'Als de samenleving onderwijs respecteert, voelt elke leraar dat tot in zijn klas'
24 juni 2020
Het zijn drukke tijden voor Dirk De Wachter, een van de bekendste psychiaters van België. Zijn campus vangt extra patiënten op die in Gasthuisberg plaats moesten maken voor een corona-afdeling. Na een lange dag consultaties maakt hij nog tijd voor een gesprek met Klasse. “Als ik de kans krijg om te zeggen hoe belangrijk onderwijs is, dan grijp ik die.” Een gesprek over refreinen, mildheid en meesterlijke leraren. Dit is een artikel van Klasse.be, geschreven door Seppe Goossens.
Wat misten we het meest toen de scholen sloten?
Dirk De Wachter : “Eén woord: verbinding. We haalden alles uit de kast om kinderen en ouders te bereiken, deden stoepbezoeken en ontdekten dat je kennis kan overbrengen via een scherm. Even toch, en nooit zo echt als in de klas. Net zoals die videogesprekken met mijn patiënten – een frustrerend surrogaat. Geen handdruk, geen warm contact van mens tot mens. Je moet je leerlingen in de ogen kunnen kijken. Zodat ze na de les even kunnen blijven hangen en zeggen: ‘Kijk, juf, ik voel me niet goed’. En jij kan luisteren.”
“Soms doen wij volwassenen laatdunkend over de emoties van jongeren. Voor hen was deze periode vaak enorm ingrijpend. Op een afstandelijke manier afscheid nemen van een gestorven grootmoeder, dat vinden we – terecht – erg. Maar 2 maanden je lief missen, dat moet een zestienjarige toch kunnen? Terwijl die emotie diep snijdt, en je lief op die leeftijd alles betekent. Die ervaringen zullen we in de klas bespreekbaar moeten maken. Moeten blijven maken volgend schooljaar, want niet iedereen verwerkt ze op hetzelfde tempo.”
Bracht de crisis leraren en leerlingen dichter bij elkaar?
Dirk De Wachter : “Je voelde in elk geval mildheid. Leerlingen zagen achter die webcam een mens met een gezin en huisdieren. Iemand die in moeilijke omstandigheden het beste met ze voorheeft. En leraren ontdekten nog maar eens hoe zinvol hun job is, hoe ze het verschil maken voor hun leerlingen. In de klas zit er soms spanning op die relatie. Beland je in een emotionele conflictzone en ben jij de eerste die de schok opvangt als een kind ontploft. Ik hoop dat die milde, menselijke sfeer in elke klas blijft hangen.”
“Ouders spelen daarbij een belangrijke rol. ‘Jouw meester is een onnozelaar, je juf een kieken’: als ma of pa aan tafel schampere opmerkingen maken over de leraar, kan je niet verwachten dat die laatste tot hun kinderen doordringt. Tijdens de lockdown merkten ouders dat school meer is dan kinderopvang. Dat de kleuterjuf hun kind leert tellen en zelf zijn jasje leert aantrekken. En dat je pubers je geduld zwaar op de proef kunnen stellen. Als de samenleving respect toont voor onderwijs, voelt elke leraar dat tot in zijn klas.”
Beschouwen we wat leraren doen weer als vanzelfsprekend en stappen we pas naar school als het attest van ons kind in het verkeerde keelgat schiet?
Zal corona de waardering voor onderwijs een boost geven?
Dirk De Wachter : “Ik hoop het. En tegelijk vrees ik ervoor. Mensen hebben een kort geheugen. Het ene moment luisteren ze niet naar je, het volgende moment krijg je applaus om acht uur ‘s avonds en spreken ze over de ‘helden van de zorg’. Schoon, maar blijft dat ook hangen? In een crisis zou je verwachten dat het ieder voor zich wordt, maar het omgekeerde is waar. Van een oorlog tot een virus: mensen zorgen voor elkaar omdat het betere overlevingskansen biedt. Dat we kunnen samenwerken, maakt trouwens dat we als soort zo succesvol zijn.”
“Helaas steekt de ikkigheid vaak de kop weer op zodra het gevaar geweken is. Beschouwen we wat leraren doen weer als vanzelfsprekend en stappen we pas naar school als het attest van ons kind in het verkeerde keelgat schiet? Ik druk me wat pessimistisch uit, in de hoop dat onze samenleving straks nog weet op welke twee sectoren ze steunt. De zorg, die zich bekommert om wie niet mee kan. En het onderwijs, dat jonge mensen hun eigen weg helpt zoeken.”
“Als ik laat vallen dat het mentale welzijn – in het bijzonder dat van jongeren – me zorgen baart, krijg ik mailtjes van mensen die zich daarin niet herkennen. ‘Ik voelde me nog nooit zo goed. Ik zit in mijnen hof, muziekske op, lees een boek en plons af en toe in mijn zwembad.’ Dan denk ik: goed voor jou, maar wat met die moeder die met drie kinderen opgesloten zit in een sociaal appartement? En wat met de vader die zijn baan kwijt speelt en elke euro moet omdraaien? Logisch dat die kinderen sneller afhaken. Je kan niet genoeg benadrukken hoe belangrijk die veilige plek op school voor veel leerlingen is.”
En toch zijn er ook leerlingen die beter functioneren thuis?
