Kinderen met ernstige gedragsoplossingen

17 april 2023

Werk = spel = werk. Dat is de situatie bij Bart Heeling in de klas op dit moment. Leerling Stan heeft de rol van meester Bart overgenomen, Bart is leerling geworden en medeleerling Steven is behulpzaam. Deze kinderen zelf weten heel goed waar ze van “aan” gaan staan en Bart gaat daar graag in mee.

Vanochtend wil Stan een keer de meester zijn.
Een mooie kans voor mij, want met z'n huidige werkhouding kan hij nog geen goede start op het voortgezet onderwijs maken.
‘Oké meester, maar mag ik nog heel even tekenen?’ zeg ik.
Hij kijkt bedenkelijk, maar zegt: ‘Vooruit, heel even dan.’ Ondertussen draait hij rondjes op mijn bureaustoel.
Ik ga heel even tekenen, pak vervolgens Stans werkboek erbij en ga beginnen met de eerstvolgende opdracht. Vrijwel meteen steek ik m'n vinger op.
‘Ja, Bart?’ zegt meester Stan.
‘Ik snap het niet, wil je me helpen?’
Hij springt op van m'n bureaustoel en beent met ferme stappen naar me toe.
‘Wat snap je niet, jongen?’ Ik hoor mijn woorden uit zijn mond komen. Hij legt me de opdracht feilloos uit en ik maak het lesje.
En hij zit weer prinsheerlijk op mijn stoel en na een tijdje zeg ik: ‘Ik heb kramp in mijn hand meester, wil jij de rest opschrijven?’
Hij doet het.

Ondertussen raakt Steven geïnteresseerd in ons spel en komt bij me zitten. Steven, hoogbegaafd, kan geen werkboekje meer zien, sinds hij op z'n vorige school naar eigen zeggen teveel onder druk is gezet. Ik ben inmiddels met breuken bezig en zeg tegen hem: ‘Ken jij de breuken?’
‘Dat is makkelijk,’ zegt Steven.
‘Oh ja? Kun jij deze dan uitrekenen?’ Ik schrijf twee gelijknamige breuken op met een plusje ertussen. ‘Easy,’ zegt hij, ik geef hem het schrift en hij schrijft het antwoord op. Van binnen ben ik verrukt, want toen hij startte moest hij gewoon kokhalzen bij het zien van een werkboekje.
‘Oké, maar dan doe ik er nu een stapje bij, let op.’ Ik schrijf nu twee ongelijknamige breuken op. Steven rekent het uit, maar hij heeft de tellers en de noemers bij elkaar opgeteld. Zonder te zeggen dat het goed of fout is, leg ik de techniek uit. Meester Stan is ondertussen druk met andere zaken bezig achter mijn bureau.
In no time heeft Steven de techniek onder de knie en schrijft wederom het antwoord op. Hij lijkt zelfs trots op het resultaat en weet nu zeker dat het klopt.

Jan heeft niet zo'n zin in de spellingopdracht met de werkwoorden en vraagt om een woordzoeker. Ik vraag aan meester Stan of hij online een woordzoeker wil maken met de woorden van die opdracht. Voor m'n klasgenootje.

Werk en spel zijn synoniemen vandaag.

Ik heb blijkbaar kinderen in mijn klas met ernstige gedragsoplossingen.

Dit blog is met toestemming overgenomen van de LinkedIn-pagina van Bart Heeling

Bart Heeling heeft in 2011 een master special educational needs als gedragsspecialist afgerond en werkt sinds enkele jaren als leerkracht in het speciaal onderwijs cluster 4.