'Mijn brandstof is geen voedsel, maar een intentie'
2 november 2023
‘Als ik op school ben heb ik vier blikjes energydrank nodig. Zoveel prikkels, zoveel dingen te doen. Steeds een ander vak, de spanning van een toets die ik ‘wegdrink’. Als de batterij van je telefoon leeg is, doet hij het niet meer. En altijd precies op het moment dat je het apparaat heel erg nodig hebt. Een gesprek met een stagiair zette Joost Vriens aan het denken: hoe voed ik mezelf? Voor iedereen is dat verschillend. Hoe is dat voor jou?
Met een stevig gebaar zet Dave een blikje energydrank op tafel. Dave is de stagiair van de loodgieter die bij ons een klus doet. Zijn baas en leraar had net verteld dat hij zonder twee sterke koppen koffie de dag niet kon beginnen. ‘Twee van deze blikjes’, aldus Dave, ’zorgen ervoor dat ik de hele dag fit ben.’ Hij kijkt naar zijn baas. ‘Zonder die twee drankjes als start wil je mij niet hebben.’
In het gesprek bleek dat hij geen leeftijdgenoot kende die geen energydrank op het dagmenu had staan. Toen was de pauze voorbij en liep hij achter zijn mentor aan naar boven.
Dit korte gesprek riep een vraag bij me op. Welke brandstof heb je eigenlijk nodig als docent om een dag lesgeven en vergaderen en luisteren en lezen op een succesvolle manier door te komen?
Mijn brandstof is geen voedsel, maar een intentie. Ik start de dag met een korte pauze. De wekker gaat. Ik open mijn ogen, voel mijn lichaam en realiseer me dat ik een nieuwe dag voor me heb. Dat is een geschenk. Daar heb ik wel een aantal jaren over gedaan. Eerst begon ik met de gedachte: ik moet weer werken. Of: het wordt vanzelf half vijf. Nu start ik de ochtend nieuwsgierig. Met aandacht zet ik mijn voeten op de grond en sta op. Ik neem me voor om in deze nieuwe, nog onbekende dag goed te luisteren. Of met echte volledige aandacht de klas binnen te stappen. In een woord schrijf ik het voornemen op en leg het op mijn kussen. Zodat ik het in de avond weer tegenkom.
Meestal herinner ik me dat voornemen als ik met mijn hand de deur van de school open doe. Ik heb niet veel eten in mijn buik, maar ik heb wel een intentie.
Vermoeiend
Op een maandagochtend zat ik in een bus. Achter mij zaten wat leerlingen die ik wel van gezicht kende, maar niet van naam. Ze zaten niet in mijn klas. Een leerling zei: ‘Ik adem nu diep in, hou mijn adem vast en wacht tot het weer vrijdagmiddag is. Weekend. Ik weet niet wat ik op school kom doen. Ik stop even met leven.’ Die zin heeft me destijds en ook nu nog diep geraakt. Wat moet school vermoeiend zijn, uitputtend zijn, als je het zo beleeft.
Tijdens de middagpauze vertelde een jonge, nieuwe docente enthousiast dat ze een boek gelezen had over de werking van hersenen bij pubers. Ze was aan het zoeken hoe ze die inzichten toe kon passen in haar lessen. Er ontstond een prachtig gesprek. Voor iedereen was dat voedend. Een paar door iemand gekochte worstenbroodjes bleven onaangeroerd op tafel liggen.
Leerlingen vertellen mij dat ze een slechte ochtendstart hebben als ze hun oplader niet kunnen vinden. Die is bijna net zo belangrijk als hun mobiel. Ze konden moeiteloos uit hun hoofd zeggen hoe vol of hoe leeg de batterij van hun smartphone was.
Hoe zit dat met de energie van ons als leraren? Weet je waar je door gevoed wordt? Wat doe je om je weer op te laden? Weet je waar je energie van krijgt en wat energie kost?
Dave
Terug naar Dave, de stagiair. Aan het einde van de dag straalde hij. Hij had het moeilijkste deel van de klus zelf mogen doen en dat was hem gelukt. Toen haalde hij nog twee blikjes energydrank uit zijn tas. ‘Hier hadden we het vanmorgen over, toch? Als ik op school ben heb ik ze alle vier nodig. Zoveel prikkels, zoveel dingen te doen. Steeds een ander vak, de spanning van een toets die ik ‘wegdrink’. Maar als ik op stage ben is het rustiger. Heb ik maar met een man te maken. Hij legt onderweg uit wat me te wachten staat. En ik vind het leuk, ik ben trots. Ik denk dat als ik dit elke dag zou doen ik die blikjes niet meer nodig heb.’
Een vriendin, leerkracht Nederlands voor anderstaligen, eet s’morgens drie rijstwafels met geitenkaas en wat rucola. ‘Dat is bijzaak tijdens het ontbijt. Ik maak een lijstje van dingen die ik vandaag moet doen. Als ik dat overzicht heb in mijn hoofd dan maakt het niet meer zoveel uit hoeveel ontbijt er in mijn buik zit’.
Haar man, ook leerkracht, doet dat juist niet. ‘Ik eet kalm twee boterhammen en een kop thee en kijk naar buiten. De wind, de vogels. Zo bereid ik me het beste voor op een dag waarop zoveel onverwachte dingen gebeuren.’
Onze ‘energiedrankjes’, onze brandstof, verschillen. Het is goed om even stil te staan hoe dat voor jou is. Hoe zorg jij dat je batterij ‘vol’ is? Wat heb je nodig?
Als ik s ’avonds naar bed ga vind ik het briefje weer met die intentie. Ik ga liggen, overdenk de dag. Kan ik me momenten herinneren waarop ik de intentie uitgevoerd heb? Kan ik me ook momenten herinneren waarin ik het niet gedaan heb, maar het wel heel goed was geweest? Stevige uitdaging om dan niet in het oordeel te gaan zitten.
Meestal leg ik dan tevreden mijn handen op mijn buik. Deze reflectie maakt het voor mij voelbaar dat ik een voedende dag heb gehad. En altijd een paar puntjes om de volgende dag weer gemotiveerd aan de slag te gaan.
Online onderwijs-sangha
In de online onderwijs-Sangha staan we stil bij dit soort uitdagingen. Om van elkaar te leren en goed voor onszelf te zorgen. Dan kunnen we ook goed voor de kinderen zorgen. Meer informatie over ons vind je hier. Je bent van harte uitgenodigd om deel te nemen. Ruimte geven is het thema van zondagavond 22 oktober. Als je deel wilt nemen, kun je een mail sturen naar Baltus van Laatum, die je dan een link stuurt van onze bijeenkomst.
Joost Vriens was docent Levensbeschouwing en is nu bezig om een bijdrage te leveren aan het verbinden van mindfulness met onderwijs en onderwijsvernieuwing
Reacties