‘Veel pientere kinderen besluiten al op jonge leeftijd hun grootse ideeën aan de kant schuiven en zich aan te passen’
4 december 2015
De uitvinder van onze gloeilamp, Thomas Edison, werd als kind maar lastig gevonden op school. Een moeilijke leerling, zo constateerde de leerkracht. Zijn moeder zag dat anders en gaf hem de vrijheid zijn interesses te volgen. De rest is, zoals ze zeggen, geschiedenis. Marlies Bras sprak met begaafdheidsexpert Fanny Cattenstart over hoe om te gaan met pientere kinderen en schreef dit verhaal over kleine Edisons.Daar zit hij dan, wiebelend op zijn stoeltje.
Zijn lichaam gebogen over zijn tafeltje.
Het lukt hem niet goed om stil te zitten en zich te concentreren.
‘Het is een moeilijke leerling’, deelt de leerkracht zijn ouders mee.
Zijn moeder ziet dat anders.
Ze besluit hem direct van school te halen en hem zelf te onderwijzen.
Hij krijgt van haar de vrijheid om zijn interesses te volgen en de ruimte om zijn creatieve ideeën uit te werken.
Vijfentwintig jaar later is het zover. Op 21 oktober 1879 slaagt deze jongen, Thomas Edison, erin om zijn eerste gloeilamp te laten branden. Meer dan 10.000 mislukte pogingen gingen aan dit moment vooraf. Gesterkt door de ruimte die hij kreeg en het vertrouwen dat hij altijd gevoeld heeft, lukte het hem elke poging om een stap dichter bij het succes te komen. Op de vraag hoe hij omging met al die mislukte pogingen, antwoordde hij met de legendarische woorden: ‘Ik faalde geen 10.000 keer tijdens mijn zoektocht naar de gloeilamp. Ik documenteerde gewoon 10.000 manieren waarop ze niet werkten.’ Van die levenswijsheid mogen wij nog elke avond genieten als we onze lampen aandoen.
Vandaag de dag lopen er in ons land talloze kleine Edisons rond, met dezelfde ambities, dezelfde creativiteit en dezelfde capaciteiten. En ook veel van deze kleine Edisons worden bestempeld als lastig, druk, sociaal onhandig of niet passend in de groep. Veel van deze kleine Edisons besluiten al op jonge leeftijd hun grootse ideeën en capaciteiten aan de kant schuiven en zich aan te passen aan de omgeving. Iets wat Fanny Cattenstart, begaafdheidsexpert, zelf overkwam als klein meisje en wat zij koste wat kost wil voorkomen bij haar begaafde dochter. Zo werd “Pientere Peuters” geboren, een methode om peuters met een ontwikkelingsvoorsprong vroegtijdig te signaleren en te begeleiden zodat deze peuters een passend aanbod krijgen en ouders al in een vroeg stadium een school kunnen kiezen die past bij de ontwikkeling van hun kind.
Volgens Fanny rust er een groot taboe op het onderwerp begaafdheid. ‘Ouders vinden het lastig om over de ontwikkelingsvoorsprong van hun kind te praten. Ze zijn bang om als opschepper bestempeld te worden. Maar de meeste van deze ouders zijn gewoon trots op hun kind en willen net als alle andere ouders vertellen wat voor nieuwe dingen hun kind geleerd heeft.’
Daarnaast ziet ze dat veel ouders van kinderen die vastlopen in hun ontwikkelings- of onderwijsproces dit onderwerp niet durven aan te snijden op kinderdagverblijven, peuterspeelzalen en scholen. Ouders komen in een spagaat terecht. Aan de ene kant zien ze dat hun kind steeds ongelukkiger wordt, aan de andere kant willen ze de professional niet het gevoel geven dat ze hun werk niet goed doen.
Lees verder
(Dit artikel heeft Marlies Bras geschreven voor het tijdschrift ‘Gifted’. Het artikel is aangepast voor haar eigen blog.)
Marlies Bras publiceert met grote regelmaat columns op haar blog
Reacties