Stichting Nivoz logo
Sterkt leraren, schoolleiders en betrokkenen bij de uitvoering van hun pedagogische opdracht

Nivoz platform hetkind

Desiderius Erasmus: 'De mens wikt, in zichzelf en met anderen. Er vindt uitwisseling plaats van ideeën, niets ligt bij voorbaat vast.'

6 januari 2018

In de 'Pedagogische Canon’ vindt u een serie portretten van onderwijswetenschappers en -denkers, uit heden en verleden. Hun werk is van betekenis voor een beter verstaan van goede onderwijspraktijk. Via kernbegrippen, definities en eerder gepubliceerd werk trachten we de essentie te vatten.  In deze aflevering Desiderius Erasmus (vermoedelijk 1466-1536), wereldberoemd vanwege zijn publicaties over de goede en slechte manieren van de mens. Het gaat hem altijd om een afweging van vóór en tegen, en om het intellectuele dispuut, niet om afscheiding. 'De mens wikt, in zichzelf en met anderen. Er vindt uitwisseling plaats van ideeën, niets ligt bij voorbaat vast.'

Desiderius Erasmus is van 1473 tot 1478 leerling van de parochieschool  in Gouda. Daarna volgt hij in Deventer de Latijnse school. Deze school is in humanistische zin beïnvloed door de Broeder des Gemenen Levens.  Daarin wordt devotie, eenvoud en bescheidenheid benadrukt. Op ongeveer 20-jarige leeftijd  doet Erasmus zijn intrede in een klooster in de buurt van Gouda. Daar schrijft hij al vroeg over enerzijds het ideaal van het kloosterleven als levensgemeenschap vol bezinning, en heeft hij anderzijds kritiek op de vele regeltjes en beknotting van de menselijke vrijheid.

Dit thema van de verhouding tussen christelijke vroomheid en profane literatuur heeft hij gedurende zijn hele leven in vele publicaties uitgewerkt. Dit thema wordt gevoed door zijn uitzonderlijke kennis van het Oud-Grieks. Op grond van die kennis reflecteer hij op de christelijke, dan nog uitsluitend katholieke literatuur, en de literatuur van de Griekse filosofen.  Door zijn intellectuele en taalkundige begaafdheid en zijn vele reizen door West-Europa was hij in zijn tijd al een beroemd persoon.

De beheersing van de Oud-Griekse taal opent de weg voor een nieuwe vertaling van het Nieuwe Testament. Door die vertaling komen verschillen aan het licht met de gebruikelijke Latijnse vertaling. Dit komt hem op felle kritiek van het kerkelijke establishment te staan dat zich nog volledig conformeert aan de Latijnse vertaling. Op grond van deze Griekse vertaling keert Luther zich tegen de motieven, regels en gebruiken in de kerkelijke hiërarchie. Erasmus wordt vanuit de kerk dan ook wel gezien als de bron van de Reformatie. Dat ontkent hij, want hij laat zich ook zeer kritisch uit over het gedachtegoed en het gedrag van Luther.

Het gaat Erasmus immers altijd om een afweging van voor en tegen en het intellectuele dispuut, niet om afscheiding. De mens wikt, in zichzelf en met anderen. Er vindt uitwisseling plaats van ideeën, niets ligt bij voorbaat vast. Dit geldt ook voor instituties, zoals de Kerk. Zij bepaalt niet, wat uiteindelijk God beschikt. Centraal staat voor Erasmus een humane, beschaafde, door waarden en normen geschraagde samenleving, onder een christelijk goddelijke beschikking.

Wereldberoemd
Wereldberoemd wordt Erasmus met zijn publicaties over de goede en slechte manieren van de mens. Hoewel Erasmus geen twijfel heeft over de kern van de Christelijke leer, wijst hij wel op de ontsporingen in de kerkelijke hiërarchie en op (het ontbreken van) de zedelijkheid van de individuele mens. Hij doet een voortdurend appel op goede omgangsvormen en wellevendheid.

