Zeepkloppen
22 maart 2021
In de onderbouwgroep van Anne Elzerman, met 3- tot 6-jarigen, wordt door de kinderen naar hartenlust geschreven en gelezen. Schuurpapieren letters worden gevoeld, kleedjes met woordjes worden gelegd en de eerste boekjes worden gelezen door de vijfjarigen. Behalve door Elissa. Het enige wat zij wil doen, is zeepkloppen. Elke dag weer. Tot ze haar leerkracht versteld doet staan.
De omgeving was rijk aan taal. Elissa, een stevig meisje van vier jaar kwam iedere dag binnen mèt opgestroopte mouwen. Zeepkloppen. Dat is wat ze deed. Eerst raspte ze een hard zeepje met een scherpe rasp. Dan haalde ze water met een kannetje, schonk het water in of (deels) naast een grote schaal. Ze voegde de zeepraspsels toe en nam de garde. Ze klopte met ferme slag en maakte schuim. Iedere dag opnieuw. Ondanks het opstropen raakten de mouwen van haar shirt doorweekt. Iedere dag opnieuw.
Ik liet haar. Toch probeerde ik haar op een onbewaakt moment uit te nodigen voor een letterlesje. Ze was hier niet voor in. Ze liep naar de gang om een droog shirt aan te trekken on vervolgens haar geliefde werk weer op te pakken: zeepkloppen.
Op een dag zat ik geknield bij een kleedje van een ander kind. Het waren ‘haal-woorden’ (jas, pot, bel, tas, juf). Elissa stond met druipende zeperige armen achter me en las kordaat, luid en met kracht: ‘P-O-T, POT’ zei ze. Ze ging door. Ze las alle kaartjes. Stuk voor stuk. Ze kon lezen.
Niet één letter heb ik haar aangeboden. Niet één lesje gegeven. Elissa had leren lezen door te kijken. Te kijken naar alle lesjes die de kinderen om zich heen kregen. Door te observeren vanaf een afstand heeft ze de letters in zich opgenomen. Geabsorbeerd als een spons.
Na het lezen van alle kaartjes op het kleedje liep ze weg. Een handdoek zoeken voor haar nog kletsnatte armen.
Ieder kind is uniek. Laten we blijven kijken naar kinderen. Laten we geduld hebben. Laten we niet te veel sturen. Laten we een inspirerende omgeving bieden. Laten we vertrouwen hebben. Vertrouwen in het kind.
Is directe instructie uit den boze? Het hangt er misschien vanaf wat je onder directe instructie verstaat. Maar is directe instructie nodig? Niet voor Elissa.
Vanaf de dag dat Elissa begon met lezen, veranderde er iets in haar. Ze las alles wat los en vast zat. Begon woordjes te leggen en meer en meer te lezen. Als een speer ontwikkelde ze zich. De gevoelige periode voor taal was overduidelijk.
Om te vragen of ik deze herinnering hier mocht plaatsen zocht ik weer contact met Elissa. Ze vertelde me: ‘Ik ben de liefde voor taal nooit verloren en schrijf nu aan een stuk door gedichten, verhalen en ik probeer zelfs een boek te schrijven. Ik lees als een gek, niet alleen fictie maar ook filosofie en gedichten.’
Anne Elzerman is oprichter van het International Montessori Institute
Dit artikel werd eerder gepubliceerd in Montessori Magazine en is overgenomen met toestemming
Reacties
Adrie Pruijssers
Mooi iedee kind is uniek. De rijke leeromgeving is zo belangrijk. Ieder kind ontwikkelt zich op zijn eigen wijze manier.
Anneke
Geweldig!!! En zo herkenbaar. Ik had ook zo'n jongetje in de klas. Niet vooruit te branden, dikke bril op z'n neus. Op een goed moment was ik hem kwijt onderweg naar de gym. Toen ik hem vond stond hij onder een staatnaambordje met zijn mond half open. "Juf, daar staat ... !"
De straat ben ik inmiddels vergeten, maar dat beeld nooit
Anne Elzerman
Wat een mooie momenten zijn dat!
Annemarie Hendriksen
Wat een mooi verhaal en zo mooi. Eigen manier van ontwikkelen voorop stellen is zo passend bij onze menselijke natuur.
Jeannette Kraij
Prachtig! Vertrouwen, vertrouwen, vertrouwen. Wanneer een kind rijp is om te leren, gaat heel veel gewoon vanzelf! En...kijk daarbij vooral wat het kind nodig heeft ;). Love it!
Anne Elzerman
Zo is dat Jeanette! Bedankt voor je reactie.