Boekbespreking "Pedagogiek in de vingers": over pedagogische begeleiding in de kinderopvang
6 mei 2020
Pedagogische begeleiding is allang een bekend fenomeen in de kinderopvang, maar sinds 2019 verplicht. Pedagogische medewerkers reflecteren samen met coaches op hun handelen in de groep. Met de liefde voor kinderen van 0-4 jaar, die al vanaf pagina 1 voelbaar is, schrijft auteur Inge van Rijn vanuit een gedegen achtergrondkennis en 25 jaar ervaring als pedagoog in de kinderopvang dit werkboek - Pedagogische begeleiding in de kinderopvang-, bedoeld om pedagogische coaches te sterken in hun werk. 'Een veilige relatie opbouwen is de belangrijkste pedagogische taak van de pedagogisch medewerker.' Je leest een boekbespreking van Nivoz-medewerker Rikie van Blijswijk.
De ondertitel van het boek luidt - Werkboek voor pedagogische begeleiding in de kinderopvang- . “Het is een werkboek, omdat je als pedagogisch begeleider met beide benen op de werkvloer staat. Je observeert de groepen en gaat met de pedagogische medewerkers in gesprek over wat je hebt gehoord en gezien. Dit boek biedt houvast en inspiratie bij die gesprekken”, schrijft van Rijn.
Pedagogische taken in de kinderopvang
In de hoofdstukken staan voorbeelden van gesprekken waarmee de pedagogische begeleider kan oefenen en vragen en opdrachten om er zelf mee aan de slag gaan. Van Rijn bouwt het werkboek zorgvuldig op. De pedagogische taken van een kindercentrum staan centraal en daarmee begint ze dan ook in het eerste hoofdstuk in het boek. De beschrijving over een dag op het kindercentrum laat zien wat de kinderen van verschillende leeftijden op zo’n dag doen en wat de rol van de pedagogische medewerker is. Vervolgens schetst Inge de vier belangrijkste pedagogische taken die uit deze dag omschrijving blijken met de concrete handelingen van de medewerker.
- Een veilige relatie opbouwen door ieder kind persoonlijk te begroeten. Ze bouwt o.a. een persoonlijke relatie op met ieder kind. Dit is de belangrijkste taak en bij alles wat ze doet speelt deze persoonlijke band een rol. Ze weet hoe het kind getroost wil worden; ze is afgestemd op ieder kind.
- Respect tonen voor de autonomie van het kind. Ze biedt o.a. ruimte aan kinderen om mee te doen met de groep. De kinderen helpen met fruit ronddelen, de tafel dekken of ze denken mee over een zomerfeest. De pedagogische medewerker laat de kinderen kiezen wat ze willen spelen en waar.
- Structuur aanbrengen in de groep. Ze zorgt o.a. op tijd voor eten! Ze volgt net als haar collega’s de vaste rituelen in de groep. Eerst is er het ochtendritueel en dat begint met zwaaien naar papa en mama. Dan is er het kringetje bij de peuters, waarbij de pedagogische medewerker ieder kind bij de naam noemt.
- Uitleg en informatie geven. Ze benoemt o.a. alles wat ze doet. Dat begint al bij binnenkomst. “Kom maar , we gaan zwaaien”. Ze benoemt wat ze ziet; ”Ben je verdrietig?”, “Ben je boos?”, “Wil je even bij mij blijven?” Langzamerhand leren de kinderen om zelf de taal te gebruiken bij het uiten van hun gevoelens.
In de volgende hoofdstukken komen veilige relaties, respectvolle relaties, structuur binnen de groep en het scheppen van een leerzaam klimaat in de groep aan de orde. Tenslotte wordt in hoofdstuk 7 het omgaan met weerstand bij pedagogische medewerkers en druk vanuit het management besproken en in het laatste hoofdstuk tips om hiermee om te gaan voor geboden
Pedagogische begeleiding en reflectie
De taak van de pedagogische begeleider is om al pratend met de pedagogische medewerker op zoek te gaan naar verbindingen tussen het spontane handelen in de groep en de kennis van deze pedagogische taken van het kindercentrum. Vanuit scherpe observaties brengt Inge van Rijn niet alleen de alledaagse praktijk tot leven, maar beschrijft zij ook helder en concreet de pedagogische vragen, kwesties en dilemma’s die de praktijk met zich meebrengt.
Een korte beschrijving van de wijze waarop Inge van Rijn in haar boek de begeleider bemoedigt om in gesprek te gaan met de pedagogische medewerker is hier op z’n plaats. Ieder hoofdstuk begint met een korte inleiding over de pedagogische taak die onderwerp van gesprek zal zijn, b.v. over respectvolle relaties. Deze inleiding start met een uitspraak van Janusz Korczak. Vervolgens beschrijft de auteur een gesprek tussen een begeleider en een pedagogische medewerker. Hierop wordt gereflecteerd vanuit de pedagogische taken. Verschillende kanten van het gesprek worden belicht, met veel respect voor de situatie en voor de pedagogische medewerker. Van Rijn: “Eigenlijk zitten er in het boek twee lagen. De wijze waarop de coach omgaat met de medewerker is de wijze waarop de medewerker met de kinderen omgaat: vanuit een veilige en respectvolle relatie, met aandacht en heldere communicatie.
Sinds 2019 moet iedere pedagogisch medewerker worden gecoacht door een pedagogische begeleider. Dat stelt de wet Innovatieve Kwaliteit Kinderopvang. Kindercentra hebben veel behoefte aan goed opgeleide begeleiders. De auteur Inge van Rijn heeft met dit - Pedagogiek in de vingers- boek voor pedagogische coaches in de kinderopvang in die behoefte voorzien. In een taal die begrijpelijk is, is het boek behulpzaam om kinderopvang en pedagogiek verder te verbinden.
Rijn, Inge van(2020) Pedagogiek in de vingers. Houten: Bohn Stafleu van Loghum
Reacties