Uitgebreide documentatie is te vinden op onderstaande website van de Rotterdamse bibliotheek. Onder de naam Erasmus worden zes rubrieken genoemd, waaronder

1. Lof der Zotheid, zijn beroemdste publicatie;
2. De schrijver;
3. De leraar.

Onder die laatste rubriek worden 38 uitgaven vermeld, onderverdeeld in Taal, Waarden en normen en Handleidingen. Onder Waarden en normen gaat Erasmus in op wellevendheid en hoffelijkheid, over goede manieren voor kinderen, over gedragsregels voor de jeugd, ontwerp voor goed onderwijs.

Lof der Zotheid
Om te voorkomen dat hij de kerkelijke hiërarchie op zijn nek krijgt, presenteert de auteur zich in Lof der Zotheid als een vrouw, die al een joker de rare motieven, gedachten, gewoonten en gebruiken van de mensheid beschrijft (Kan, 11912). Dit als het ware op afstand met ironie bezien van het dagelijks leven en het onderzoeken van mens en natuur markeert het einde van de Middeleeuwen. Het boek bevat 68 hoofdstukken. Na een introductie van zichzelf als zotheid, als vrouwelijke nar, als bespotter, worden tal van thema’s aangesneden.

In het hoofdstuk ‘Kindsheid en ouderdom zijn met de Zotheid ten nauwste verwant’ legt Zotheid haar grote invloed uit op de onbevangen, vrolijke, naiëve, ontdekkende en door volwassenen geknuffelde kinderen. In de volwassenheid vermindert helaas de invloed van de Zotheid, om weer sterk terug te komen in de ouderdom, waarin niet voor niets de grijsaards ‘opnieuw kinderen’ of ‘kinds’ genoemd worden. In ‘De Zotheid verlengt de jeugd en weert de ouderdom’ wijst de Zotheid op het volgende:

’(…) ik verplaats (…) de mens weer in het beste en gelukkigste deel van zijn leven. Als de stervelingen alle omgang met de wijsheid geheel vermeden en hun leven in onafgebroken verkeer met mij doorbrachten, dan zou er zelfs geen ziekte als de ouderdom bestaan, maar zij zouden het geluk smaken van een eeuwige jeugd. Ziet gij dan niet dat die sombere zwaar hoofden die hun leven deels aan wijsgerige studiën, deels aan ernstige en moeilijke zaken gewijd hebben, reeds de last van ouderdomgevoelen, blijkbaar omdat zorgen en onafgebroken ernstig nadenken langzaam maar zeker hun geest en hun edelste levenssappen uitputten? ’  


In het hoofdstuk ‘Ieder mens, volk of stad is de eigenliefde ingeplant’ verklaart de Zotheid ervan overtuigd te zijn dat de eigenliefde wel verschilt, maar gemeenschappelijk is. Britten, Schotten, Italianen,  Fransen, Turken, Parijzenaars en Venetianen kennen zichzelf allemaal bijzondere kenmerken en kwaliteiten toe, waarin zij zichzelf voorstaan. Allemaal eigenliefde, waarmee de spot kan worden gedreven.

Bronnen:

 

NB. NIVOZ heeft niet de illusie met deze canonbijdrage volledig en compleet te zijn. Het is geschreven om de aandacht en interesse te prikkelen bij leraren, schoolleiders en andere geïnteresseerden. Voor sommige zal het gaan om een eerste kennismaking; voor anderen aanleiding zijn om zich verder te verdiepen. We verwijzen daarvoor naar andere bronnen, zoals onder meer naar het boek Grote pedagogen in klein bestek (SWP), de website van Expoo en het erfgoed van de Nederlandse Gedragswetenschappen (ADNG). 



     

 

 

 

 

 

 

 

Reacties

0
Login of vul uw e-mailadres in.


Er zijn nog geen reacties
Delen:
Op de hoogte blijven?
Schrijf je in voor de nieuwsbrief