Verslag van symposium: 'Met lijf en leden aanwezig willen en durven zijn, zonder te weten waar je uitkomt.'
25 mei 2022
Ben jij met volle aandacht betrokken bij jouw leerlingen? Reflecteer je regelmatig in jouw les? Het zijn twee vragen gesteld aan leraren, studenten, schoolleiders, lerarenopleiders en onderwijsontwikkelaars tijdens het Symposium 'Aandachtige betrokkenheid als pedagogisch grondhouding' op woensdag 18 mei in Nijmegen. Marleen de Roo, medewerker bij de HAN - met NIVOZ en LOEPP verantwoordelijk voor de organisatie en totstandkoming van het symposium - schreef een verslag. 'Met lijf en leden aanwezig willen en durven zijn, zonder te weten waar je uitkomt.'
De middag begint met gewiebel, geneurie en vooral gezang. De deelnemers van het symposium zijn aandachtig betrokken bij de opdracht van muziekpedagoge José Retra. Ze laat ze zoeken naar hun eigen klank en resonantie. Het resultaat: een prachtig koor vol gelijkgestemden.
Aandacht, betrokkenheid en (pedagogische) reflectie. Het zijn de thema’s die centraal staan tijdens het symposium, georganiseerd door de HAN Masteropleiding Pedagogiek, MOVEL, NIVOZ en LOEPP. Dat dit juist de thema’s zijn, heeft te maken met het promotieonderzoek van oud-Master Pedagogiekstudent Lisette Bastiaansen.
Van masterstudente naar promovenda
Al tijdens de Masteropleiding Pedagogiek kwam Lisette erachter dat ze geen direct praktijkgericht onderzoek wilde uitvoeren, maar meer op zoek wilde naar visie. Docent René van Vianen - een van de inleidende sprekers deze middag - vond het goed. Net zoals de uitkomst van haar thesis liet zien, kleurden de masteropleiding en Lisette buiten de lijntjes. René: 'Ze noemde haar masterthesis in 2016 passend: Pleidooi voor geëngageerde dwarsliggerij.'
Bastiaansen vroeg tien hoogleraren naar hun visie op de betekenis van aandacht en betrokkenheid in onderwijs. Ze lichtte in haar scriptie toe hoe belangrijk de pedagoog zelf is waar het gaat om het in beweging brengen van verandering. Na haar afstuderen bij de master ontstond de kans om bij Gert Biesta te promoveren. Afgelopen januari was de verdediging van haar proefschrift ‘Aandachtige betrokkenheid als pedagogische grondhouding’.
Oefenen
Wat kan ‘aandachtige betrokkenheid’ in pedagogische zin voor het onderwijs betekenen? Om dat te onderzoeken ontwikkelde Lisette Bastiaansen theorie en dook ze de praktijk van het onderwijs in. Ze liep mee met leraren, leidinggevenden en leerlingen in het primair en voortgezet onderwijs. 'De bedoeling van het onderwijs? Dáár moet meer aandacht voor komen,' meent Lisette. 'Bij pedagogiek gaat het erom dat je een kind verder brengt in het worden van een zelfstandig persoon. Een mens die zijn eigen keuzes maakt, maar daarbij rekening houdt met zichzelf, de ander en de wereld. Het is dan aan de leraar om de leerling te laten oefenen met het maken van deze existentiële keuzes.'
Een grondhouding van ‘aandachtige betrokkenheid’ daagt en nodigt leerlingen uit om te oefenen met het omgaan met de eigen vrijheid
Aandachtig betrokken
Lisette bekeek het wezenlijke belang van ‘aandachtige betrokkenheid’ in opvoedsituaties en hoe leraren hun eigen aandachtig betrokkenheid onderhouden en versterken. Aandachtig betrokkenheid van leraren bestaat volgens Lisette uit drie aandachtsbewegingen: aandachtig zijn, aanwezig zijn en betrokken zijn. 'Deze drie bewegingen vormen samen de pedagogische grondhouding van leraren. Een grondhouding van "aandachtige betrokkenheid" daagt en nodigt leerlingen uit om te oefenen met het op een volwassen manier omgaan met de eigen vrijheid. Deze betrokkenheid kan gewoon via de lesinhoud lopen, bijvoorbeeld via een diepgaand gesprek.'
