Stichting Nivoz logo
Sterkt leraren, schoolleiders en betrokkenen bij de uitvoering van hun pedagogische opdracht

Nivoz platform hetkind

School? Bij de Spaaihoeve spreken ze liever van een speelleercentrum

24 april 2023

In steeds meer gemeenten worden kinderopvangorganisaties en scholen aangemoedigd om meer te gaan samenwerken. ‘Wij besloten niet om een ruimte te verhuren aan de kinderopvang maar om echt te gaan samenwonen.' Hoe maak je daar een succes van? Bij de Spaaihoeve zijn ze er van overtuigd dat het hem zit in een sterke pedagogische visie: ‘Het zijn ónze kinderen van ‘s ochtends vroeg tot half zeven ‘s avonds.’ 

Als ik kom aanrijden door een niet zo opvallende wijk duikt er opeens een bijzonder gebouw op dat aan de buitenkant meer weg heeft van een grillige oude boom dan van een strak vierkant schoolgebouw. Rond het gebouw lopen kinderen die mij vriendelijk de weg wijzen naar de kamer van schooldirecteur Lenny Voets. Ik ben op bezoek bij de Spaaihoeve in Eindhoven, een ‘speelleercentrum’ voor kinderen van 0 tot en met 12 jaar oud.  

Als we koffie gaan halen begin ik te begrijpen waarom er niet gewoon voor de term ‘school’ gekozen is. In een grote ruimte met een podium staat een vijf meter lang kookblok met daar tegenover een hele lange hoge tafel. ‘Hier drinken ouders vaak nog even koffie als de lessen zijn begonnen’ vertelt Voets. ‘Er wordt gepraat over voetbal, over school, over opvoeden, het is net een grandcafé.’ De koffietafel zou je kunnen beschouwen als een statement: ‘ouders spelen ook een belangrijke rol in deze school’. In de praktijk betekent dit dat ze meedenken over de ontwikkeling van hun kinderen, af een toe een handje helpen en dat sommige ouders speciale activiteiten begeleiden.   

Tegenover de hoge lange tafel zit een groepje kinderen bij het podium. Ze oefenen onder begeleiding van een van de docenten - of een onderwijsassistent? - met een bepaalde rekenopdracht.  

Op de terugweg lopen we door een aantal grote open onderwijsruimtes met verschillende intieme hoeken waarin groepjes bij elkaar kunnen komen voor instructies, dagopeningen etcetera. In de open middenruimte kan er worden gewerkt of geknutseld. Het doet een beetje denken aan de openbare bibliotheek. In deze ruimtes lopen, zitten, leren en spelen zo’n 100 kinderen van om en nabij dezelfde leeftijd - denk aan kinderen die op een klassieke school in de groepen drie of vier zouden zitten, vijf of zes etcetera - die weer ingedeeld zijn in vier verschillende ‘stamgroepen’. Aan de overkant zitten de baby’s en peuters in een vergelijkbaar gebouw met kleinere stamgroepen.  

De pedagogische gedachte van de Spaaihoeve is dat ieder kind verschilt in ontwikkeling en dat het pas goed uit de verf kan komen als het onderwijs hier rekening mee houdt. In een school waarin klassikaal les wordt gegeven gaat dat bijna niet stelt Voets. ‘Neem het talige kind. Daar is de Engelse les al heel snel ontzettend saai voor. En voor een rekenzwak kind zullen de standaard rekenlessen al snel voelen als een soort Russisch voor gevorderden. Om de individuele ontwikkeling van kinderen meer recht te doen, kijken ze op de Spaaihoeve dus naar wat een kind al goed kan en wat nog niet en maken ze vervolgens een persoonlijk leerplan met het kind en zijn ouders. ‘Er is geen kind dat zegt “ik wil niet leren”’ zegt Voets. ‘Wij hebben als leraren de taak om die leerbehoefte aan te spreken en te begeleiden. En dat doe je niet door ze al vroeg vast te pinnen op een niveau.’ 

