Stichting Nivoz logo
Sterkt leraren, schoolleiders en betrokkenen bij de uitvoering van hun pedagogische opdracht

Nivoz platform hetkind

Kinderopvang Combiwel slaat een brug tussen twee verschillende scholen die ‘samenwonen’ in Amsterdam

21 juni 2023

In steeds meer gemeenten worden kinderopvangorganisaties en scholen aangemoedigd om te gaan samenwerken. Bij kinderopvang Combiwel voor kinderen proberen ze een brug te slaan tussen twee sterk verschillende scholen die ‘samenwonen’ in hetzelfde nieuwe gebouw in de Amsterdamse Houthavens: 'Onze Amsterdamse School’ (OAS) en Daltonschool ‘Spaarndammerhout’. Dat bouwen gaat in kleine stapjes maar de basis is gelegd: beide scholen en de kinderopvang werken bijvoorbeeld vanuit dezelfde thema's (o.a. kunst) en volgens de Vreedzame-schoolmethode. ‘Als de kinderen met elkaar spelen in de BSO weten ze dus allemaal wat de omgangsregels zijn. Die hebben ze immers zelf helpen bedenken.’ Marilse Eerkens doet verslag.

Als ik aan kom fietsen vanaf het Centraal Station in Amsterdam zie ik het grote gebouw waar ik moet zijn al liggen. Maar liefst twee scholen, een kinderopvangorganisatie en een Ouder- en Kindteam zijn erin gevestigd. Ik moet denken aan de film ‘De Noorderlingen’, van Alex van Warmerdam. Het schoolgebouw, met daaromheen een grasveld en speeltoestellen, ligt er nog wat verweesd bij in de nieuwe stadswijk waar hoge panden met moderne trapgevels worden neergezet aan de nieuwbouwgrachten die nog niet helemaal uitgegraven zijn.

Als je de andere kant op kijkt zie je in de verte de huizen van de Amsterdamse Spaarndammerbuurt, een typisch Amsterdamse volkswijk, grotendeels bestaand uit sociale huurwoningen die gebouwd zijn rond 1900. Ruim een derde van de bevolking heeft er een niet-westerse migratieachtergrond.

In de twee scholen die in het grote nieuwe school- en kinderopvanggebouw gevestigd zijn komen kinderen uit beide buurten samen. Na school ontmoet een deel van de kinderen van oecumenische basisschool ‘Onze Amsterdamse School' en Daltonschool ‘Spaarndammerhout’ elkaar bij de naschoolse opvang van de stichting Combiwel voor kinderen. De kinderopvang fungeert daarmee als een soort brug.

Bianca Draisma runt als locatiemanager de kinderopvang, voorscholen en de BSO voor de beide scholen. Haar vingers jeuken om van de twee scholen, de kinderopvang en de BSO, één integraal kindcentrum te maken. ‘Het gebouw schreeuwt er echt om’, zegt ze als we door een grote ruimte lopen met een traptribune die beide scholen kunnen gebruiken voor schoolvieringen of bijeenkomsten voor ouders. Terwijl ze me de andere ruimtes laat zien – een muziekruimte, een lokaal voor de Voorschoolse Educatie, het buitenspeelterras voor de kleine kinderen - vertelt ze enthousiast over het ideaal dat ze nastreeft: een plek waar opvang en onderwijs helemaal vervlochten zijn. Vakken als rekenen, taal, aardrijkskunde en geschiedenis worden dan gedurende de hele dag afgewisseld door buitenschoolse activiteiten zoals sport, workshops - techniek bijvoorbeeld - creatieve bezigheden en samen eten.

Dat is volgens Draisma niet alleen ideaal voor ouders en kinderen maar ook voor leraren en pedagogisch medewerkers. Omdat het werken met kinderen systematisch wordt afgewisseld met andere taken - denk aan nakijken of het voorbereiden van een workshop of een sportles - krijgen ze meer kans om een beetje op adem te komen. Daarnaast biedt zo’n IKC goede doorstroommogelijkheden aan pedagogisch medewerkers; als onderwijsassistent bijvoorbeeld.

Dat zo’n IKC geen utopie is, zag ze tijdens haar opleiding tot manager IKC. ‘We kregen een rondleiding bij ‘Speelleercentrum De Wijde Wereld’ vertelt Draisma. ‘Daar werken ze al op deze manier. Ik vond het echt fantastisch!’ Toch realiseert ze zich goed dat het haar op korte termijn niet gaat lukken om dit voor elkaar te krijgen met de twee scholen waar ze als kinderopvangorganisatie het gebouw mee deelt. Het opzetten van een nieuwe samenwerking is heel tijdrovend. De schooldirecteuren hebben hun handen vol aan het runnen van hun school. Daarnaast zijn er nog wat financiële hobbels die genomen moeten worden. Wat dat betreft zou de geplande gratis kinderopvang zeer welkom zijn.

