Stichting Nivoz logo
Sterkt leraren, schoolleiders en betrokkenen bij de uitvoering van hun pedagogische opdracht

Nivoz platform hetkind

'Getest op ADHD? Me hoela, hoe durft ze het te vragen?'

2 augustus 2015

Het oudste zoontje van Ady Hoitink draait niet lekker op school. Hij is onrustig, luistert slecht, trekt zijn eigen plan en heeft moeite met samen spelen met andere kinderen en vriendjes maken. 'Is hij getest op ADHD?' vraagt de juf van de buitenschoolse opvang,waar hij ook drie middagen vertoeft. 'Nee, hij is niet getest en hij heeft ook geen ADHD,' reageert Ady afgemeten. Ze legt vervolgens uit waarom zij denkt dat haar zoontje van slag is. 'Omdat hij er net zes uur schools overleven op heeft zitten als hij binnenkomt. Omdat hij pas vijf is, en zich al meer uren per week moet aanpassen en in groepen staande houden dan ik als volwassene zou kunnen volhouden. Dat het niet gek is dat hij dan gevoelig is voor prikkels.' Thuisgekomen trapt ze van kwaadheid tegen de deuren. Haar blog: 'Getest op ADHD? Me hoela, hoe durft ze het te vragen?' 

In de winter heb ik regelmatig lopen piekeren over mijn oudste zoon. Niet omdat er nou van alles met hem aan de hand is, maar omdat hij 'niet lekker draait' op school. Hij is onrustig, luistert slecht naar de juf, trekt zijn eigen plan en heeft moeite met samen spelen met andere kinderen en vriendjes maken. De hele tijd? Nee, niet de hele tijd. Eigenlijk alleen tijdens de kring en tijdens overgangen van de ene activiteit naar de andere. En bij hele open situaties: vrij spelen op het plein, op het moment dat het nog niet duidelijk is wie met wie wat gaat doen. Hossen in de aula met Carnaval.

Zo heb ik nu begrepen van zijn juf, die 'met de handen in het haar' zit. We bespreken hoe we bij hem meer welbevinden en betrokkenheid kunnen bewerkstelligen. Thuis staat ons ook wat te doen, wordt me duidelijk: klasgenootjes hier laten spelen, bijvoorbeeld. In de voorjaarsmaanden lukt het school en ons, om onze bijna-zesjarige weer aan het zingen te krijgen.

Mijn zoontje gaat niet alleen vijf dagen per week lange dagen naar school, maar ook nog drie dagen naar de buitenschoolse opvang. Sinds dit schooljaar is dat een andere opvang, met leidsters die wat minder uit één stuk lijken dan bij de vorige opvang. Het gebouw heeft ook aanzienlijk minder buitenruimte. Ik denk: open situaties op school gaan niet goed? Ik benieuwd hoe dat op de BSO gaat! Dus vraag ik een gesprek aan. Tot dat moment hebben mijn man en ik geen enkel signaal gehad dat het niet goed gaat. Het schooljaar is dan toch al zes maanden oud. De leidster die het meest met hem te maken heeft, voert het woord. Zoon is onrustig, wil niet op zijn stoeltje zitten tijdens het thee drinken, staat steeds op om iets te gaan doen, rent soms gillend door de gangen en als hij in een speelhoek alleen zit te spelen, mogen andere kinderen er soms niet eens bij. Alleen met zijn broertje is het contact eigenlijk goed.

 

'Is hij getest op adhd?', vraagt ze.


Nee, hij is niet getest en hij heeft ook geen adhd, zeg ik afgemeten. En ik begin uit te leggen waarom ik denk dat hij onrustig is. Omdat hij er net zes uur schools overleven op heeft zitten als hij bij hun binnenkomt. Omdat hij pas vijf is, en zich al meer uren per week moet aanpassen en in groepen staande houden dan ik als volwassene zou kunnen volhouden. Dat het niet gek is dat hij dan gevoelig is voor prikkels. Dat die onrust een teken van stress is.