Het bij de Spaaihoeve sterk levende idee dat ieder kind anders is en zichzelf mag zijn - ‘wij hebben bijvoorbeeld ook kinderen met het syndroom van Down’- en de sterke focus op wat kinderen allemaal wél kunnen in plaats van niet, stond ook hoog in het vaandel bij Korein kinderopvang, een organisatie met kinderdagverblijven door heel Nederland waaronder in Eindhoven. Toen de gemeente Eindhoven scholen en kinderdagverblijven begon te stimuleren om meer samen te werken als integraal kindcentrum wist Voets meteen dat ze graag wilde samenwerken met Korein.  

Na elkaar officieel de liefde te hebben verklaard, hadden ze volgens Voets twee keuzes: de Spaaihoeve zou een ruimte kunnen verhuren aan Korein of ze zouden formeel kunnen gaan ‘samenwonen’. Ze kozen dat laatste omdat dit samenwonen veel extra kansen biedt. Voets: ‘De middelen die je normaal gebruikt om een groepsruimte voor de buitenschoolse opvang in te richten - denk aan een koelkast, een oven en meubels - kun je dan bijvoorbeeld steken in een gezamenlijk gebouw’. 

Toen de kogel door de kerk was mochten ze samen gaan dromen over hoe die nieuwe school voor kinderen van nul tot en met twaalf jaar eruit zou komen te zien. Uiteindelijk werd gekozen om het bestaande kinderdagverblijf te verbouwen en om vlak daarbij een nieuwe school neer te zeten. De inrichting van beide gebouwen sluit volledig op elkaar aan. Beide hebben plekjes waar je je kunt terugtrekken, maar ook ‘pleinen’ om bij elkaar te komen.   

En hoewel de organisaties op papier nog gescheiden zijn - in Nederland worden  kinderopvangorganisaties immers maar gedeeltelijk en ook nog eens indirect gefinancierd via subsidies aan ouders terwijl schoolbesturen een lumpsum krijgen om onderwijs aan te bieden - treden ze wel als één geheel naar buiten. De Spaaihoeve is nu een doorlopende leer- en ontwikkelplek voor alle kinderen vanaf nul jaar. 

De samenwerking bleef niet hangen bij het materiële deel. ‘Na het eerste samenwonen gingen we ook samen pedagogische cursussen volgen’, vertelt Voets. ‘We reisden af naar Zweden en leerden elkaar goed kennen en waarderen’. En daarmee stipt ze iets aan dat lang niet altijd vanzelfsprekend is, vertelt pedagoog Wilma van Esch die veel van dit soort fusies heeft gezien en begeleid. Wat Van Esch opvalt is dat de medewerkers van de kinderdagverblijven en leraren lang niet altijd weten te waarderen. De pedagogisch medewerkers hebben vaak minder status hebben en worden ook minder serieus genomen- ze zijn immers minder ‘hoog’ opgeleid dan de basisschool docenten.  

Zeer ten onrechte vindt Lenny Voets. ‘We kunnen juist ontzettend veel van elkaar leren.’ Ze geeft een voorbeeld van een kind op wie de leraren niet zoveel vat konden krijgen. Door te praten met de PM’ers van de naschoolse opvang lukte dat opeens beter. ‘PM’ers zien kinderen in een veel speelsere setting. Ze leren het kind daardoor op een hele andere manier kennen. En dat biedt dan weer handvatten voor de docenten.’  

Een ander groot voordeel van samenwerking is de soepele overgang van de peuters naar de kleuters. Dat is fijn voor alle kinderen maar helemaal voor de kinderen die formeel in aanmerking komen voor Voor- en Vroegschoolse Educatie. Er is nu echt sprake van een doorgaande lijn, iets wat minder vanzelfsprekend is als kinderopvang en school niet nauw samenwerken. ‘Op de Spaaihoeve spreken de VVE-medewerkers van de peuters en kleuters elkaar heel regelmatig’ zegt Voets. ‘Wij hadden laatst een leerling in de kinderopvang die heel moeilijk gedrag vertoonde - er was sprake van zware problematiek. Als dit kind op een afzonderlijk kinderdagverblijf had gezeten was hij waarschijnlijk naar het speciaal onderwijs gestuurd. Maar omdat wij zo nauw samenwerken besloten de VVE-medewerkers dit kind heel geleidelijk te laten wennen. Hij hopte als het waren nog een beetje tussen de peuters en kleuters en vond geleidelijk aan z’n draai. Dat is heel fijn om te zien.’  