Toch is er wel degelijk iets aan het schuiven. En dat komt omdat er nu iemand is vrijgemaakt om acht uur per week de samenwerkingsplannen uit te werken die voortkomen uit het overleg dat Draisma om de zes weken heeft met de schooldirecteuren. De belangrijkste stap die is gezet, is het leggen van een gezamenlijk fundament onder de samenwerking: beide scholen werken met de Vreedzame-schoolmethode. Dat betekent onder andere dat de leerlingen van beide scholen zélf de regels opstellen waar iedereen zich aan moet houden. ‘Als kinderen van de verschillende scholen in naschoolse opvang met elkaar spelen, dan weten ze dus allemaal waar ze aan toe zijn - ze hebben immers samen aan die regels gewerkt’, zegt Draisma. En er is meer dat de scholen met elkaar verbindt. Op beide Vreedzame Scholen en in de kinderopvang wordt er gewerkt met dezelfde thema’s – ‘kunst’ bijvoorbeeld. Daarnaast zijn er voorlichtingsavonden voor ouders – recent nog over het omgaan met sociale media - en natuurlijk zijn alle leraren én de pedagogisch medewerkers opgeleid in het Vreedzame-school-concept. Daar hoort bij dat ze ook nadenken over manieren om de buurt meer te betrekken bij de school. Dat lukt al heel aardig. Zo is er een ‘spelinloop’ waar ouders naar toe kunnen met hun jonge kinderen tot twee en een half jaar –‘je krijgt daar als ouders ideeën aangedragen voor spelletjes die je kunt doen met je jonge kind’ – en worden verschillende feesten zoals de Koningsspelen en het Sinterklaasfeest gevierd met ouders en buurtbewoners.  Op dit moment worden er allerlei plannen gemaakt voor het Keti Kotifeest dat altijd plaatsvindt in juni. Er wordt druk nagedacht over de hapjes die de ouders gaan meebrengen.

Ook de samenwerking tussen de kinderdagopvang en de scholen is heel vruchtbaar. Met name de VVE-kinderen profiteren daarvan. ‘Soms merken we dat een kind nog niet helemaal klaar is voor de kleuterschool’ vertelt Draisma. ‘Door het instellen van een combifunctionaris die heen weer beweegt tussen kinderopvang en school, kunnen we een kind beter helpen om die overgang soepeler te laten verlopen. Mochten we denken dat het voor een kind echt niet mogelijk is om naar een reguliere kleuterschool te gaan dan kunnen we tijdig op zoek gaan naar een plek die wel goed past. Zo voorkom je dat een kind teveel heen en weer wordt geschoven.’

Draisma benadrukt dat de groep kinderen die op vier jarige leeftijd nog niet helemaal klaar is voor de kleuters, groter wordt. ‘We hebben te maken met een groep ouders die zelf niet veel school heeft gehad. Voor sommige is het bijvoorbeeld al moeilijk om een eenvoudige puzzel te leggen met hun kind. Die kunnen hun kinderen dus niet zo goed ondersteunen. Daarnaast hebben we een relatief grote groep ouders die in hun jeugd nooit is voorgelezen.’ Aan dat laatste proberen ze iets te doen. ‘We hebben laatst in de gemeenschappelijke ruimte een koffieochtend georganiseerd waarin iemand van de bibliotheek kwam vertellen hoe leuk en goed het is om je kinderen voor te lezen. Daarnaast organiseren we uitstapjes naar de bibliotheek en zorgen we voor een goed leesaanbod. Daarmee hopen we deze ontlees-spiraal te doorbreken.’

‘We maken kortom best wat stappen maar er is ook nog heel veel te doen’ vat Draisma ons gesprek samen als ik bijna wegga. Ze heeft daar wel wat ideeën over: ‘We zouden bijvoorbeeld best nog wat meer ruchtbaarheid kunnen geven aan wat de kinderopvang allemaal te bieden heeft. Ik merkte op de IKC-managementopleiding dat veel schooldirecteuren dat nog niet op waarde weten te schatten. “Die BSO-mensen hangen maar wat rond met de kinderen”, hoorde ik ze dan zeggen. Gelukkig was dat snel over toen we met elkaar in gesprek gingen. Ze waren onder de indruk hoeveel kennis wij bijvoorbeeld hebben over het jonge kind.’

Om het werk in de kinderopvang aantrekkelijk te maken wil ze snel iets gaan doen aan de contracten voor de BSO-ers. ‘Wie wil er nou vijf middagen werken van drie tot zeven?’ Ze ziet helemaal voor zich hoe het wel zou moeten: een combibaan waarin Voorschoolse Educatie, naschoolse opvang en het klassenassistentschap wordt gecombineerd. En zo wandelen de OAS, de Spaarndammerschool en kinderopvang Combiwel voor Kinderen in hele kleine stapjes steeds dichter naar elkaar toe.

Reacties

0
Login of vul uw e-mailadres in.


Er zijn nog geen reacties
Delen:
Op de hoogte blijven?
Schrijf je in voor de nieuwsbrief