Stichting Nivoz logo
Sterkt leraren, schoolleiders en betrokkenen bij de uitvoering van hun pedagogische opdracht

Nivoz platform hetkind

‘De mens is niet vanzelf verstandig en in staat om goed met de ander om te gaan. Daarin moeten we oefenen.’

17 januari 2018

‘Jongeren moeten leren hun eigen speelruimte te doorzien en de noodzaak leren zich te beperken, tegen de megalomanie van het neoliberalisme in.’ Bildung, persoonsvorming, de groei naar volwassenheid begint bij onze kinderen. Antoine de Saint-Exupéry, de schrijver van een van mijn lievelingsboeken, Le Petit Prince (De Kleine Prins) schreef het in dat boek al treffend: "Les baobabs, avant de grandir, ça commence par être petit." Voordat je kunt opgroeien, begin je met klein te zijn. De Kleine Prins staat vol met mooie waarheden. Net als De Kleine Prins bood ook Joep Dohmen op deze avond een aantal mooie inzichten. ‘Jongeren mogen geen slachtoffer worden van het maakbaarheidsideaal, ze moeten actief begeleid worden door ons, door ouders, leerkrachten.’

Wat filosofie en de groei naar volwassenheid met elkaar te maken kunnen hebben, wordt tijdens de opening van de avond door NIVOZ-medewerker Maartje Janssens duidelijk gemaakt aan de hand van de trailer van Just A Beginning, een Franse documentaire over de kleuters in de klas van juf Pascaline. Zij hebben wekelijks een opmerkelijke les op het rooster staan, namelijk filosofie. In deze les leren de klasgenoten hun gevoelens te uiten en te luisteren naar de gedachtes van anderen terwijl ze discussiëren over onderwerpen als liefde, macht en de dood. Tijdens deze gesprekken met het oog op de toekomst laten de enthousiaste filosofen geen kans voorbij gaan om hun mening te geven.



Dan de lezing van Joep Dohmen, die hoge eisen stelt aan zijn toehoorders. In een moordend tempo deelt hij zijn moraalfilosofische verkenning van het begrip Volwassenheid met een zo goed als uitverkochte zaal in theater Maitland.

Dohmen begint met een korte uiteenzetting over de verschillende letterlijke betekenissen van het woord Volwassenheid in diverse vakgebieden (beleid, recht, biologie, gerontologie, sociologie, psychologie). De meest interessante in dat rijtje is wat mij betreft de psychologische betekenis: iemand heeft een zekere mate van zelfstandigheid verworven, in de zin van mentale stabiliteit. Hij heeft realiteitsbesef en is in staat een bij de fase passende crisis te overwinnen. Hij is goed gesocialiseerd, niet verzand in eenzaamheid of zelfhaat. Een interessant boek in dit kader is The Stories We Live By, van Dan Mcadams, een boek dat gaat over het narratief: wij zijn de verhalen die we vertellen. Mensen zijn verhalende wezens die elkaar voortdurend hun levensverhalen vertellen en daardoor voor zichzelf en anderen begrijpelijk worden.

Moderne Bildung als de weg naar volwassenheid
De discussie over volwassenheid kent een lange en rijke traditie. Zo noemde het stoïcisme rond 300 voor Christus al een interpretatie van autonomie dat je moet weten waar je over gaat en waar je niet over gaat. Daar tegenover staat het ideaal dat Kant heeft over volwassenheid, namelijk dat je van goede wil moet zijn. Bildung als emancipatiebeweging wil zeggen: ‘Wie zichzelf niet vormt, wordt gevormd’. Zonder oefening wordt de mens datgene wat natuur en cultuur van hem maken. Bildung is dus begeleide zelfvorming, een integraal leerproces als de weg naar volwassenheid. Denk aan een jongere die zijn leven bewust mee vormgeeft, samen met de belangrijke mensen in zijn leven (ouders, leerkrachten en docenten).

Inspiratie en autonomie
Er gaat wel iets vooraf aan Bildung, namelijk het “ontwaken”: ‘Ik moet iets met mijn leven, ik moet er zelf richting aan geven’. Jonge mensen ontdekken dat de keuzes die ze maken er daadwerkelijk toe doen en de docent kan hier als voorbeeldfiguur mede het verschil maken.

Ook moeten jongeren leren reflecteren, zodat ze een eigen kijk op het leven kunnen ontwikkelen: wat zijn goed een slechte argumenten? Dat gebeurt niet in een innerlijke monoloog, maar thuis aan tafel, in de klas, op een bankje in het park, waar je de mening van anderen hoort. Zo leer je je oordeel opschorten en een standpunt innemen. Dat innemen van een standpunt noemde Kant “mondigheid”, de weg naar volwassenheid. Hierbij is zelfvertrouwen natuurlijk vreselijk belangrijk: het vormt de emotionele basis van je ontwikkeling. Cognitieve zelfvorming geeft een mens zelfvertrouwen omdat het helpt een standpunt in te nemen. Of zoals Martha Nussbaum zegt: ‘De leerling ontdekt langzamerhand het belang van het ontwikkelen van zijn eigen geest’.

Autonomie gaat nadrukkelijk niet over zelfgerichtheid of narcisme. Het gaat over het onontkoombare, het zelf leren interpreteren van situaties. We moeten jongeren leren een eigen visie te ontwikkelen, leren luisteren, leren zich uit te drukken.