Ook andere kinderen die tussen de wal en het schip dreigen te vallen profiteren van de nauwe samenwerking tussen school en BSO. Zo werd de kinderen van een gezin dat opeens in een zware crisis belandde gratis buitenschoolse opvang aangeboden. ‘Dan weet je tenminste dat het kind op dat moment veilig is en te eten krijgt’, zegt Voets. 

Dit soort samenwerking maakt de Spaaihoeve niet alleen aantrekkelijk voor kinderen en hun ouders, maar ook voor pedagogisch medewerkers en docenten. Zo kunnen de mensen van de naschoolse opvang overdag aan de slag als onderwijsassistent. En omgekeerd kunnen de docenten in de vakantie wat hand en spandiensten verlenen in de naschoolse opvang en de kinderen in een andere context meemaken.  

Hebben die docenten hun handen dan niet vol aan de administratie? ‘Nee’, zegt Voets, ‘we hebben ons administratiesysteem enorm vereenvoudigd. Omdat de docenten een maatplan maken voor kinderen hoeven ze minder achteraf te registeren. Hierdoor blijft er veel meer tijd over voor hetgeen er volgens Voets echt toe doet: aandacht voor de kinderen.’  

Als ik bijna wegga, onderstreept Voets nog even haar enthousiasme voor de school: ‘Het mooie van zo’n samenwerking met de kinderopvang is dat we nu echt aan iets gezamenlijks werken. Het zijn ónze kinderen van ‘s ochtends vroeg tot half zeven ‘s avonds.’ Ze is er van overtuigd dat die samenwerking in de toekomst alleen nog maar belangrijker gaat worden. Niet alleen omdat we kampen met enorme personeelstekorten in zowel onderwijs als kinderopvang - ‘door voor elkaar in te springen kunnen we die tekorten beter opvangen’ - maar ook omdat ze verwacht dat opvoeding en ondersteuning van ouders een groter thema gaat worden in de toekomst. ‘Ouders moeten meer werken om rond te kunnen komen en voelen meer druk vanuit de maatschappij om te presteren. En dan wordt onze maatschappij ook nog eens steeds diverser. Dat vraagt iets anders van iedereen. We hebben elkaar - ouders, school, opvang - hard nodig om hier op een goede manier mee om te gaan!’  

Marilse Eerkens is sociaal psycholoog, journalist en auteur van o.a. ‘Als ze maar gelukkig worden’.

Reacties

2
Login of vul uw e-mailadres in.


Anne van Hees
1 jaar en 6 maanden geleden

Wat fijn dat er (eindelijk!) een artikel over De Spaaihoeve op het NIVOZ is verschenen. Dank Marilse! Als ouder en onderwijskundige zie ik hoe mijn twee dochters in het afgelopen schooljaar enorm zijn opgebloeid nadat zij de overstap naar deze Jenaplanschool hebben gemaakt. De samenwerking tussen de BSO/VVE en de basisschool is slechts één van veel facetten die het belichten waard zijn. Het erkennen en stimuleren van de authenticiteit van kinderen - het mogen zijn en worden wie je bent - gaat op deze school hand in hand met het stimuleren van verbondenheid. Ieder kind wordt gezien in een ontspannen en saamhorige sfeer. Het gebouw is prachtig, ademt sfeer en de inrichting biedt volop mogelijkheden en stimulering tot ontwikkeling, maar het is vooral het pedagogisch tact van het onderwijsgevend én onderwijsondersteunend personeel dat De Spaaihoeve tot zo’n mooie, fijne plek maakt.

Login of vul uw e-mailadres in.



Annonay Andersson
1 jaar en 6 maanden geleden

Wat een mooie reactie Anne! En een hele waardevolle, want een enorme aanvulling van hoe de school is!

Login of vul uw e-mailadres in.


Delen:
Op de hoogte blijven?
Schrijf je in voor de nieuwsbrief