Stichting Nivoz logo
Sterkt leraren, schoolleiders en betrokkenen bij de uitvoering van hun pedagogische opdracht

Nivoz platform hetkind

Kinderen zijn al burger: Het werk van Janusz Korczak (1878-1942) blijft vooruitstrevend

22 april 2021

De Poolse kinderarts en weeshuisdirecteur Janusz Korczak was een tijdgenoot van Peter Petersen. Zijn werk wordt gekenmerkt door een grote gevoeligheid voor het kind als volwaardig mens. Zijn rechten van het kind, de schoolkrant en de kinderrechtbank in zijn weeshuis wijzen op de democratische principes die hij huldigde. Wie zoekt naar burgerschap en (reform)pedagogiek, vindt in Korczak een rijke bron.

Het kind is al een inwoner, een burger en reeds een mens. Het zal het niet pas worden, het is er al een. Een kind heeft al een lange geschiedenis, eigen herinneringen en gedachtenissen. De kinderjaren – dat is een reëel leven, niet een voorbereiding.” (Korczak, 2007 p. 136)

Opvoeder, de maatschappij heeft jou een kleine wildebras gegeven, die je moet temmen, netjes moet opvoeden, plooibaar moet maken – en wacht. De staat wacht, de kerk en de toekomstige broodheer wachten. Zij stellen eisen en kijken oplettend toe. De staat eist staatsgerichte vaderlandsliefde, de kerk een onwrikbaar geloof, de werkgever eerlijkheid en allen verlangen middelmatigheid en onderdanigheid. Een kind dat te sterk is wordt gebroken, een kind dat zich verzet wordt soms omgekocht, de weg van een kind dat arm is wordt altijd versperd. Door wie? Door niemand, door het leven…”   (Korczak 2012 p. 99 - 100)

"Kinderen zijn toekomstige mensen, zegt men. Ze zijn pas in wording, ze bestaan eigenlijk nog niet helemaal, ze horen er voorlopig nog niet bij... Wat bedoelt men daar toch mee? Wij kinderen: leven wij dan niet, voelen wij dan niet, lijden wij dan niet net als volwassenen? En de kinderjaren: zijn die dan geen deel van het echte leven, gewoon van iedereen? Waarom willen ze ons laten wachten, en waarop?" (Korczak 2007 p. 171)

Kinderen zijn toch zeker nodig op deze wereld, en wel precies zoals zij zijn.” (Korczak, 2007, p. 41)

Dit zijn enkele citaten van Janusz Korczak (1878 - 1942), de Joods-Poolse pedagoog uit de vorige eeuw, één van de belangrijkste grondleggers van de rechten van het kind. Hij was kinderarts en richtte in 1912 een weeshuis op in Warschau waar hij zijn idealen om kinderen tot hun recht te laten komen vormgaf. Dat ging niet zonder slag of stoot, maar al doende ontwikkelde hij zijn praktische pedagogiek.

De manier waarop hij te werk ging en kinderen een wezenlijke rol gaf, zouden wij in onze tijd de ultieme vorm van burgerschapsopvoeding kunnen noemen. Hij liet kinderen op vrijwel alle terreinen participeren, en er was zelfs een kinderrechtbank in het weeshuis. In Korczaks weeshuis en school was er een heldere structuur met allerlei vormen van democratie. Kinderen werden volledig serieus genomen en met respect behandeld, niet om hen voor te bereiden op hun volwassen rol als burger, maar omdat zij al burger zijn en recht hebben op respect voor wie zij zijn, en recht hebben op de dag van vandaag.

Burgerschap: hot, maar niet nieuw
In onze tijd is burgerschapsvorming een hot item, het is zelfs een verplicht onderdeel van het curriculum. Dat is niet nieuw, want Korczak constateerde al dat “de staat staatsgerichte vaderlandsliefde eist”. De onderwijsinspectie moet controleren of de school hier voldoende aan doet. Nog niet zo lang geleden werd er zelfs een islamitische basisschool gestraft omdat er te weinig werd gedaan aan ‘burgerschapsvorming’. Wat hieruit spreekt is dat je als kind in de ogen van de wetgever nog geen burger bent, je moet ertoe gevormd worden.

Tegen een dergelijke optiek verzet Korczak zich heftig. Dat betekent namelijk dat we kinderen voorlopig nog niet serieus nemen: totdat kinderen hun vorming tot burger hebben afgerond, bepalen wij volwassenen hier de regels. Wij gaan je opvoeden hoe je je als burger in onze samenleving moet gedragen. En de staat wacht, net als de economie en de politiek wacht.

