Elke leerling met dyslexie gun je een plek als de Taalgroep
19 juni 2019
De doorstart van ‘Weer Samen Naar School’ (WSNS plus, voorloper op passend onderwijs) zette het bestuur van destijds RSOO ‘Annie M.G. Schmidt’ in Hilversum aan het denken: hoe konden basisscholen concreet ondersteund worden in het bieden van dyslexiezorg? In die periode verscheen ook het eerste dyslexieprotocol, bedoeld om kinderen met lees- en spellingproblemen beter te begeleiden binnen de basisschool en deze problemen vroeg te signaleren. In Hilversum richtte het Samenwerkingsverband ‘Annie M.G. Schmidt’ (tegenwoordig Unita) de Taalgroep op, een unieke onderwijsvoorziening voor kinderen met (kenmerken van) dyslexie. Anita de Bruin, Taalgroep-leerkracht van het eerste uur, legt uit hoe en waarom de Taalgroep zestien jaar geleden is opgezet en waaraan het succes ervan te danken is.
Als kinderen ondanks extra ondersteuning in groep 4, 5 of 6 écht vastlopen in het reguliere onderwijs en leraren handelingsverlegen zijn, dan kunnen deze kinderen op indicatie van SWV Unita terecht bij de Taalgroep. Maximaal een jaar lang gaan de kinderen hier drie dagen per week naartoe; de andere twee schooldagen draaien zij mee in hun gewone groep op school. Lezen, taal, spellen en schrijven komen natuurlijk volop aan bod bij de Taalgroep, maar daarnaast rekenen de kinderen er ook. Dat doen ze volgens de rekenmethode van hun eigen school. Rekenen is immers een kernvak en het zou zorgelijk zijn als de kinderen hierin een achterstand oplopen door hun deelname aan de Taalgroep.
Cognitieve én sociaalemotionele groei
Het doel van de Taalgroep is niet alleen om kinderen na maximaal een jaar intensieve taalondersteuning weer mee te laten draaien in het reguliere onderwijs, zodat ze de basisschool na groep 8 ‘functioneel geletterd’ verlaten. Minstens zo belangrijk is de persoonlijke groei: kinderen die slecht meekomen door ernstige lees- en spellingsproblemen ontwikkelen vaak een laag zelfbeeld door de nadruk die in ons onderwijssysteem wordt gelegd op deze cognitieve vaardigheden. Door het contact met andere kinderen die ook veel moeite hebben met lezen en spellen beseffen zij, dat ze niet ‘de enige’ zijn met dit leerprobleem. In de Taalgroep wordt bovendien veel aandacht besteed aan psycho-educatie om de kinderen meer zelfvertrouwen te geven, hen te laten zien dat ook zij kunnen leren lezen en spellen én dat ze net als ieder ander mens over sterke en minder sterke eigenschappen en talenten beschikken.
Elke leerling die met buikpijn, tegenzin en spanning naar school gaat vanwege lees- en spellingproblemen gun je een plek in de Taalgroep”
De aanpak van de Taalgroep komt het welbevinden, zelfvertrouwen, de motivatie en taakaanpak ten goede. De leerlingen staan na plaatsing in de Taalgroep steviger in hun schoenen. Ze kunnen beter omgaan met hun ‘zwakke plekken’, omdat ze ook hebben ervaren dat ze over vele kwaliteiten beschikken.
Maximaal een jaar
De leerlingen die worden toegelaten, bezoeken de Taalgroep zoals hierboven genoemd maximaal een jaar. Als hun problematische achterstand op taalgebied eerder is weggewerkt én hun zelfvertrouwen en zelfstandigheid stevig genoeg zijn om al eerder terug te stromen in het reguliere basisonderwijs, dan gebeurt dat natuurlijk. Met een tijdelijke plaatsing in de Taalgroep wordt 'blijven zitten’ of uitstroom naar het speciaal basisonderwijs meestal voorkomen. Uitgangspunt bij deelname aan de Taalgroep is altijd om weer ‘mee te kunnen’ in het reguliere onderwijs.
Toch niet zo tijdelijk
De Taalgroep is zestien jaar geleden opgezet als tijdelijke voorziening. Ze bestaat nog steeds, omdat het reguliere onderwijs helaas nog altijd niet kan voorzien in de onderwijsbehoeften van kinderen met dyslexie. De gerichte ondersteuning maakt voor onze leerlingen hét verschil: zij zien weer een toekomst voor zich, gaan weer met (zelf)vertrouwen naar school en de meeste leerlingen (en hun ouders) spreken van geluk dat ze de kans hebben gekregen om deel te nemen aan de Taalgroep. Ook als ze naast dyslexie te maken hebben met een andere leerstoornis zoals AD(H)D, ASS, DCD of dyscalculie, worden zij geholpen, juist zelfs. Veel leerlingen met enkelvoudige dyslexie kunnen in de vergoede zorg terecht; kinderen met gecombineerde problematiek meestal niet. Ook voor hen is het bestaan van de Taalgroep dus een uitkomst.
