Projectwerk en ateliers: toneel, voeldozen met poep, en een paardje in de kring
3 april 2018
Op de Uilenspiegel in Boekel is bijna alles mogelijk. Ze werken er aan de hand van vijf werkvormen. Projectwerk is één van de werkvormen, Ateliers weer een andere. Het is mooi wanneer de ene werkvorm een andere kan versterken. Dat gebeurde in de onderbouw: het projectwerk en de ateliers worden als vanzelf verweven in elkaar als Tijn een paardje mee naar school neemt en een schildpad zoek raakt. Sjaak van Moorsel doet verslag namens het hele team van de Uilenspiegel.
In de onderbouw willen de kinderen het graag over dieren hebben. In groep 1/2 kiezen de kinderen voor huisdieren, groep 2/3 kiest voor onderwaterdieren en groep 3/4 kiest dieren uit de jungle.
Projectwerk
De kinderen in groep 1/2 willen graag een presentatie geven over hun eigen huisdier.
Er komen cavia's, konijnen, poezen en ook de hond van oma komt op school. Tijn stelt in de kring een vraag: ‘Ik heb geen huisdier, maar mijn opa heeft een paardje. Mag ik aan opa vragen of hij met het paardje naar school komt? Daar wil ik dan graag een presentatie over houden.’ Vol enthousiasme zeggen wij: ‘Ja, natuurlijk Tijn. Dat is SUPERLEUK!’ En zo kan het gebeuren dat opa met het paardje op het schoolplein staat.
Niet alleen de kinderen van groep 1/2, maar ook de andere kinderen op school vinden het paardje reuze interessant. Zo interessant dat de kinderen van groep 1/2 het niet zo goed kunnen zien. De juf van Tijn stelt voor om het paardje gewoon mee in de kring te nemen. En zo gebeurt het. Tijn geeft zijn presentatie in de kring met het paardje er natuurlijk bij.
Ateliers
Om de betrokkenheid tijdens de ateliers te verhogen, hebben de juffen van de onderbouw een plan bedacht waarmee de kinderen tijdens de ateliers aan de slag kunnen. Iedere juf heeft een personage. We hebben dokter Didi, de mevrouw van de onderwaterwereld en de verzorger van de dieren uit de jungle.
Het is een maand geleden. Er wordt een hele grote doos op school bezorgd. In de grote doos zit een kooi. Dokter Didi, de mevrouw van de onderwaterwereld en de verzorger uit de jungle zijn reuze enthousiast maar.... de kooi is leeg. Dokter Didi denkt dat de kooi voor een huisdier is, de mevrouw van de onderwaterwereld denkt dat het voor een onderwaterdier is en de verzorger uit de jungle weet zeker dat het voor een dier uit de jungle is. Hoe kunnen we er nu voor zorgen dat het dier terug komt?
De kinderen bedenken van alles. We moeten het dier lokken met voer, met instrumenten, we moeten andere kooien gaan timmeren. En zo ontstaan de ateliers. Met een heel hoge betrokkenheid en vol met ideeën die de kinderen zelf hebben aangedragen gaan we aan de slag. Er worden verschillende kooien gemaakt, voeldozen met poep, allerlei voer, en muziekinstrumenten worden gemaakt om het dier te lokken. Kinderen maken het ontsnapte dier van klei en mozaïek. Er wordt hard en enthousiast gewerkt.
Na drie atelierrondes, een maand later, krijgen we opeens een telefoontje. De schildpad die bij ons bezorgd zou worden is terug komen lopen in de dierenwinkel in Boekel. Ze zijn hem al een maand kwijt. Henk, de verzorger, begrijpt wel waarom hij zo lang weg is geweest. Hij vindt het bij ons op school erg fijn met al die prachtige hokken en het heerlijke eten. Hij is erg blij dat wij hem zo goed verzorgd hebben op school.
En de kinderen, die blijven maar praten over waar het ontsnapte dier op school heeft gezeten.
Sjaak van Moorsel is leerkracht op de Uilenspiegel in Boekel.
Reacties