Socialiseren is er dan niet op gericht om het kind te helpen zijn eigen plaats te vinden in deze wereld en te ontdekken hoe hij met zijn talenten daar een bijdrage aan kan leveren, maar het in te passen in het format van de samenleving. In de geschiedenis zijn diverse extreme voorbeelden te vinden: de Hitlerjugend, de Komsomol in de Sovjet-Unie, het regiem in Engelse kostscholen. Het hoofddoel van een dergelijke opvoeding is gehoorzaamheid, discipline en follow the leader. Er zijn helaas nog heel wat landen waar het onderwijs ook nu nog voor dit doel misbruikt wordt. Opvoeding en onderwijs zijn daar in de eerste plaats gericht op instandhouding van de heersende maatschappij. Jouw individuele ontwikkeling is alleen van waarde als die ten dienste staat van dat doel.

Ontwikkelen of inwikkelen?
Het gevaar is dat we ‘burgerschapsvorming’ in ons onderwijs ook op deze manier invullen. We gaan je leren wat je nodig hebt voor later, en de staat stelt de kaders voor wat dat vraagt aan kennis, vaardigheden en attitudes. In onze tijd doen we dat weliswaar schijnbaar wat kindvriendelijker dan een eeuw geleden toen Petersen, Freinet en Korczak zich verzetten tegen wat toen gebruikelijk was. In onze tijd maken we de leerstof zoveel mogelijk betekenisvol, sluiten we aan bij de belevingswereld van het kind. Maar je moet als kind wel in de standaard passen en anders passend gemaakt worden. Passend onderwijs mislukt omdat we eigenlijk willen dat jíj je gaat aanpassen. We helpen je niet jezelf te ontwikkelen, maar wikkelen je in in het format van onze samenleving. In mijn ogen slaan we hiermee de plank behoorlijk mis.

Gelukkig is het niet zo zwart-wit en zijn er veel leraren die wel oog hebben voor het eigene van ieder kind, maar ook zij zijn deel van een systeem dat soms andere eisen stelt. Hoe vind je daarin je weg en kunnen kinderen tot hun recht komen?

Misschien kunnen we in dit opzicht wel iets leren van Korczak. Zijn kindvisie (mensvisie) is hierbij leidend.

Het ongeduldig wachten op wat komt, vergroot de geringschatting voor wat is.” (Korczak 2007, p. 141)

De opvoeder heeft niet de plicht de verantwoording voor een verre toekomst op zich te nemen, maar hij is wel volledig verantwoordelijk voor de huidige dag. Ik realiseer me dat deze visie een misverstand oproept. Men denkt juist het omgekeerde, wat naar mijn overtuiging onjuist is, ook al is het oprecht bedoeld. Hoewel: oprecht? Misschien wel: onoprecht. Het is gemakkelijker de verantwoording op te schuiven, over te hevelen naar een ongrijpbaar morgen, dan al vandaag over elk uur rekenschap af te leggen. De opvoeder is indirect ook voor de toekomst verantwoordelijk, voor de samenleving, maar dírect is hij in eerste instantie verantwoordelijk voor het huidige moment van zijn pupil.” (Korczak 2007, p. 124)

Rechtvaardige, volwaardige plek
Vanaf het moment dat een kind geboren is, is het burger van dit land. Het wordt nog op dezelfde dag ingeschreven bij de burgerlijke stand. Je hoeft hem dus niet meer te vormen tot burger, dat is hij al.

Kinderen zijn al mens, zij hoeven geen mens te worden. En je hoeft niet te wachten tot dat vermaledijde ‘later’, voor je een keer serieus genomen gaat worden. In het weeshuis liet Korczak zien hoe je dat doet: kinderen als burgers serieus nemen. Een democratische samenleving waar regels en wetten zijn, die je ook samen kunt vaststellen, waar een rechtbank is, waar een vrije pers is, waar je zo nu en dan behoorlijk op je bek kunt gaan, waar je allemaal je verantwoordelijkheid moet nemen, waar het ook wel eens mis gaat.

In het weeshuis van Korczak hadden kinderen een volwaardige plaats: met rechten en verantwoordelijkheden en plichten. Er was een kinderparlement, er was een kinderrechtbank, er was een postbus waarin je als kind je vragen en opmerkingen kon doorgeven. En Korczak en de andere begeleiders verplichtten zich om elk kind binnen een week persoonlijk antwoord te geven!

Alle kinderen hadden ook taken, als schoonmaker, tuinman, keukenpersoneel. Oudere kinderen waren mentor van jonge kinderen, ze hielpen bij huiswerk, ze lazen voor, ze organiseerden de bibliotheek, ze maakten schilderijen voor de aankleding van de kamers en organiseerden spel- en theateravonden, zij gaven een kinderkrant uit. Natuurlijk speelden ook volwassenen een rol, maar niet perse als leidinggevenden, eerder als begeleidende partner. Was dit dan geen kinderarbeid? Nee, want van uitbuiting was geen sprake! Maar het was wel kinder-werk. Je werd serieus genomen en ieder kind ervoer dat het nodig was in die gemeenschap: zonder jouw inbreng gaat het niet!

