Kings of war jr. kruipt onder je huid: Wat voor leider ben ík eigenlijk?
12 mei 2016
Rob van der Poel bezoekt de voorstelling Kings of war jr, een toneeldebuut van 24 jongeren tussen de 14-20 jaar. Verleden wordt heden en toeschouwers al snel deelnemers. Welk leiderschap wordt er in deze precaire tijd gevraagd? Aan een confrontatie valt niet te ontkomen. Wat doe jij? Als de grens in zicht komt of misschien al is bereikt? En is er eigenlijk wel een oplossing? Eén waarheid blijft overeind. ‘Zo’n voorstelling verdient het om door iedereen – op scholen en in alle organisaties - beleefd te worden.’
Synopsis
De jongeren hebben de toekomst. Kijkend naar Nederland vragen zij zich af: voelen wij ons nog verbonden met onze leiders? Of is het tijd voor een frisse wind? Ze stellen zichzelf en jou daarbij de vraag: welke eigenschappen heeft de perfecte leider? Wie heeft het recht om te beslissen? En waar ligt de grens? Geïnspireerd door Shakespeares koningsdrama’s Henry V (1599), Henry VI (1591) en Richard III (1592) gidsen de spelers hun publiek door een avontuurlijk spel over macht, leiderschap en verantwoordelijkheid. Lees meer
Over leiderschap en visie wordt veel gesproken. Wie zijn onze voorbeelden of waar halen we onze inspiratie vandaan in een tijdgeest waarin spanningen tussen bevolkingsgroepen en -lagen en in alle systemen (politiek, ecologisch, economisch) oplopen? Ik heb veel boeken gelezen, in uiteenlopende leiderschapstrajecten gezeten en probeer dagelijks de leider in mezelf wakker te maken, en te houden. Zicht te krijgen op wie ik ben, op mijn bijdrage aan deze wereld en ernaar handelen. Niet eenvoudig, weet ik inmiddels, nu ik over de vijftig ben geraakt, het relativeren is toegenomen en ik mezelf vooral van het toneel af zie bewegen. Maar dán deze voorstelling – op uitnodiging – waar ik bij betrokken raak, in meegezogen word, voordat ik er erg in heb. Die het vuur in me doet oplaaien, emoties losmaakt die niet te ontkennen zijn. En ik blijk niet de enige. Zeker niet.
Al in de foyer van de Amsterdamse stadsschouwburg maken zes jeugdige theatermakers van Kings of war jr. – ook dit jaar geïnitieerd door Toneelgroep Amsterdam - contact met me. Eerst een hand en een hartelijk welkom, dan een introductie van zichzelf en de avond. ‘Heel fijn - en belangrijk ook - dat u er vanavond bent. Ik ben Agnes, ik sta voor bescherming en u kunt zo meteen op mij stemmen als spelleider. Ik vind het heel belangrijk dat u zich beschermd voelt, dat iedereen zich veilig weet en kan zijn wie hij is. Ik hoop dat u op mij gaat stemmen. Dank u wel alvast. Fijne avond.’
De zes laten verschillende aspecten zien van leiderschap. Behalve Agnes staan even later Tim, Rik, Storm, Eva en Shaniqua op de trap om duidelijk te maken dat er vanavond gekozen moet worden, dat het niet vrijblijvend zal zijn en dat iedereen van meer dan 80 bezoekers met zijn aanwezigheid het verschil maakt. Is dit een spel? Of toch een toneelstuk? Allebei en méér dan. Want – zo blijkt als we eenmaal onderweg zijn – er zijn opvallend veel gelijkenissen met het dagelijks leven, met onze samenleving, met kleine en grote 'onverkwikkelijkheden'. Met hoe ik me als mens verhoud tot de ander, tot een democratie, tot gezag of autoriteit, of tot macht - zoals je het ook kan zien en beleven. Welke leider ben ik eigenlijk zelf?