Speelruimte en oriëntatie
De mens heeft een beperkte speelruimte in maatschappelijk opzicht. We zijn allemaal mensen, met allemaal een verschillende speelruimte. Jongeren denken vaak dat hun vrijheid grenzeloos is. Maar je kunt niet alles worden, om allerlei redenen. Onze persoonlijke vrijheid is aan allerlei voorwaarden verbonden. De markt jaagt weliswaar allerlei verlangens aan, maar die zijn niet altijd in het belang van jongeren. Dus moeten jongeren leren hun eigen speelruimte te doorzien, de noodzaak leren zich te beperken, tegen de megalomanie van het neoliberalisme in.

Een vraag die jongeren zich geregeld stellen is: ‘Is dit het nou wel? Wat vind ik nou echt belangrijk?’. Denk aan de keuzestress: er is geen houvast, geen kader, geen kompas, en dus verzuipen jongeren in relativisme. We moeten ze leren vertragen en in die vertraging leren focussen: ga ik iets doen met mijn leven? Wil ik een gezond leven? Jongeren moeten ontdekken wat ze echt willen en morele waarden ontwikkelen, zoals authentieke betrokkenheid bij de wereld.

Burgerschap en zelfdiscipline
Mensen zijn sociale wezens: hoe ga ik mijn sociale rol als burger invullen? De scheiding tussen burgerschapsvorming en persoonsvorming is onhoudbaar: alsof de manier waarop je je rol als burger invult, niet ook je persoon vormt – en andersom. Of anders gezegd: alsof je in het ene geval alleen met jezelf bezig bent, en in het andere geval alleen met de ander.
Een ander aspect dat belangrijk is als het om Bildung gaat is zelfdiscipline. De mens is niet vanzelf verstandig en in staat om goed met de ander om te gaan. Daarin moeten we oefenen. Zonder deugden houdt geen mens, school of samenleving stand. We moeten dus actief oefenen in gewoontes, vaardigheden, zelfdiscipline. Ouders en docenten kunnen bij uitstek voorbeeldfiguren zijn hier: zij kunnen jongeren helpen om vol te houden, ze bemoedigen.

Omgaan met tijd, eindigheid en kwetsbaarheid
Jonge mensen willen niks missen, alles meemaken. Het oplossen van hun identiteit jaagt ze angst aan. Ze moeten leren omgaan met vormen van eindigheid. Bij deze ontwikkeling is wilsvorming nodig om een zekere stabiliteit te ontwikkelen.

Ons leven bestaat echter ook uit toeval, tegenslag, menselijk tekort, het noodlot, alles wat onze actieve persoonsvorming kan dwarsbomen. Het leven is breekbaar. Er gebeuren nare dingen in het leven.
Het is tegen het zere been van het neoliberalisme dat er iets is als luck en unluck. Jonge mensen krijgen vaak het idee dat ze niet kunnen of hoeven te falen, terwijl ze vertrouwd moeten raken met toeval, het noodlot. Daarom is het belangrijk om jongeren passiviteit en ontvankelijkheid aan te leren. Anders worden ze slachtoffer van het maakbaarheidsideaal.

Goede begeleiding en integratie
Jongeren moeten in hun vormingsproces actief begeleid worden door ons, door ouders, leerkrachten. Jonge mensen staan pas aan het begin van hun leven, zijn pas net op reis. Ze hebben een gids nodig voor het soort bagage wat je nodig hebt, voor het vermijden van valkuilen, of voor de eenzame uren. Daarom is Bildung nadrukkelijk begeleide zelfvorming. Blijf voortdurend in gesprek met jongeren, hou contact, maar op gepaste afstand, en voer zowel het terloopse als het fundamentele gesprek. Dat laatste is hachelijk, maar onontbeerlijk om elkaar te leren begrijpen. Ouders en docenten zijn ook vertrouwenspersonen voor het bepalen van hun koers en het maken van fouten. Ze moeten niet schipperen (een modern zwaktebod), maar ergens voor staan. Ze zijn voorbeeldfiguren in de manier waarop ze zelf doorzetten, vertrouwenspersoon zijn. We moeten jonge mensen de tijd gunnen. We hebben warme scholen nodig, met een warme cultuur, leerkrachten met echte interesse in de kinderen. De belangrijkste momenten in je leven zijn immers die momenten dat iemand al dan niet achteloos laat merken dat hij vertrouwen in je heeft.

Ten slotte is Bildung gericht op de ontwikkeling van de hele mens, op geslaagde integratie van de menselijke mogelijkheden. Het doel van onderwijs en opvoeding is het gestaag bevorderen van de meest typische menselijke vermogens. Een goed geïntegreerd persoon is iemand met een eigen levenshouding, die bewust en bekwaam, sociaal en moreel in het leven staat.

Mensen ervaren volwassenheid vaak als een deceptie. Joep Dohmen wil, in navolging van Susan Neiman, jongeren een positief beeld van volwassenheid voorhouden. Misschien dat zij ons dan toch dankbaar kunnen zijn dat wij ze op de wereld hebben gezet.

Download hier de volledige presentatie van Joep Dohmen

Joyce van den Bogaard is redacteur bij hetkind en moeder van twee kinderen.

 

 

Reacties

0
Login of vul uw e-mailadres in.


Er zijn nog geen reacties
Delen:
Op de hoogte blijven?
Schrijf je in voor de nieuwsbrief