En zelfs toen Korczak met zijn kinderen in het getto van Warschau moest zien te overleven, deed hij er alles aan om samen een rechtvaardige plek te creëren in die hel. Letterlijk tot in de dood nam hij hen serieus!

Maak onderwijs mét de kinderen
Zonder af te willen doen aan alle goede dingen die in ons onderwijs gebeuren, kunnen we hier toch nog een behoorlijke stap maken. Wordt het kind werkelijk serieus genomen? Wordt de school zelf eigenlijk wel serieus genomen in onze samenleving? Het kind-zijn wordt veelal gezien als een voorbereiding voor later, wanneer het leven echt serieus wordt. En de school wordt gezien als een wereld apart, waar je voorbereid wordt op later.

Mijn ogen gingen open toen Korczak het volgende schreef: “Maar beste opvoeder, als er voor de kind geen later is, is dan alles wat je tot nu gedaan hebt voor niets geweest? Is alles wat je vandaag deed dan zinloos?” (Korczak, 1985)

Burgerschapsvorming is niet iets voor later, maar het heeft alles te maken met een van de fundamentele rechten van het kind die Korczak formuleerde: het recht van het kind op de dag van vandaag. Vandaag ben je burger, vandaag word je serieus genomen, vandaag wordt ook van jou een bijdrage aan onze gemeenschap gevraagd, vandaag heb jij rechten en plichten.

Stel dat we zouden beginnen om de organisatie en het uitvoerend werk op al onze scholen voor een groot deel samen met de kinderen te realiseren: de inrichting, de in- en verkoop van materialen, de zorg voor het magazijn, oudere kinderen die ingezet worden als mentor voor jongere kinderen, de organisatie van feesten, de schoonmaak, de boekhouding van het budget van de sportdag, de registratie van allerlei gegevens, de uitgave van de schoolkrant, het regelen van de boodschappen. Wat Korczak deed in zijn weeshuis in Warschau hoeft niet uniek te blijven; we zullen versteld staan van de capaciteiten van kinderen en van wat zij allemaal in korte tijd leren als zij het nodig hebben om hun echte taken in het leven uit te voeren. En als kinderen dit in de gemeenschap van de school iedere dag ervaren, zullen zij ook later als volwaardig burger functioneren.

Dit artikel verscheen in het aprilnummer van Jenaplanmagazine Mensenkinderen en is met permissie overgenomen. 

Arie de Bruin heeft gewerkt in alle geledingen van het onderwijs – van leerkracht tot schoolleider, van docent pedagogiek tot bestuurder. In al die functies bleef hij ook lesgeven. Arie is de auteur van de bundel ‘Het nieuwe normaal’ (zie MK171) en is de voorzitter van de Janusz Korczakstichting.

Literatuur:
Korczak, J. Het recht van het kind op respect, Amsterdam 2007
Korczak, J. Hoe houd je van een kind?, Utrecht, 1985
Korczak, J. Als ik weer klein ben, Utrecht 1985
Korczak, J. De republiek der kinderen, Amsterdam 2012
Janusz Korczak Stichting, Kinderen zijn al burgers, Amsterdam 2010
Bruin, A. de, Je moet toch wat als je klein bent, Amsterdam 2014

De samenleving wacht

Ze noemen het ontwikkeling
maar wikkelen jou in,
proberen je te kneden
vanaf het eerste begin

wat zij voor jou bedenken
voor hen het ideaal
ze vormen je met regels,
’t liefst ook nog klassikaal,

ze houden alles keurig bij:
doe jij wel goed je best?
Of jij al in hun format past
wordt dagelijks getest.

Zij eisen, wachten, letten op
en jij verliest je kracht,
je wordt volledig ingepakt:
de samenleving wacht!

Reacties

4
Login of vul uw e-mailadres in.


benedit
2 jaar en 11 maanden geleden

Ik ben benieuwd of er ook concrete initiatieven zijn in omgeving Dordrecht zoals Janusz dit deed in het weeshuis?

Login of vul uw e-mailadres in.



Claudia
2 jaar en 11 maanden geleden

Democratisch Onderwijs.

Login of vul uw e-mailadres in.


Eliyah van Oers
2 jaar en 11 maanden geleden

Prachtig artikel en zo fijn om het werk van Korczak wederom te eren. Zijn voorbeeld is nog zo levend en inspirerend!

Login of vul uw e-mailadres in.


meindert eijgenstein
3 jaar en 0 maanden geleden

in Yad Vashem; in Almere, de woorden van Janusz altijd treffend gebracht door Arie raken mij altijd ten diepste.

Login of vul uw e-mailadres in.


Delen:
Op de hoogte blijven?
Schrijf je in voor de nieuwsbrief