Stempels: ‘De deskundigheid van de mensen in de scholen is ontzettend toegenomen.’
1 oktober 2015
Zelf schoolgaand kind in de jaren 70 en 80 bekijkt schoolleider Jeroen Goes de verschillen tussen toen en nu als het gaat om stempels. En vooral ook: de kennis over stempels bij leerkrachten. Want wat hij ziet, daar kijkt hij vol bewondering naar. Maar wordt een goede docent beter van stempels?Hij sprak nog over de tijd waarin de enige stempels in het klaslokaal door zijn juf in zijn schrift werden gezet. Die van een mooie krul of een plaatje onder een goed gemaakte oefening.
Dat was toen, in de jaren zeventig en tachtig.
Dyslexie, ADHD en hoogbegaafdheid waren in die tijd nog niet bekend als diagnose voor de leerlingen in de klas, drukke en slimme kinderen bestonden er al wel, maar een echte stempel bestond daar nog niet voor.
Terwijl er nog steeds mensen beweren dat het onderwijs slechts langzaam verandert, hoeft hij slechts een gesprek met de intern begeleider te hebben om te weten dat dit niet waar is.
Met een grote zorgvuldigheid worden de kinderen gevolgd en hun vorderingen geadministreerd.
Over een deel van deze kinderen is er veel meer in kaart gebracht, zijn -gogen en -logen benaderd en zijn er intensieve gesprekken met de ouders gevoerd.
Terwijl de ouders nog moeten wennen aan een stempel voor hun kind, zijn de leerkrachten alvast zonder dit stempel dagelijks bezig om hun aanbod aan de vraag aan te passen.
Voor de vermeende dyslect met extra leesoefeningen, de ADHD-er krijgt zijn ruimte voor extra beweging en onrust in het hoofd en het lijf en voor de mogelijk hoogbegaafde leerling liggen er tal van uitdagende vraagstukken klaar. De ouders wennen nog wat, soms jarenlang, de juf gaat vast voort en ziet dat het goed uitpakt.
Hij hoort en ziet het veelal met bewondering aan. De deskundigheid van de mensen in de scholen is ontzettend toegenomen. De kennis van de wetenschap wordt toegepast in de schoolpraktijk.
En van de stempels in de dossiers van de kinderen wordt op een positieve wijze gebruik gemaakt.
Met deze kennis van het heden denkt hij nog eens terug aan de klas van zijn jeugd. Veel lastige jongens vooral, die zich maar moeilijk konden vinden in het standaardprogamma van de basisschool. Op het Voortgezet Onderwijs (“de middelbare”) was dat al niet anders. Andere jongens, maar minstens zo lastig.
Hij kent het verhaal van de stuiterende lastige brutale vlegel van de basisschool, onbegrepen leerling, op het VO afglijdend (dat heet nu afstromend) van gymnasium naar de MAVO. Honderd-en-een ongelukken en 12 ambachten in zeven sloten tegelijk lopende puber en jong volwassene.
Zonder stempels werd die jonge stuiterbal door schade en schande volwassen.
Er is geen tweede kans meer om te zien hoe het met deze jongen in deze tijd zou zijn gelopen, gediagnosticeerd als hoogbegaafd ADHD-er.
Een vroegtijdige stempel, maar vooral de aanpassing van het gedrag van zijn leerkrachten en docenten hadden zijn levenspad zeker beïnvloed.
Het onderwijs passender gemaakt, zoals dat in het huidige onderwijs in veel gevallen zo prachtig aan de orde van de dag is.
Van de meeste stempels worden de kinderen niet slechter en wordt de goede docent nog beter.
Jeroen Goes is schoolleider op De Werkplaats in Bilthoven. Hij houdt al enige jaren een eigen blog bij, 26000dagen.nl dat verwijst naar een liedtekst van Klein Orkest.
Reacties