Stichting Nivoz logo
Sterkt leraren, schoolleiders en betrokkenen bij de uitvoering van hun pedagogische opdracht

Nivoz platform hetkind

De Bras 3.0 - Een schoolplan gericht op persoonsvorming

5 januari 2016

Sinds enige tijd wordt er veel gesproken over persoonsvorming in het onderwijs. Het is niet altijd duidelijk wat daarmee bedoeld wordt. Veel leraren en schoolleiders hebben er nog moeite mee, om te bepalen wat ze ermee zouden moeten of willen in hun onderwijs.

Basisschool De Bras in Den Haag is al langer met dit thema bezig. Na intensief onderling beraad, en op basis van de beschikbare literatuur, is een schoolplan ontwikkeld waarin persoonsvorming expliciet aandacht krijgt.
Dit schoolplan kan wellicht dienen als inspiratiebron voor andere scholen. In dit artikel zijn een paar alinea’s uit dit schoolplan gelicht. Een ouder, twee leerlingen, twee leraren en de directeur reflecteren op het plan. Aan het eind van dit artikel is het gehele schoolplan te downloaden.
 
Nout (leerling, 10 jaar) heet u welkom op basisschool de Bras in Den Haag en geeft meteen zijn dagprogramma door. ‘Ik kom de school binnen en ga naar mijn familiegroep in het mens- en natuurlokaal (kinderen van 4-7 jaar en 8 tot 12 jaar zitten bij elkaar–red.). Daarna werk ik aan de reken- en taaltaken van de dag. Als ik klaar ben mag ik verder met topo of geschiedenis of andere dingen waarvoor ik afspraken heb tussen half negen en half tien. Dan ga ik verder met rekenen van half tien tot half elf. Na taal ga ik lekker buitenspelen. Tussen de middag ga ik naar huis of ik blijf over om te eten. Daarna heb ik aanbod. Dat plan je aan het begin van de dag. Aanbod heeft te maken met een thema en op elk thema zit een niveau, want dan weet je of het voor jou geschikt is of niet. De ene dag is het rood (7-8) of oranje (5-6) Na de kring ga je naar huis’.

Team en directie van de Bras hebben hun schoolplan 2015-2019 de titel 'De Bras 3.0 - Gedroomd en onvoorspelbaar onderwijs voor de 21e eeuw’ gegeven. ‘Het is een gedurfd plan, dat sterk is geïnspireerd op het werk van Luc Stevens, Dolf van den Berg en het EGO gedachtegoed’, staat er in de inleiding van het schoolplan te lezen.

Werkgemeenschap

Team en directie zien hun school, de Bras, graag als een organisch en levendig geheel. Een school die groeit in zowel innerlijke kracht én als leef- en werkgemeenschap voor kinderen en docenten. Hun schoolplan 2015-2019 is een beschrijving van de werkelijkheid én biedt een hoopvol toekomstbeeld.

‘De route daarnaartoe is een niet te plannen en onvoorspelbaar traject, maar altijd gericht op het te bereiken doel’, staat te lezen. Zij ontdoen zich hierin van (ook door henzelf gecreëerde) belemmeringen die adaptief en kindgericht onderwijs in de weg staan met veel durf en met moed, sámen en in verbondenheid met hun partners, dus met de ouders, collega’s en kinderen.

‘Vlak voor de startvergadering schooljaar 15-16 viel mijn oog op de omslag van de nieuwste IKEA brochure’, vertelt Jan Bos, directeur van de Bras. ‘Je ziet een man en een kind in de keuken staan. Uit hun houding en blikken spreekt wederzijdse betrokkenheid, relatie en aandacht. Het gaat niet om die keuken, niet om verkopen, zo lijkt het, maar om een plek die zó uitnodigt om er gezellig samen te zijn en te kunnen koken.
In de startvergadering van dit schooljaar heb ik ons schoolplanproces verbonden aan deze boodschap uit de IKEA-gids: ‘Aandacht maakt alles mooier’. (Inter)persoonlijke aandacht, aandacht voor de leerlingen, de aandacht van leerlingen voor wat er gebeurt, betrokkenheid als kwaliteit van de aandacht. Dat is de essentie waar het volgens mij om gaat.
Wij zijn ook designers… van onderwijs. We willen kinderen verbaasd laten zijn en nieuwsgierig houden naar wat er voor hen te doen is. Het maakt niet uit wat en waar onze kinderen leren, maar wat je met onderwijs teweeg brengt’.

