Luc Stevens: 'Invoelen is de helft, actief handelen maakt het af'
2 augustus 2015
Hoe pedagogische tact een shockervaring kan zijn. Hoe je eigen identiteit zichtbaar wordt in het gezicht van de ander. Hoe een wringende anekdote uit je klas vaak meer zegt dan een boek vol theorie. Daarover sprak Luc Stevens op de afsluitende onderwijsavond in 2013. Zijn inspiratie? De presentaties van de deelnemers van Pedagogische Tact eerder die dag. Hetkind-redacteuren Geert Bors en Annonay Andersson vatten het nog eens samen. In acht motto’s.1. De ander als spiegel: zichtbaar worden in het gezicht van de ander
“Ich und Du”, noemde de Oostenrijks-joodse filosoof Martin Buber het: je eigen identiteit die pas gestalte krijgt in de relatie tot een ander. Veel meer filosofen hebben zich aan dat onderwerp gewaagd. Over het gezicht van de ander als een appèl aan onszelf. Toch is het in de praktijk niet altijd even gemakkelijk de spiegel van de ander te lezen om jezelf te zien. We spreken allemaal in ons eigen vocabulaire en zien de wereld vanuit het eigen kader.
2. Kernbetekenis: hoe de anekdote ons dichterbij de kern brengt
Ondanks die eigen woorden en onze eigen blik, hebben de meeste verhalen maar één betekenis die iedereen snapt. De kernbetekenis. Hoewel de wetenschap een middel is om hier dichterbij te komen, wordt het onderwijs veelal ‘geconstrueerd’ door de wetenschap. Gevolg? De werkelijkheid wordt modelmatig beschreven en de kernbetekenis wordt hier niet gevat. Anekdotes, zoals verteld in de trajecten van Pedagogische Tact – met hun wringende en dwingende, geladen en ontspannen momenten van interactie brengen de betekenis van ons onderwijs heel anders en vaak veel pregnanter in beeld.
3. Denken én doen: invoelen is de helft, actief handelen maakt het af
Kennis en handelen kunnen alleen met elkaar gezien worden. In een van de eindpresentaties van het traject kwam dat heel duidelijk naar voren. De leerkracht in kwestie vertelde dat zij van het invoelen – wat zij goed kon – was uitgekomen bij de confrontatie. Een goede leraar is empathisch, zoekt altijd het perspectief van de ander. Dat kon deze leerkracht uitstekend en dat straalde ze ook uit. Maar onderwijs gaat om meer dan ‘iemand begrijpen’. Deze dame vertelde dat ontdekt had dat ze vervolgens de neiging had de confrontatie uit de weg te gaan. En daar komt het wel op aan, wist ze nu: een leerkracht die handelt. Het begrijpen van de ander en daar meteen op handelen, is een menselijke mogelijkheid die we proberen te ondersteunen.
4. De kip en het ei: de paradox van praktijk en theorie
Die integratie van het denken en doen is niet vanzelfsprekend. En ook niet makkelijk. In lerarenopleidingen blijkt dat meermaals. We leiden op door eerst kennis te geven en studenten daarna stage te laten lopen. Je merkt vaak dat leraren-in-opleiding tijdens hun stage, hun verworven theoretische kennis vergeten. Kennelijk is die kennis dus toch niet zo relevant op dat moment. Colleges op de opleiding kunnen dan voelen als droogzwemmen: in het water is niets meer hetzelfde. En toch wil je studenten ook niet onvoorbereid in het diepe gooien. En toch wil je als leraar of schoolleider je ervaringen kunnen duiden. Je wilt dat de persoonlijke gebeurtenissen van jou of je team in een betekenisvol kader vallen. Van invoelen naar confrontatie, van de ontkoppelde theorie en praktijk naar een verbinding in de ervaring. Daar worden beide functioneel.
5. Wederzijdse herkenning: onze school is onze werkelijkheid
Maar de vraag is: ‘Wat ga je doen?’ Dat hoor je leraren ook altijd vragen: wat moet ik doen? En terecht, want het gaat erom het voelen, het denken en het doen samen te brengen. Als je op die manier in je klas of op je school staat, wordt dat herkend. Een wederzijdse herkenning, zowel tussen leraar en leerling als tussen schoolleider en leraar. Een pedagogisch leiderschap leidt de school niet als een manager, niet als iemand die ergens boven staat. Het gaat om het voortdurend laten zien dat je wilt omgaan met je leraren, wilt omgaan met je leerlingen. Dat je er één werkelijkheid, één leefwereld van wilt maken, waarin ieder zijn eigen verantwoordelijkheid heeft.
6. Opnieuw leren lopen: pedagogische tact als shockervaring
Eén van de deelnemers van het traject vertelde hoe zijn achillespezen beschadigd waren geraakt en dat hij in het genezingsproces opnieuw had moeten leren lopen. Als je kennis met handelen verbindt, dan is dat als opnieuw leren lopen. Voor sommige deelnemers komt pedagogische tact binnenzetten met precies die impact. We kunnen ons werk alleen legitimeren door te spreken over de kern van ons werk: de ontmoeting, de relatie, verbondenheid.
7. Verbondenheid: de behoefte je tot de wereld te wenden
Waar begonnen we ook weer? Bij de menselijke relatie. Immers, de voorwaarde voor leren, voor eigen ontwikkeling en ontwikkeling naar je vermogen, is verbondenheid. Ook als een kind net geboren is. De biologische behoefte van een pasgeborene is om zich naar de wereld te wenden. Vanuit de ouders is er dan juist de behoefte zich naar het kind te wenden. Er ontstaat wederzijdse responsiviteit in verbondenheid. Aan de keukentafel noemen we dat: gehechtheid - ik ben aan je gehecht. En daar ligt dan weer de basis voor ontwikkeling.
8. Basisbehoefte: wie niet verbonden is, raakt niet gemotiveerd
De motivatie je te ontwikkelen ontstaat alleen uit verbondenheid. Als je je nooit verbonden hebt gevoeld, ontwikkel je die motivatie niet. Het zijn vaak mensen aan de rand van de samenleving, die die vitale basis gemist hebben. En dáár zijn wij mee bezig. Als leraar, als schoolleider. Als je met leerlingen in school werkt, moet je toegerust zijn om die basale voorwaarden voor leerlingen in te vullen. Ook voor jezelf, want je kan niet onderwijzen als je de relatie met leerlingen mist. Precies daar is het werk van de leraar een pedagogische opgave
Vanaf 10 september 2015 begint er weer een nieuwe reeks onderwijsavonden, waarvoor u zich kunt aanmelden.
Reacties