Vragen van sportleraar in opleiding: 'Wat is betekenis van ontwerpend leren voor mijn praktijk'
13 april 2014
Student Florian Pijnacker Hordijk worstelt met het begrip ontwerpend leren, volgens hem het credo binnen de lerarenopleiding Sport & Bewegen van Windesheim in Zwolle. Hij las een blog van Gert Biesta waarin de term andermaal passeerde en nieuw licht werpt op zijn dagelijkse stagepraktijk. 'Elk kind op zijn/haar manier laten bewegen. Is dat eigenlijk wel de bedoeling?' Een blog vol vragen en gedachten van een docent in opleiding. Wie reageert?
Onlangs las ik op hetkind.org een artikel - Doel van onderwijs komt met de jaren, met en door ervaring - naar aanleiding van een lezing van Gert Biesta, professor of Educational Theory and Policy aan de universiteit van Luxemburg. Biesta belicht in dit stuk het 'ontwerpend lesgeven' op een bijzondere manier. Hij bekritiseert het idee dat je als docent alles voor de leerling of student op maat zou moeten maken en dat dit het leerproces zou bevorderen. Als iets in het leven na school en studie immers niet op maat is, dan is het wel het leven.
Het is bevorderlijk als een leerling diversiteit aan informatie ontvangt en er zelf het beste uit combineert. Dat moet hij leren. Het idee dat alles op maat moet voor ieder individu komt voort uit de wens in de Westerse samenleving om alles te personificeren. En alle inhouden en vormen te flexibiliseren.
Zelf worstel ik met de term 'ontwerpend lesgeven'. Waarom dit doel stellen als het in de praktijk onuitvoerbaar is. Want hoe kun je als docent iedere leerling op zijn/ haar eigen niveau laten bewegen? Als ik Biesta's overdenkingen naast het ontwerpend lesgeven leg, dan kom ik tot de conclusie dat wij als docenten niet het leerprobleem moeten wegnemen voor de leerling. Maar de leerling juist moeten leren om een probleem zelf aan te gaan en eventueel het leren aan te passen, naar zijn eigen niveau.
Met andere woorden: de creativiteit van de leerling aanboren, zodat deze zelf kan bepalen hoe hij op zijn eigen niveau aan een desbetreffende activiteit kan deelnemen. In plaats van het 'opleggen of aandragen' van mogelijke oplossingen.
Is het wel een taak van de docent om de leerlingen goed te begeleiden in het mogelijk oplossen van bewegingsproblemen? Als het Annie maar niet lukt om de balanceerbalk te passeren, moet ze volgens mij zelf leren om hulp te vragen. De docent beslist dan of Annie die hulp nodig heeft of zelf verder kan. Natuurlijk, aan het begin van het schooljaar, en als de leerlingen in de onderbouw starten, kun je als docent nog sturen. Hoe ouder ze worden, hoe meer je de hulpvraag moet afhouden, zodat leerlingen zelf naar oplossingen zoeken, desnoods met hulp van klasgenoten.
Misschien heb ik de term ontwerpend lesgeven altijd verkeerd begrepen. Ik heb nu wel een helder beeld van hoe dit er in de praktijk moet uitzien: het is het aanleren van zelf oplossend vermogen. Daarmee hoop ik dat de leerling op eigen benen leert staan en bewust is van het feit dat hij elk probleem kan oplossen, of alleen of tesamen. Als je een kind dat gevoel kan geven, ligt voor ieder kind het geluk voor het grijpen.'
Florian is vierdejaars student aan de Christelijk Academie Lichamelijk Opvoeding (Windesheim/Calo te Zwolle). Hij loopt stage in Curacao. Waarom onderwijs? 'Niets is mooier dan kinderen te raken met bewegen. De reactie die dat teweegbrengt is zo uniek, daar doe ik het voor.'
Waardevolle verhalen voor goed onderwijs
Iedereen maakt verschil, samen hebben we impact
Als donateur (50 euro) ontvang je 'het Jaarboek 2014'
en de jubileumuitgave 'NIVOZ & de urgentie van goed onderwijs'
Reacties