Dirk De Wachter : “Lange tijd zonder sociaal contact is voor elke jongere nefast. Maar voor sommige leerlingen brengt deze periode zeker rust. Net zoals veel werknemers de voordelen van thuiswerk zien. Toch moeten we voorzichtig omspringen met snelle conclusies. De een mist refreinen zoals zijn treinrit om de dag af te sluiten, voor de ander is het heerlijk dat die sociale prikkels op de werkvloer wegvallen. Wat nu al duidelijk wordt, is dat thuiswerk een bres slaat in de scheiding tussen privé en werk.”
“Veel leraren worstelen daar al langer mee, zetten de knop zelden af omdat ze zich betrokken voelen bij hun leerlingen. Dat heeft tijdens corona nog sterker gespeeld. Toch moet je durven afgrenzen zonder schuldgevoelens. Je mailbox én je social media afkoppelen. Met duidelijke afspraken lukt dat. Mijn patiënten weten dat ze me ‘s nachts niet kunnen bereiken. Maar ik bel wel terug als ze een berichtje achterlaten, en in het ziekenhuis staat 24 op 24 iemand voor ze klaar.”
Corona zette ons onderwijs op zijn kop. Wat moeten we straks zeker weer in ere herstellen?
Dirk De Wachter : “Het klinkt bestoft, maar voor mij is de leraar als ‘meester’ ongelooflijk belangrijk. Die rol konden leraren op afstand niet spelen zoals het hoort. Een gids, een inspirator, een stielman: daar wil je les van krijgen. Er staat geen leeftijd op, je hoeft niet oud en versleten te zijn.”
“Weet je waarom ik psychiater werd? Omdat mijn leraar Nederlands in het vijfde secundair buiten de lijntjes kleurde. Hij sprak over Freud, Adler en Jung. De vonk voor mij om op zoek te gaan naar meer. Net als mijn wat droge wiskundeleraar die op een verloren moment over zijn liefde voor Rubens begon. Tijdens zo’n atypische les wordt die leraar een mens. Dringt hij écht tot leerlingen door omdat hij vertelt over zijn passie, of die nu binnen zijn vak ligt of erbuiten.“
“Ik hou van dat meester-leerlingmodel. Hoe je als kind in de kleuterklas of lagere school met grote ogen naar je juf of meester kijkt. Nu nog geniet ik ervan als ik iemand ‘boven’ me zie, naar wie ik kan opkijken, van wie ik kan bijleren. Heerlijk vind ik dat. En ook een beetje ongemakkelijk dat sommige mensen mij nu in die rol zetten.”
Wat zou je wel blijvend veranderen?
Dirk De Wachter : “Ik pleit ervoor om leraren meer ruimte te bieden. Zodat elke school nog sterker eigen accenten kan leggen. Ik had altijd een zwak voor leraren die de regels in vraag durven stellen, die schuren tegen de grenzen van het systeem. Of scholen die gewoontes durven onderzoeken om hun leerlingen beter te helpen.”
“Een moeilijk evenwicht, want er moeten ook afspraken en systemen zijn. Maar met systemen loop je het gevaar dat ze persoonlijk engagement overwoekeren. Niet enkel door richtlijnen van bovenaf, ook omdat mensen uit zichzelf het speelveld verkleinen. De administratie van het leerlingvolgsysteem dringender achten dan een goed zorggesprek.”
“Ik ben absoluut geen anarchist. Grenzen en afspraken zijn broodnodig. Geef jonge mensen de tools om de wereld in vraag te stellen en later om te vormen. Bied ze voldoende vrijheid binnen het systeem zodat ze niet uit het systeem vallen. Voorkom dat ze school en de samenleving de rug toekeren. En leef die buigzame gedachte ook voor in je team door mild te zijn voor de collega die de regels rekt én voor de leraar die ze graag vaster strikt. Zo krijgt de ikkigheid ook daar geen voedingsbodem.”
Bied jongeren voldoende vrijheid binnen het systeem zodat ze niet uit het systeem vallen. Voorkom dat ze school en de samenleving de rug toekeren.
Als je morgen voor een klas zou staan, wat vertelde je dan?
Dirk De Wachter : “Dan probeer ik over de Franse filosoof Levinas te vertellen. Hoe we de ander moeten proberen te snappen om onszelf te vatten. En hoe er niks mis mee is om een beetje ongelukkig te zijn en de gewonigheid van het leven te omarmen. Dat moesten we de voorbije maanden allemaal leren: geen drukke agenda, geen avonturen om mee uit te pakken op social media. Alleen wandelen, klussen of tuinieren en je af en toe eens hartsgrondig vervelen.”
“Veerkracht is een term die in die context vaak valt, alsof het een innerlijke veer is die je telkens weer kan oprekken om aan de neerwaartse druk te weerstaan. Terwijl het voor mij iets sociaals is: de veer zit tússen de mensen, en jij bent maar zo sterk als het netwerk dat jou vasthoudt. Ik geloof bijzonder sterk in verbondenheid. Om te beginnen in het gezin: wie kon terugvallen op broers, zussen en ouders, doorstond de lockdown vaak zonder kleerscheuren. Maar zeker ook in de klas en de lerarenkamer. Zodat school een plek kan zijn waar zo weinig mogelijk mensen uit de boot vallen.”
Reacties