Uit het schoolplan: Het inhoudelijk perspectief

Op de Bras wijzen wij het gebruik van gestandaardiseerde methodieken, van meer gesloten didactiek en van gestandaardiseerde toetsen, zoals van het Cito gaandeweg af. We nemen afscheid van schijnzekerheden en knellende bewijslast. We bewegen ons weg van standaardwerkjes, invulwerkbladen vol monotone oefeningen, kleurplaten, overbodige zich steeds herhalende, op beheersbaarheid gerichte kringmomenten en andere stereotype aanpakken. We richten ons op de uniciteit van het kind, diens behoefte tot diep leren en wat Biesta (2014) noemt ‘in de wereld komen’. Het gaat ons daarbij om inhouden vanuit verleden en heden die nodig zijn om de toekomst te kunnen duiden.

In De Bras worden de traditionele vak- en vormingsgebieden losgelaten, en zijn deze vaardigheden ondergebracht in vijf clusters:

  1. Science: natuur en duurzaamheid, wetenschap en techniek
  2. Algemene wetenschappen: geografische, historische en sociaal maatschappelijke realiteit en wereldburgerschap.
  3. Economics: rekenen en ondernemingszin
  4. Arts: kunst en cultuur, waar onder taal, media en tijdgeest
  5. Lifestyle: identiteit, geluk, gezondheid, vrije tijd en vitaliteit

Levensecht

James (8 jaar) heeft het wel fijn op de Bras. ‘Ik leer veel en verveel me nooit, want ik krijg genoeg leuke opdrachten, zoals een houten knikkerbaan bouwen”.
Ook Nout kan ’s middags kiezen uit verschillende opdrachten, waar hij zich ‘fijn bij voelt’. ‘Bij een opdracht in Mens en Taal heeft een medewerker van een computerbedrijf, die websites bouwt voor grote bedrijven, ons geleerd een spelletje te programmeren tot een echt spel op internet’.

‘Op deze school zou ik zelf willen zitten!’, zegt Hilda, moeder van drie zonen op deze school. ‘Toen we zeven jaar geleden voor het eerst kennismaakten was ik vooraf wat gereserveerd. De school leek mij te vrij en hield er een ingewikkelde planning op na. Maar toen we eenmaal weer buiten stonden zeiden we tegen elkaar: ’Zo moet het onderwijs zijn’.

Hilda heeft een duidelijke visie: ‘De kern van dit schoolplan is het zoeken naar evenwicht tussen de maximale ontplooiing van kinderen enerzijds en de inpassing in de maatschappij en in het VO anderzijds.  Daar wordt het spannend voor mij, want dat zit in de praktijk van alledag. Het kind zelf zijn eigen leervragen laten stellen, voldoende uitdaging bieden én blijven prikkelen. Ik heb voldoende vertrouwen in de leraren dat dat goed gaat. Ouders kunnen daarin steunen door hun kinderen daarin zichzelf te laten zijn en hen niet te pushen. Dat is meteen ook de spannende opgave voor elke ouder op de Bras. Ouders, leerlingen, leraren en directie zullen over en weer de tijd en de moeite moeten nemen om in gesprek te gaan en te ontdekken hoe we met elkaar het beste uit elk kind kunnen halen en het lekkerste in zijn vel kan zitten. Dat delen is de moeite waard’.

Uit het schoolplan: Gericht op de toekomst

Dit schoolplan is als manifest de basis voor dat vertrouwen in elkaar, in de school en in de toerusting en persoonsvorming van onze kinderen gericht op de toekomst. Deze generatie leerlingen krijgt te maken met de grote vragen van de toekomst, zoals onlangs door de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid geformuleerd: de enorme vluchtelingenproblematiek, oorlog en vrede, onrecht en rechtvaardigheid, de (toenemende) vergrijzing, zorg, arbeidsverhoudingen en vrije tijd. De uitputting van de aarde, ultieme milieuvragen, de verdeling van arm en rijk, de toepassingen van nieuwe technologieën en de beslissingen die daarmee samenhangen, zullen in toenemende mate dwingende onderwerpen zijn. De meer dan 100.000 pogingen tot zelfmoord in Nederland in 2014 kunnen niet zonder antwoord blijven in het denken over opvoeding en onderwijs, over onze normen en onze waarden, over onze aandacht voor en omgang met elkaar.
De antwoorden en het werken aan vaardigheden die onze jonge mensen toerusten om onze leiders te zijn en juiste afwegingen te leren maken zijn bepalend voor de inrichting en de waarden van ons onderwijs van nu.

Voor De Bras betekent dit, dat de school zich gaandeweg meer gaat richten op ‘value based’ onderwijs, waarin 21st Century Skills een dominante rol gaan spelen:


  • Solidariteit/delen/oordelen

  • Filosoferen en debatteren/ respect

  • Evalueren en reflecteren

  • De betekenissen van geld en de reikwijdte ervan.