Stil verdriet en de grenzen van het reguliere onderwijs
Wanneer ik als initiatiefnemer van de Taalgroep kijk en luister naar de kinderen met dyslexie, dan lijkt er de afgelopen zestien jaar nog maar weinig veranderd. Vooral de emotionele schade die deze kinderen oplopen op een gewone school lijkt onverminderd groot. Dit bleek maar weer tijdens de nationale dyslexieconferentie van dit jaar. De dag werd geopend met de film ‘Een brief aan mijn leraar’, waarin kinderen met dyslexie vragen om geduld en begrip. Bij het zien van deze film voelt iedereen hoe zwaar en verdrietig het kan zijn op school als je dyslexie hebt. Allemaal kinderen waarvoor we het verschil hadden kunnen maken in de Taalgroep, maar dan hadden ze wel in ‘Het Gooi’ moeten wonen.
De Taalgroep had het verschil kunnen maken voor deze kinderen, maar dan hadden ze wel in Het Gooi moeten wonen”
Natuurlijk worden kinderen met lees- en spellingproblemen geholpen op hun eigen school. Leerkrachten willen hun leerlingen graag verder helpen, maar dat is niet altijd even gemakkelijk. Passend onderwijs kent ook zijn grenzen, zeker in grote groepen met een enorme diversiteit aan leerlingen, met als gevolg dat sommige leerlingen het zwaar hebben op school. Zo dreigen kinderen met dyslexie vaak vast te lopen in het reguliere onderwijs, terwijl ze het onderwijs inhoudelijk goed aan kunnen en ze sociaal goed in de groep liggen. Voor deze groep kinderen is de Taalgroep dus bedoeld. Dankzij tijdelijk intensief maatwerk bij de Taalgroep kunnen zij hun weg prima vervolgen op hun eigen reguliere basisschool, waar ze thuishoren.
Elke leerling die met buikpijn, tegenzin en spanning naar school gaat vanwege lees- en spellingproblemen gun je een plek in de Taalgroep. Het zou geweldig zijn geweest als deze voorziening na meer dan vijftien jaar ‘dyslexieprotocollen’ niet meer nodig was, maar niets is minder waar. Steeds duidelijker wordt dat ‘passend onderwijs’ niet altijd zo uitpakt zoals het bedacht is. Daarom doe ik een oproep: laat de Taalgroep een concept zijn dat wordt overgenomen door alle samenwerkingsverbanden, zodat vergelijkbare leerlingen uit heel Nederland de kans van hun leven kunnen krijgen.
Tips voor het reguliere onderwijs |
---|
Ons concept is moeilijk in zijn geheel te integreren in het reguliere onderwijs. Meer kennis van dyslexie en begrip voor het probleem zal onze voorziening misschien ooit overbodig maken, maar vooral zorgen dat minder kinderen beschadigd raken in hun persoonlijke ontwikkeling. Wel kan een aantal onderdelen van de Taalgroep worden overgenomen in het reguliere onderwijs, zoals het aantrekkelijk maken van boeken en lezen, door voor te lezen, presentaties en boekbabbels. Het LIST programma van de HU (in de volksmond: Lezen IS Top, waarbij kinderen elke dag tenminste een halfuurtje lezen in een leuk boek) is echt een aanrader. Het werkt ook bij onze doelgroep moeilijke en/of gedemotiveerde lezers. Op zoek gaan naar passende boeken en daar veel tijd aan besteden is daarnaast heel zinvol. Een kind naar de bibliotheek sturen met de opdracht 'Zoek maar een leuk boek' is vaak net zo'n moeilijke opgave als een volwassene naar de slijterij sturen met 'Zoek maar een lekkere fles wijn uit' (en dat het liefst binnen 10 minuten). Ook kunnen basisscholen hun leerlingen veel meer leeskilometers laten maken in de vorm van aantrekkelijke, betekenisvolle opdrachten. Vooralsnog oefenen kinderen juist minder met zelf lezen, doordat alles – goedbedoeld – voorgelezen wordt. De leerlingen verliezen daarmee ook hun autonomie en gaan aangeleerd hulpeloos zitten wachten. Inzet van ict-middelen kan ook zwakke lezers zelfstandiger maken. Dit en nog veel meer persoonlijke tips en adviezen geven wij onze leerlingen mee aan de leerkrachten en Intern Begeleiders. Zo kan de basisschool uiteindelijk goed verder met hun leerling. |
Meer informatie over de Taalgroep is te vinden op de website van Samenwerkingsverband Unita.
Het Jeugdjournaal maakte in het voorjaar van 2019 ook een mooi item over de Taalgroep, dat hier is terug te kijken.
Anita de Bruin is leerkracht bij de Taalgroep en vanaf het begin betrokken bij deze onderwijsvoorziening.
Reacties
Martine
Mooi. Komen er ook hb-kinderen die niet getest kunnen worden op dyslexie omdat ze te hoog scoren?
Anita
We hebben regelmatig HB-ers in onze groep en als de cijfers ‘te hoog’ zijn worden ze een bespreekgeval. Ook bij het aanname beleid staat kijken naar het kind voorop!
Roos
Fantastisch geschreven! De Taalgroep heeft mij lessen voor het leven mee gegeven. Nog altijd na 14 jaar denk ik tevreden terug aan mijn tijd in de Taalgroep.
Anita
Wat prachtig om te horen Roos. Ik ben ook zo trots op al onze Taalgroepleerlingen. Het gaat je goed!