meer gebruiken, maar hoe pak ik dit aan? Moet ik hiervoor nieuwe vaardigheden leren, hoeveel investering vraagt dit, komt dit er nog bovenop? Centraal staan vaardigheden die je al hebt en veel gebruikt: nieuwsgierigheid en creativiteit. Nieuwsgierigheid om te ontdekken wie de ander is en impliciete vooroordelen te lijf te gaan. Wil je overigens meer leren over je eigen impliciete vooroordelen? Test dan jezelf eens met Onderhuids. En creativiteit om die nieuwsgierigheid vervolg te kunnen geven en iemands culturele of religieuze achtergrond te gebruiken om het leren te bevorderen (dus sensitief, wanneer het ertoe doet). Een mooi eigen voorbeeld van Orhan: “Toen ik leerde over de normaalverdeling, werd dit steeds ‘klokvormig’ genoemd. Ik begreep dat niet: bij ons thuis was de klok rond, waar komt dit vandaan?” Orhan zegt niet direct wat je als leraar dan kunt doen, maar met creativiteit en nieuwsgierigheid kun je natuurlijk een ezelsbruggetje achterhalen die voor een leerling wel werkt. Een ander voorbeeld: bij muzikale vorming kun je ook eens de Turkse Mars van Mozart behandelen. Identiteit doet ertoe!

In goed onderwijs doen verschillen ertoe 
Voor goed onderwijs is het nodig dat we ongelijkheid reduceren en vaker een multiculturele reactie geven draagt daaraan bij. Andere dingen die we kunnen doen: meer leerkrachten van kleur aannemen (wist je dat in Nederland maar 3,7% van de leraren van kleur is?) en onderwijsteams diverser maken. Én onze leermaterialen onder de loep nemen, want nog te vaak is er sprake van een eenzijdig perspectief.

De essentie van het verhaal van Orhan raakte me. In mijn werk bij Globi ondersteunen we scholen in het maken van verbinding, over culturele verschillen heen. Met als doel ervoor te zorgen dat iedereen zich thuis voelt in onze maatschappij en alle mogelijkheden heeft zich te ontplooien. Het is confronterend om te zien hoe ver de wil verwijderd is van de werkelijkheid: dat de wens gelijke kansen te creëren groot is, maar de praktijk laat zien hoe lang de weg nog is. Tegelijkertijd voedt deze reality check mijn drijfveer. Waar een wil is, is een weg. En ook al is die weg lang, elke stap op die weg doet er al toe. Gretig nam ik de kennis die Orhan deelde tot me om die op deze weg te kunnen gebruiken.

Meer weten?
Wil je meer leren over de thema’s die we in dit artikel bespraken? Kijk dan vooral eens in de agenda van Nivoz. Het hele jaar nog staat het thema “De betekenis van verschil’ centraal. De eerstvolgende onderwijsavond is op 26 januari in Rotterdam. Dan zijn Monique Leijgraaf en Nina Hosseini te gast op de Erasmus Universiteit. Zij doen onderzoek naar kritisch opleidingsonderwijs vanuit het perspectief van social justice. Kaarten hiervoor zijn inmiddels te koop via deze link!

Dit artikel verscheen eerder op globi.nl en is overgenomen met toestemming.

Karien Verhappen is communicatie- en marketingmedewerker bij Globi.

Reacties

0
Login of vul uw e-mailadres in.


Er zijn nog geen reacties
Delen:
Op de hoogte blijven?
Schrijf je in voor de nieuwsbrief