Stichting Nivoz logo
Sterkt leraren, schoolleiders en betrokkenen bij de uitvoering van hun pedagogische opdracht

Nivoz platform hetkind

Pesten mag niet, maar ik zeg nu even niets

14 september 2017

‘Anna heeft een puntneus’, hoort geschiedenisleraar Arjan Moree roepen. In zijn lokaal treft hij een huilende Anna, die haar basisschooltijd herbeleeft. ‘Als één kind niet gelukkig is..,’ klinkt Kanamori’s stem in Arjans hoofd. En ook Désanne van Brederode hoort hij weer spreken: over de wakkerheid om het moment te zien en te laten gebeuren. Pesten vraagt om interventies. Arjan intervenieert door weinig te zeggen: zijn klas neemt verantwoordelijkheid. 

‘Anna heeft een puntneus,’ hoor ik op de gang, terwijl ik aan kom lopen bij het lokaal. Binnen tref ik een huilende Anna aan. Omringd door een aantal verontwaardigde vriendinnen. Anna vertelt me door de tranen heen over haar pestverleden. Die puntneus-opmerkingen heeft ze al jarenlang gehoord en doen haar pijn. Deze les gaat anders lopen dan ik vooraf bedacht had, dat wordt me al snel duidelijk.

Een meisje dat nog maar pas in haar nieuwe klas zit zo in tranen te zien. De groep voelt aan dat er iets niet helemaal in orde is, wanneer ik het gesprek begin. Het is doodstil. ‘Het raakt me om te zien dat één van jullie hier in tranen op haar stoel zit. Ik wil een groep zien die gelukkig is en wanneer één van jullie dat niet is, kunnen we niet spreken van een gelukkige groep. Wat is er gebeurd?’

Direct volgt er een reactie van Danny: ‘Ik heb het zeker weer gedaan.’ Hoorbaar geïrriteerd komen die woorden eruit. Tastbare spanning. Geëmotioneerd vertelt Danny verder: ‘Op de basisschool werd ik altijd gezien als degene die aan het pesten was. Dat heb ik ook wel gedaan, maar ik wil dat niet meer.’ Zijn tranen slikt hij weg.



Wakkerheid

Vaak heb je bij pestgedrag de neiging om er bovenop te willen zitten, het direct aan te willen pakken. Pesten mag niet, dus móet het aangepakt worden. Désanne van Brederode sprak op de Onderwijsavond van 6 september over het belang van wakkerheid in het leven. Waarnemen van wat er gebeurt, aandacht hebben voor het bijzondere in het moment en dat laten gebeuren. Zonder als docent te veel te sturen in dit proces, zonder de gedachte dat alles altijd goed moet gaan. Het zijn woorden die tijdens deze les weer door mijn hoofd gaan. Ik besluit vooral waar te nemen en het gesprek aan de leerlingen te laten.

Anna vertelt tussen het snikken door over haar verleden op de basisschool. Ze weet echt wel dat ze die puntneus heeft, maar heeft daar gedurende haar hele periode op de basisschool nare opmerkingen over gehoord. Dat maakt haar extra gevoelig voor ook maar de kleinste opmerking hierover. De klas luistert naar Anna, vriendinnen slaan een arm om haar heen.

‘Maar zo bedoelde ik dat helemaal niet,’ reageert Danny. Zoekend naar woorden om een excuus te maken worstelt hij met zichzelf. ‘Bij ons in de klas werd er heel veel gepest, eigenlijk was het helemaal geen leuke groep. Daarom ben ik nu ook de enige hier op school, de rest is allemaal naar een andere school gegaan. Ik maak alleen veel grapjes’, vervolgt hij zijn verhaal. De klas luistert ook doodstil naar Danny.

Als volwassene hoef je een kind niet iedere keer te redden

‘Wat voor de één grappig is, kan bij de ander veel pijn doen’, valt Jessica het gesprek binnen. Danny zegt dat te weten, maar dit niet altijd te herkennen. Onwillekeurig legt hij daarmee een open hulpvraag neer in de groep. Anna is weer een beetje gekalmeerd en voelt zich gesteund door de groep. ‘Dit was zo’n moment, Danny. Jouw opmerkingen maakten mij verdrietig, ook al weet ik nu dat je het niet zo bedoelde.’ Het gesprek loopt nog even door en we besluiten om voorzichtig te zijn met opmerkingen over anderen. En Danny vindt het goed, als we voortaan zeggen wanneer zijn grappen niet meer grappig zijn.

Mijn rol in het hele gesprek is beperkt gebleven tot de eerste opmerking en vraag aan de groep. Daarna heb ik me teruggetrokken en vooral gezien wat er gebeurde tussen leerlingen. Alle leerlingen willen een prettige tijd op school en hebben echt wel door dat ze daarvoor een gezamenlijke verantwoordelijkheid dragen. Die verantwoordelijkheid moet ik ook durven geven.

De woorden van Kanamori waarmee ik het gesprek opende hadden een duidelijk effect op de groep. Het was dit keer niet aan mij om het probleem op te lossen zoals ik vaak wel geneigd ben om te doen. ‘Volwassenen hoeven het kind niet iedere keer te redden’, verzekerde Désanne van Brederode ons. Gelukkig was ik wakker genoeg om me deze woorden te herinneren en hebben de leerlingen zelf gezorgd voor meer verbondenheid in de groep.

Arjan Moree 

Arjan is docent geschiedenis op PENTA College CSG Scala Rietvelden in Spijkenisse, blogt hier en is lid van het HetKind-BloggerscollectiefDit blog schreef hij naar aanleiding van de Onderwijsavond met Désanne van Brederode.

Meer info over de Onderwijsavonden die dit jaar een doorlopend onderzoek naar 'volwassenheid' zijn, vind je hier

Reacties

0
Login of vul uw e-mailadres in.


Er zijn nog geen reacties
Delen:
Op de hoogte blijven?
Schrijf je in voor de nieuwsbrief