Nu weten wij dat je soms ook verdrietig bent
29 november 2021
‘Ik ben klaar juf.’ ‘Dat heb je snel gedaan, ben je tevreden over je verhaal?’ Ik maak haar schrift open en bekijk de zelfbedachte titel van haar verhaal: Mijn leven in de oorlog. Een verhaal van Bo Vervoordeldonk.
Afgelopen week heb ik de kinderen een nieuw verhalenschrift gegeven. Een groot schrift met lijnen en een lege pagina voor een passende tekening. Omdat ik het belangrijk vind dat kinderen zich kunnen uiten en op een andere manier met schrijven en spelling om leren gaan, start ik de les met een introductie over de opbouw van een verhaal. Ik sluit af met de woorden: ‘Je mag zelf weten waar je eerste verhaal over gaat. Misschien schrijf je graag een fantasieverhaal of juist een waargebeurd verhaal. Je mag ook iets over de toekomst of over het verleden schrijven’. Even vraag ik me nog af of ik de opdracht compacter had moeten maken. Maar ik laat ze gewoon beginnen.
Binnen no-time zit iedereen te schrijven. Het is stil in de klas. Iedereen in zijn of haar eigen verhaal. En terwijl een aantal kinderen nog bezig zijn met ideeën verzamelen in een mindmap, voel ik een tikje op mijn rug. Nada staat voor me met haar verhalenschrift in haar handen.
‘Ik ben klaar juf.’ ‘Dat heb je snel gedaan, ben je tevreden over je verhaal?’ Ik maak haar schrift open en bekijk de zelfbedachte titel van haar verhaal: Mijn leven in de oorlog. Ik ben verrast, verbaasd en geschrokken tegelijkertijd. Ik kijk haar aan. Ze staat de klas rond te kijken en kijkt me dan een beetje vragend aan. ‘Wauw Nada, dat lijkt me een belangrijk verhaal’, zeg ik glimlachend.
Ze kijkt me indringend aan en zegt: ‘Ik wil graag dat jij het verhaal voorleest aan de klas, in de kring.’ ‘Oké, we gaan na het schrijven in de kring. Dan zal ik je verhaal voorlezen. Lees je het verhaal niet liever zelf voor?’ Ze knikt nee en loopt terug naar haar groepje.
Ik zie haar kort fluisteren tegen haar vriendin en de rest van de les hoor ik haar niet meer. Ze kijkt herhaaldelijk op de klok. Als ik de les afsluit komen de kinderen in de kring. Nada springt op en schuift snel haar stoel naast die van mij.
"Voordat we beginnen met de wekelijkse kring, wil ik eerst het verhaal van Nada voorlezen. Dat heeft ze me gevraagd". Ze knikt. Ik begin met de titel en kijk even op. Ik probeer de gezichten van de andere kinderen te lezen en ga dan door met het verhaal:
Ik schrijf dit verhaal omdat ik hiervoor een heel ander leven had. Toen ik geboren was, was mijn land heel mooi. Al snel begon de oorlog. Sommige dingen weet ik niet meer, maar dit kan niet uit mijn hoofd. Oké, nu begin ik. Op een dag hoorden wij een knak. Het was heel hard. Oma ging kijken en er kwam nog een knak en toen zagen we heel veel rook. Oma had door het geluid heel veel oorpijn. En op straat hoorden wij van de mensen dat mijn beste vriend dood was. Ik moest heel veel huilen.
Ik stop even om de gezichten van de kinderen weer te lezen. Het is helemaal stil. Ineens zegt Nada: ‘Ja. Jullie zien mij eigenlijk altijd lachen en vrolijk, maar nu weten jullie dat ik ook vaak huil’. Dat heeft ze natuurlijk ook opgeschreven, maar ze zegt het nu zelf. Een aantal meiden kijken aangedaan. Even vraag ik me af of dit onderwerp niet iets te heftig voor ze is, maar die gedachte gaat vrij snel weg. Nee, het is oké dat ze weten wat er speelt in de wereld. Niet alleen van tv, maar ook ervaringen horen van kinderen die ze kennen. Hun klasgenoot.
Nada kruipt tegen mij aan. Ze krijgt een spontane knuffel van haar vriendin naast haar. Ik hoef het verhaal niet meer af te lezen van haar. ‘Wie wil er graag iets zeggen of vragen over het verhaal van Nada?’ Er gaan vingers de lucht in en ik laat Nada de beurten uitdelen.
‘Maar waarom is er dan oorlog in het land waar jij was? Waarom stopt niemand die meneer dan? Hoe konden jullie dan naar Nederland komen? Waar is jouw oma dan nu?’
Er ontstaat een mooi gesprek. Nada neemt de leiding, vertelt open en geeft antwoord op de vragen op haar eigen manier. Dan zegt iemand: ‘Ik vind het heel knap van Nada dat zij dit verhaal vertelt’. Ze stopt even en kijkt dan naar Nada. ‘Nu weten wij dat je ook soms verdrietig bent.’
Bo Vervoordeldonk is leerkracht op basisschool Het Talent in Asten.
Reacties
Tanja
Mooi Bo!
Gerda van Puijenbroek- Pennings
Wat fijn dat je in deze tijd, waarin zoveel tijds- en werkdruk ligt op het onderwijs, toch de tijd neemt om gehoor te geven aan de leefwereld van kinderen.
Wat boffen de kinderen die in jouw groep zitten.
Anke Appel
Prachtig, stil van ...
Brigit Philipsen
Dag oud stagiaire Bo: wat een eye opener, jouw verhaal!
Doortje
Ontroerend en confronterend tegelijk. Wat mooi dat dit gedeeld kan worden in een klas.