  • Persoonlijke zingeving en betekenissen

  • Waarden en moreel kompas

  • Naastenliefde en empathie

Zingeving

Hilda, de ouder: ‘De betekenis van geld en de reikwijdte ervan ervaar ik persoonlijk als een vreemde eend in de bijt, vanwege de macht die geld vertegenwoordigt. Ik denk ook meteen aan het gebruik en misbruik van geld en de ongelijk verdeelde rijkdom in filosofisch zin, dat ik ontleen aan Tex Gunning.
Persoonlijke zingeving en samenwerking zijn in ons gezin ook belangrijke waarden. Ik ga ervan uit dat die mijn kinderen de beste kansen voor levensgeluk bieden. Wij als ouders volgen zelf al acht jaar een traject persoonlijke ontwikkeling. Aandacht voor creativiteit en persoonlijke zingeving in de school past ons dus zeer goed.’

Voor Marjan en Daniela, de beide leraren, staat het waartoe van onderwijs helder voor ogen. ‘Wat voorop staat bij ons is dat we met dit schoolplan bereiken dat kinderen wereldwijs worden en dat we ze tools geven om zichzelf te handhaven in hun nieuwe werelden. We hopen dat onze leerlingen in zichzelf geloven, zichzelf mogen zijn en zichzelf blijven om vanuit hun zelfvertrouwen de wereld te verkennen en niet terug deinzen als het erop aankomt. We willen een gemeenschap zijn waarin deze waarden belangrijk zijn’.

Vertrouwen

Op de Bras gaat het er ons om, dat de kinderen en ook wijzelf zo kansrijk mogelijk werken aan het vervullen van het eigen talent en het eigen geluk. Ieder moet op zoek naar de eigen passie, naar welbevinden, naar autonomie en authenticiteit, altijd de ruimte biedend en krijgend om dat te doen in relatie met de ander, bedoeld en gericht op het begrijpen van (greep krijgen op) de wereld, toekomstgericht en vol van hoop en moed. De aandacht voor de uniciteit van ieder kind en diens persoonlijke betrokkenheid en sociale gerichtheid, komt mede voort uit de vertaling van onze christelijke waarden naar onze dagelijkse omgang naar leren en onderwijzen.
Twee kernbegrippen staan op de Bras centraal. Betrokkenheid (Laevers, 1986), en dialogische autonomie (Stevens), die aan elkaar verbonden zijn door vertrouwen. Vertrouwen in kinderen en als leerkracht in onszelf. Vertrouwen ook in de toekomst als het gaat om het bieden van uitzicht, waartoe de leerling open moet staan in een pedagogische relatie. Het gaat ook om vertrouwen in de school, in de leerkrachten en in de directie.

Vertrouwen is hierin het kernbegrip voor Hilda:  ‘Omdat je zonder vertrouwen van de ander tot niets in staat bent. Vertrouwen impliceert dat je het niet fout kunt doen en dat het bespreekbaar is. Ik denk dat deze school niet geschikt is voor ouders, die een CITO-toets willen. Voor mij is belangrijker dat mijn kind goed in zijn vel zit en het beste uit zichzelf haalt dan hoge resultaten. Tegelijkertijd is dat het onvoorspelbare! Ieder kind is anders, heeft iets anders nodig voor zijn ontwikkeling en uiteindelijk boekt iedereen zijn of haar resultaten die bij hem of haar passen. Dat vertrouw ik hier de leraren toe. Bij de ouderavond bijvoorbeeld gisteravond waren alle leraren van de Bras aanwezig. Dat tekent voor mij hun interesse om te leren van elkaar en in uitwisseling. Interessant is de vraag of elke ouder voldoende vertrouwen heeft in de ontwikkeling van hun zoon of dochter. Als dat zo is, is dit een ideale school voor hen.’

Leerling James zegt ‘Je werkt hier grotendeels zelfstandig. De leraren letten niet altijd op je en lopen niet voortdurend achter je aan. Je kunt met anderen of in je uppie werken, maar ze zijn er als ik ze nodig heb.’
‘Als je in de aula werkt’, weet Nout, ‘en je hebt een vraag, dan kan elke juf of meester die langsloopt je wel helpen. Om de zoveel tijd heb ik een leergesprek met mijn mentor over de dingen die ik gedaan heb en of het goed met mij gaat. Naast de planning worden de afspraken gezet die we samen maken. Dat is handig, want zo kan ik het onthouden.’
Jan Bos, de directeur, vult aan: ‘Op de Bras wordt sinds januari 2015 gewerkt met een digitaal planbord voor leerlingen én een digitaal portfolio. Deze staan centraal in de planning van het werk en in de reflectie met de leerling op wat er is geleerd’.

