‘Als je negen bent, wil je niet anders zijn dan anderen‘
20 december 2017
Jette is 9 jaar oud en heeft moeite om mee te komen in de klas. Tot nu toe was dat nooit echt een probleem, maar de laatste maanden begint het haar op te vallen dat ze anders is dan de anderen. En daar wordt ze boos van. Kindertherapeut Jessica Kleijweg praat met Jette over wat haar precies dwars zit, en besluit haar vervolgens te vragen of ze een presentatie aan de klas durft te geven over wat er precies met haar aan de hand is.‘Ik ga niet meer naar school’, zegt Jette. ‘Hoe komt dat zo?’ vraag ik. ‘Ik mag nooit meedoen met de anderen en ik heb geen vriendinnen!’ ‘Tja,’ zeg ik, ‘dat snap ik wel. Ik zou school dan ook niet zo leuk vinden.’
Jette is 9 jaar en heeft veel moeite om mee te komen in de klas. Ze kan daar niets aan veranderen, omdat dit een gevolg is van complicaties tijdens haar geboorte. Toch zit Jette op een normale school en proberen docenten en ouders haar zo goed mogelijk te begeleiden.
Jette heeft eigenlijk altijd goed om kunnen gaan met het feit dat ze andere opdrachten kreeg en regelmatig niet mee kon doen met de klassikale lessen. Maar de laatste maanden begint het haar op te vallen dat ze anders is. Ze wordt er boos van, doet er alles aan om toch mee te kunnen komen en lijkt boven haar kunnen te willen presteren.
‘Ik doe ook mijn werkjes niet meer op mijn computer!’ zegt Jette. ‘Waarom wil je dat niet?’ vraag ik. ‘Omdat niemand anders dat hoeft!’ zegt Jette. Logisch natuurlijk; als je 9 bent wil je niet anders zijn dan anderen..
Ik besluit om de aandacht even weg te halen bij alles wat Jette ‘niet kan’ en we maken samen een talentenschrift. Jette schrijft elke week een paar talenten van zichzelf op in het schrift. Ze vindt het heerlijk om te doen en komt elke week stralend vertellen welke talenten ze ontdekt heeft. Samen kletsen we erover, maken we tekeningen en verzinnen we van alles waar Jette trots op mag zijn.
Als Jette’s zelfvertrouwen wat gegroeid is, pakken we voorzichtig haar ‘anders zijn’ weer op. We komen erachter dat iedereen wel iets heeft wat ‘anders’ is. En we besluiten dat we dat echt niet kunnen verstoppen.
‘Durf jij aan je klas te vertellen wat er met jou aan de hand is?’ vraag ik. ‘Misschien..’, zegt ze. Ik stel voor om in overleg met school een presentatie te maken over Jettes beperkingen en hoe dat zo gekomen is. Jette vindt het een fijn idee dat de juf haar zal helpen tijdens de presentatie. ‘Dan durf ik het wel,’ zegt ze.
Jette en ik verzinnen samen een prachtig verhaal. Een verhaal over werkmannen in je lichaam, over koffers die zij moeten dragen om alle belangrijke stoffen door je lichaam te brengen, over de plekken waar dat in je lichaam wordt opgeslagen en over de werkmannen bij Jette die weleens vergeten om hun stoffen op te slaan. De presentatie is spannend, maar een groot succes. De kinderen in de klas zijn nieuwsgierig en stellen Jette veel vragen. De juf helpt haar met het beantwoorden en Jette straalt.
Twee weken later komt ze weer op de praktijk. En zonder dat ze zich ervan bewust is, vertelt ze over school, het werken op haar speciale computer en de opdrachten die ze moet doen in de klas. Ik hoor geen woord over het ‘anders zijn’ of ‘er niet bij horen’. En ik ben apetrots op haar.
Jessica Kleijweg is eigenaar van een praktijk voor kindertherapie en moeder van twee dochters.
Reacties