Ik vertel wat helpt om de stress te verminderen. En vraag: of het misschien een idee is om niet meteen verplicht samen thee te gaan drinken, maar kinderen eerst even vrij te laten spelen? Of ze misschien zelf kunnen kiezen wanneer en hoe ze hun thee drinken? Voor mijn tips en suggesties is de andere aanwezige leidster heel ontvankelijk. Zij is er sinds een week. Maar de adhd-vermoedende leidster luistert eigenlijk niet. Het blijkt dat zij vanaf volgende week werkloos wordt, zij heeft er immers drie tijdelijke jaarcontracten opzitten. Als ze over vier maanden nog beschikbaar is, mag ze terugkomen. Dat is inmiddels de gebruikelijke gang van zaken in de hele opvang en welzijnssector: draaideurpersoneel.

Pedagogisch kijken

Thuisgekomen trap ik van kwaadheid plotseling tegen de deuren. Adhd me hoela, hoe DURFT ze het te vragen? Een psychiatrische diagnose gvd. Het mens heeft een mbo-opleiding als pedagogisch werker, heeft dan niemand verteld dat ze pedagogisch moet kijken? En dat ze helemaal niet geschoold is om met de aanname van een stoornis naar een kind te kijken? Woest ben ik en ik schrik van mijn eigen heftigheid. Dat ik zojuist nog zo kalm bleef! Ik pak de telefoon om via haar leidinggevende de hele kinderopvangsector te hervormen.

De voorzienigheid grijpt in en verbindt me door met… dezefde pedagogisch medewerker. Aan wie ik dus, zoals het hoort, beleefd kan melden dat me nog iets dwars zit. Maar ze zegt: 'ik zei ook niet dat hij adhd heeft, ik vroeg alleen of hij getest was?' Ik bind onmiddellijk weer in: je hebt gelijk, dat is inderdaad wat je vroeg. Maar het meisje aan de andere kant van de lijn ziet niet dat de tranen me in de ogen schieten. Van de spanning, van schuldbewustzijn, en nog van iets anders. Als ik de telefoon neerleg, weet ik onmiddellijk wat. Want ik word opnieuw heel erg boos.

Ik schrijf in één minuut een rijtje met 'Tien vragen die je eerder moet stellen' op.

- Waarom denkt u dat hij zo druk is?
- Is hij thuis ook wel eens druk? In welke situaties?
- Wanneer is hij rustig? En wanneer geconcentreerd?
- Wat helpt om hem rustig en gefocust te krijgen?
- Welke situaties leveren bij hem veel stress op?
Etcetera.

Ik wil er eigenlijk mee gaan actie voeren, het meisje deze lijst geven de eerst volgende keer dat ik haar op de BSO zie. Maar er komt geen eerstvolgende keer. Ze is haar baan kwijt. Waar begin je in zulke situaties een traject naar meer pedagogische tact? Wat een zonde. Ze is die baan niet kwijt ,omdat ze een slechte leidster is. Maar ze wordt op deze manier ook nooit beter.

Thuisgekomen neem ik een kloek besluit, al zal de minister Busschemaker van emancipatiezaken het er wel niet mee eens zijn. Vanaf volgend schooljaar ga ik een middag minder werken. Dat geeft meer vrije ruimte voor mijn grote kleuters om te doen waar ze voor kiezen. En het geeft mij meer tijd om me met school  en BSO te bemoeien. Het moet. (Zelfs van de minister Busschemaker van onderwijs ;-))

Ady Hoitink is moeder en werkt als aanjager en verbinder van innovatieve onderwijsprojecten bij o.a.  Buro Verschillig  

 

Reacties

0
Login of vul uw e-mailadres in.


Er zijn nog geen reacties
Delen:
Op de hoogte blijven?
Schrijf je in voor de nieuwsbrief