Onderbreken
Lisette gaat verder: 'Het gaat ook over met lijf en leden aanwezig willen en durven zijn, zonder te weten waar je uitkomt. Wegblijvend bij beheersing, diagnoses en controle. Dat samen-met-de-leerling tot aanwezigheid komen kun je niet afdwingen, wel oefenen. Alleen een leraar die werkelijk aanwezig is, nodigt leerlingen uit om ook tot aanwezigheid te komen.'
Om de deelnemers van het symposium hiervan bewust te maken, stelt ze een aantal vragen. Waaronder: In hoeverre ben jij onbezet aanwezig bij je les? En welke plek neemt aanspreken en onderbreken in op jouw school? Hier werken de klein honderd deelnemers verder aan in tien verschillende workshops.
Aanwezig zijn
Aandachtige betrokken zijn: dat vraagt veel van de docenten. Edith Roefs, lerarenopleider bij Hogeschool Windesheim, doet onderzoek naar wat ‘presentie’ voor leraren binnen hun leraarschap betekent. 'Wat is goed werk voor jou?', vraagt Edith de deelnemers van haar workshop. Ze kiezen uit een aantal afbeeldingen van abstracte voorwerpen datgene waar zij het meeste bij voelen. 'Ik kies voor de stalen constructie op de bouwplaats,' vertelt een docent. 'Leerlingen weten dat wat er ook gebeurt, ik ze nooit laat vallen. Daarnaast kunnen ze op mij bouwen.'
Oog hebben voor talenten en deze meteen benutten, kan alleen als je echt aanwezig bent.''
Open voor responsief handelen
Edith haalt verhalen op bij leraren uit het voortgezet onderwijs. Hieruit blijkt dat leraren het met volle aandacht aanwezig en betrokken zijn, een fundamentele kwaliteit vinden. 'Met volle aandacht lesgeven, maakt ons betrokken,' ziet Edith. Zo vertelt Edith over het verhaal van een leraar Duits. In een les liet hij leerlingen Duitse woorden uittekenen op het bord. Een van de stille leerlingen bleek een talentvol tekenaar. Hij mocht daarom meerdere woorden uitbeelden op het bord. De klas was betrokken en waardeerde het talent van de leerling. 'Oog hebben voor talenten en deze meteen benutten, kan alleen als je echt aanwezig bent. Ook gaat het over openstaan voor de eigen gevoelens, responsief handelen en ook reflecteren op wat je doet,' legt Edith uit.
Een frisse blik
'Aandachtig betrokken zijn kan als je moed hebt om buiten de lijntjes te kleuren,' meent Ton Bruining, dagvoorzitter op dit symposium, co-promotor van Lisette Bastiaansen en ook een van de workshopgevers. Zelf gebruikt Ton daarvoor de kunsten. Nadat het leven met hem op de loop ging, door het faillissement van zijn adviesbureau en het verlies van zijn kind, vond hij als buitenkunstenaar de kracht van de muzen. 'In de kunsten vind je de kracht om vooruit te kijken, op een andere manier. Met een nieuwe blik, bijvoorbeeld met behulp van de muzen.'
Dansen op onwetendheid
Zoals Clio, de muze van de verheerlijking door het gezang, die van de geschiedschrijving en van het heldendicht. 'Gebruik deze muze om stil te staan bij wat gezegd is. Of muze Euterpe van het fluitspel. Bekijk je situatie vanuit een verblijdende blik.' De deelnemers kijken in groepjes naar een situatie uit de praktijk. Zoals het groepje dat soms niet meer weet wat ze moeten doen in de les. De blik van Euterpe maakte dat ze begonnen te dansen. 'We dansen op het onwetende. Het is heel verblijdend dat je het soms niet mag weten,' legt een van de deelnemers uit.
Aandachtig dichten
We zijn nog niet helemaal klaar met deze creatieve blik op de eigen professionele pedagogische rol. Maaike Nap vraagt de symposiumbezoekers om de opbrengsten van vandaag in drietallen te delen en samen tot een gedicht te komen. Maaike is naast hoofddocent bij de HAN en Radboud Universiteit, ook oprichter van LOEPP - een netwerk voor leraren die hun eigen pedagogische professionaliteit onderzoeken. Een van die gedichten luidt alsvolgt:
De tijdsdruk voorbij, terug naar de plek waar ik weer mag aanraken en aangeraakt wordt.
Niet bang zijn voor het ongemak.
Maar thuis zijn op de deining van eb en vloed.
Op naar een nieuwe lesdag.
Marleen de Roo is communicatiemedewerker bij de HAN en tekstschrijver.
Reacties