De hartelijkheid van de jonge gastheren en -vrouwen is deze vrijdagavond – bij de laatste van 21 unieke voorstellingen - ongekend. Bij binnenkomst word ik bij de hand genomen en naar mijn zitplaats geleid, aan de rand van een soort circusarena, met zes verschillende vakken elk van een eigen kleur voorzien. Rashid, zo heet de jongeman - vraagt naar mijn naam, en naar waar ik bang voor ben. ‘Voor mijn mening uitkomen als het volle licht op mij gericht staat,’ zeg ik spontaan. ‘Oh, dan wordt het een interessante avond,’ gniffelt hij. Ik vind mijn plek in ‘het paarse vak’ en met ‘mijn team’ kan ik punten verdienen met goede antwoorden op – zo blijkt - best wel complexe vragen. Die worden door de spelleider – die uiteindelijk democratisch is verkozen - gesteld. Op zijn beurt heeft hij drie - voor hem betrouwbare - juryleden aangewezen die bij de beoordeling assisteren.
Voor het kennismaken met ongeveer 14 andere teamleden is een halve minuut, net genoeg om even je naam te noemen en de teamyell te verzinnen. Het fanatisme is aanwezig. Blauw en rood maakt PAAAARS!! We kunnen beginnen. De spelleider profileert zich met de woorden ‘daadkracht’ en ‘visie’. Ik merk dat ik blij met hem ben. Hij had mijn stem, al bleken de meeste van mijn team meer vertrouwen te hebben in een leider die de toekomst met ‘dromen’ en ‘verbeelding’ tegemoet wil gaan. Ik stem in, net als mijn buurvrouw, door te zwijgen. Maar met een high-five vieren wij even later toch een klein privé-succesje. ‘Mooi, krijgen we toch een beetje onze zin.’
Want ook dit spel zorgt voor competitie, waarin er plots ‘tegenstanders’ ontstaan en fanatisme ernstige vormen aan kan nemen. Want zo gaat het verder. Het begint klein, ongemerkt en vaak nog onschuldig. We scoren veel punten met het paarse vlak. Maar er ontstaat ook onrust. De reacties worden sneller, feller en luider vooral. Zeker als de verschillen toenemen en seconden tellen. Een wisselende woordvoerder van de groep (een van de spelregels) geeft bij toerbeurt het antwoord. Na de zoemer rent er iemand naar de stip. Is hij de laatste van alle zes teams, mag hij/zij direct weer gaan zitten. Iedereen accepteert de regels, zonder pardon. Zo gaat het. Zolang je aan de goede kant staat.
De tijd is tekort, de meningen verdeeld, en ook de jury wordt na een aantal dubieuze beoordelingen van verschillende kanten bekritiseerd. Punten worden ingetrokken, beslissingen langdurig bediscussieerd. Het volk mort, en de spelleider – aanvankelijk rechtvaardig en beminnelijk - komt onder druk te staan. ‘Laten we weer opnieuw beginnen, iedereen weer op nul punten en een nieuwe spelleider,’ wordt er geroepen als door onvrede het spel minutenlang stagneert. De lol is eraf. De oude spelleider wordt bedankt – beleefd zoals dat dan gaat – maar achteloos aan de kant geschoven. Net als de jury. Een van mijn teamleden meldt zich spontaan aan om haar oordeel te geven. Ik merk dat ik boos word, begin op mijn stoel te schuiven en deel mijn woede met mijn directe omstanders en een enkele toneelspeler. ‘Dit is anarchie. Hier heb ik geen zin in. Dit kan toch niet.’
Mijn woorden resoneren slechts in een kleine, nabije kring. Het spel gaat gewoon door. De eerstvolgende vraag wordt alweer gesteld. Ik ben afgehaakt en - weer - toeschouwer geworden. Shakespeare wordt een aantal keren geciteerd met wijsheden die tot enig nadenken moeten leiden. Vanaf dat moment kijk ik weer met verwondering naar de mensen en spelers – niet langer van elkaar te onderscheiden - om me heen. Er staat een nieuwe spelleidster op, Meintje, een onderdanig leiderstype. Ze luistert, tot in den treure, maar komt niet tot besluiten. Een democratie is op die manier ook onwerkbaar.
Tijd voor koning nummer drie: een spelleider met harde hand, een charmeur ook, een man die gouden bergen belooft, maar het volk ondertussen zijn wil oplegt. Bij tegenspraak gaan er mensen naar de gevangenis. Duidelijk dat wel. De eerste slachtoffers luisteren nog gedwee. Maar ook onder dit totalitaire regime komen mensen in opstand. Eerst een enkeling, daarna een van de teams, vervolgens het hele volk.