Moeten wordt moed

Uit het schoolplan

De Bras is een adaptieve school, zowel in het werken met de kinderen als in de organisatie van de school. Het gaat daarbij om de missie en het vormgeven van de eigen professionele identiteit. ‘Heel belangrijk daarbij is dat we ons eigen morele kompas volgen en ons de vragen stellen ‘wie wij zijn en waar staan we voor’? Het is, zeker in deze tijd van toenemende bemoeienis met scholen van buitenaf, heel wezenlijk dat we dat met elkaar helder hebben. Op de Bras maken we eigen keuzen, zijn het met elkaar eens over de waarden van ons onderwijs en hoe we denken over de ontwikkeling van kinderen en over opvoedingsvragen binnen onze school.
In het concept van de Bras gaat een permanente opdracht schuil om de school duurzaam te ontwikkelen, niet als voorgeschreven weg, maar als een organisch, natuurlijk eigen-zijn. ‘We verlaten daarbij de vanzelfsprekendheid van alledag voor een missie: we ruilen ‘moeten’ in voor moed en voor de durf om het ánders te doen’ (Jutten, 2010). Het over jezelf gaan nadenken en het weten wie je bent, wordt gezien als een belangrijke voorwaarde voor zelfbeschikking. Onszelf begrijpen, ons eigen zelfbeeld helder krijgen, daar gaat het om.

‘Wat de Bras doet is misschien radicaal t.o.v. wat in andere scholen gebeurt, maar helemaal in lijn met de start van deze school. Het effect van een inspectierapport dat een paar jaar geleden werd uitgebracht was een koersverandering naar meer gestructureerd werken en een toetsbeleid. Dat vond ik onwenselijk. De koers die de school nu vaart past de Bras en is voor mij een verademing’, aldus Hilda.

Voor de beide leraren Marjan en Daniela ligt de essentie in hun quote ‘Waar het oordeel begint, eindigt de waarneming’.  Daniela: ‘Omdat je altijd onbevooroordeeld naar het kind moet blijven kijken. We gaan ermee aan het werk; het zit in mij en het zit in ons. De leervragen zijn de grootste uitdagingen. Dat is een vaardigheid die we nog moeten oefenen. Dat is de uitdaging voor ons als team’.
‘Dat is nogal een verantwoordelijkheid die je als leraren op je neemt, maar daar hebben we vier jaar de tijd voor’, klinkt het. ‘Het formuleren van antwoorden op vragen als: Waar gaan we heen? Waar leid je nou eigenlijk voor op? Welke skills heb ik nodig daarvoor? kosten tijd. Tijd om te ontwikkelen, om te filosoferen en ons te bezinnen. Je wilt het goede doen, maar wat is goed voor elk kind? Iedereen hier is zich ervan bewust dat we niet voor niks op deze school de Bras werken. Dat heb je voor jezelf geijkt. Ik ben zelf best wel van de structuren en de planning. Loslaten is voor mij best eng en spannend. Maar ik weet ook, je doet het met elkaar én, niet onbelangrijk, ik mag het ook uitspreken. Uiteindelijk komt het neer op loslaten, fouten durven maken, en je eigen kwetsbaarheid te laten zien. Dat is iets dat ik moeilijk vind, maar je moet (moed) onvoorwaardelijk vertrouwen in elkaar hebben’, aldus Daniela.

Jan Bos, de directeur van de Bras: ‘We zoeken nu naar voorbeelden om daarover met elkaar in gesprek te komen. Praten over onderwijs gaat steeds minder om de vorm en de techniek, maar we vinden dat het juist moet gaan over het proces. Dan ontstaan andere leervragen voor leraren; tenminste als je daar de tijd voor neemt. Daar moeten we volgens mij beginnen. Om voor jezelf de tijd te nemen en te ontdekken waar je als professional echt trots op bent maar ook waar je aan twijfelt. We hebben een flinke dosis lef nodig om te komen tot die essentie. En dat is vertrouwen te hebben en te houden in jezelf en in je leerlingen, om los te laten wat niet meer nodig is, om meer te gaan voor geluk en waarden dan voor kennis. Daarop moeten we elkaar bevragen en op blijven focussen.’

De nieuwe leraar

Jan Bos besluit met een citaat van Andy Hargreaves: ’Leraren die veranderen, veranderen de tijd’. Wij willen die voorlopers zijn en een rijke leeromgeving ontwerpen rond thema’s die kinderen boeien i.p.v. voortdurend anderen tevreden te stellen. Ik probeer iedereen in dit proces mee te nemen, maar ben mij ervan bewust dat iedereen een ander startpunt heeft. Wij slaan de hand nu aan de ploeg, met durf en tamelijk radicaal om te anticiperen op die nieuwe leraar’.

Met dank aan de geïnterviewden:


  • Hilda Groeneveld, ouder van 3 zonen op de Bras (7,9,11)

  • Twee leraren: Marian en Daniela

  • Nout (10) en James (8)

  • Jan Bos, directeur van de Bras

  •  

Download hier de pdf van het gehele schoolplan

Reacties

0
Login of vul uw e-mailadres in.


Er zijn nog geen reacties
Delen:
Op de hoogte blijven?
Schrijf je in voor de nieuwsbrief