En dan valt het doek en rest de duisternis. De vragen uit de luidspreker werpen me na anderhalf uur terug op mezelf, op mijn eigen patronen, mijn rol. Op mijn leiderschap. Als u terugkijkt op deze avond, wat hebt u zichzelf zien doen, horen zeggen? Of anderen zien doen. Of juist niet zien doen? En als de lichtknop weer is gevonden, kijk ik om me heen. Weet dat uw aanwezigheid ertoe doet. Altijd. Fijn dat u er was. De junior-toneelspelers maken een buiging en ik klap mijn handen stuk. Razendknap, als een voorstelling - als ervaring - zo onder je huid kruipt. ‘Hoe was het voor u,’ vraagt Rashid, als ik toenadering zoek om hem nog eens persoonlijk te bedanken. Ik heb hard gelachen, verdriet gevoeld en afkeer. Het kwam allemaal voorbij. En uiteindelijk haakte ik af. ‘Geweldig Rashid, maar hier kunnen we ook nog wel even over doorpraten.’
Rob van der Poel is lid van kernteam van platform hetkind. Kings of war jr. was te zien in de Stadsschouwburg van Amsterdam, tussen 8 en 29 april 2016. De foto's zijn van fotograaf Kevin Kwee. Voor meer informatie www.tga.nl of mail naar [email protected]
‘Waarom staat u nooit meer op?’
Recensie van Annet Veenstra
“Kings of war jr. mag dan een jongerenproductie zijn met nog-niet-professionele acteurs, maar hij bereikte wel wat de voorstelling over vluchtelingen niet lukte. De voorstelling vertélde me niet dat ik mijn denken moest kantelen, maar liet me die kanteling ondergaan. Het is niet de actualiteit die mij als toeschouwer engageert. Een goede voorstelling, of het nu Hamlet is of De gesluierde monologen, prikkelt mij precies genoeg om me in de waan te laten dat ik mijn eigen conclusies heb getrokken. Kings of war jr. raakte me aan, de acteurs raakten me aan, letterlijk. En daarmee klauwden ze zich een weg naar binnen. Die stevige handdrukken van het begin hadden een niet mis te verstane boodschap uitgestraald: gaat u maar goed zitten, want wij committeren ons vanavond aan elkaar. U mag kwaad worden, u mag lachen, u mag zelfs iets zeggen of roepen als u durft. Maar onze commitment aan elkaar staat. Ik laat u tot het einde van het stuk niet los.” Lees verder
TA-junior
Toneelgroep Amsterdam-junior bestaat al sinds 2002. Onder begeleiding van professionals repeteren en spelen middelbare scholieren uit Amsterdam jaarlijks bewerkingen van TA-producties voor jong en oud. Voor velen van hen is het meedoen en te gast zijn een ervaring voor het leven. Ze worden ondersteund door professionele technici, dramaturgen en productieleiders van Toneelgroep Amsterdam. Deelnemers ervaren zelf wat er allemaal komt kijken bij het maken van een theatervoorstelling en krijgen de kans om hun talenten te ontwikkelen.
Met dank aan de makers: Karlijn Benthem, Rosa Fontein, Emke Idema, Vera Hoogstad, Marjolijn Brouwer, Mark Stadman, Theunis Zijlstra en George Dhauw. En de spelers: Fien van Aardenne, Lupa Batista, Cas Becker, Mila Benjamins, Jonas Bleijerveld, Elise Bruinen, Rashid Dijks, Mathies Florentinus, Tjalle de Graaf, Eva van der Grift, Johanna de Gruijter, Agnes Kabutey, Judith Meibergen, Cleo Mullis, Nigel Onwuachu, Storm Parser, Mijntje Pronk, David Roos, Sarah Sahertian, Shaniqua Schoop, Femke Stasse, Narouz Stork, Tim Vonk en Rik Worring.
Interview Wilma Smilde, hoofd educatie Toneelgroep Amsterdam
‘Dat spelers zich in onze projecten op persoonlijk vlak ontwikkelen, lijkt te maken te hebben met de manier waarop ze worden aangesproken. Jongeren kunnen veel zelf, ze kunnen hun eigen mogelijkheden en hun omgeving helder waarnemen. Wij creëren met TA-junior de ideale omgeving met veiligheid en vertrouwen. We ondersteunen door te luisteren, soms bewust niets te doen, ze uit te dagen en grenzen te stellen.’ Lees verder
Reacties