Janusz Korczak: de pedagoog, die verantwoordelijkheid uiterst serieus neemt
19 oktober 2014
'Hoe houd je van een kind?' Op die vraag kan Janusz Korczak, met al zijn ervaring als pedagoog, arts-directeur van verschillende weeshuizen in Warschau én kinderarts geen pasklaar antwoord bieden. Pas als hij het boek schrijft (1919 -1920) met de gelijknamige titel, komt hij zo dicht mogelijk bij het geheim dat een kind altijd blijft. In de jaren '80 komt Joop Berding, pedagoog, docent en onderzoeker, het boek op het spoor. Het maakt een diepe indruk op hem: 'De verhalen uit het weeshuis behoren tot de meest unieke uit de geschiedenis van de pedagogiek en de kinderparticipatie'. Tegenwoordig staat die participatie volop in de belangstelling en Berding richt zich in dit artikel op de radicaliteit van Korczak daarin. 'Het boek is nog altijd een essentiële bron van het pedagogisch denken en handelen.'In 1984 las ik een controversieel boek: Het geminachte kind van Guus Kuijer. Daarin kwam ik een passage tegen over ‘de grote Janusz Korczak’, een naam die mij niets zei. In dezelfde tijd hield ik me bezig met het fenomeen van de ‘antipedagogiek’. Deze ‘beweging’ met wortels in Duitsland en Engeland had ook enige invloed in Nederland. René Görtzen publiceerde een boek onder de revolutionaire titel Weg met de opvoeding (1984). Hierin besprak hij ook Janusz Korczak die hij zag als de antipedagoog bij uitstek.
Twee keer diezelfde naam. Het zette me ertoe het hoofdwerk van de Pools-Joodse pedagoog (1878–1942) ter hand te nemen: Hoe houd je van een kind. Het werd voor mij het beslissende boek, met dank aan Kuijer en Görtzen. Mijn intuïtie dat antipedagogen het helemaal bij het verkeerde eind hadden, werd bevestigd tijdens het lezen van het boek. Kinderen hebben niet alleen vrijheid nodig maar ook grenzen en in dit opzicht ligt er een duidelijke verantwoordelijkheid bij de opvoeder. Korczak bleek een pedagoog die die verantwoordelijkheid uiterst serieus nam. Zijn boek werd tot op de dag van vandaag een essentiële bron van pedagogisch denken en handelen.
Het bijzondere van Hoe houd je van een kind is dat het helemaal gegrondvest is in de pedagogische ervaringen van Korczak. De zomerkampen voor kinderen uit Warschau waaraan hij als groepsleider in de beginjaren van de eeuw meedeed vormden de basis voor zijn werk vanaf 1912 als arts-directeur van verschillende weeshuizen in Warschau. Ook zijn ervaringen als kinderarts zijn erin terug te vinden. Zijn empirische en natuurwetenschappelijke scholing kwam hem als pedagoog goed van pas, zo verklaarde hij, maar gaf uiteindelijk geen toegang tot het ‘geheim’ dat een kind altijd blijft. In feite gaat hier het hele boek over.
In Hoe houd je van een kind vertelt Korczak in vier delen over zijn pedagogische ervaringen: ‘Het kind in het gezin’, ‘Zomerkolonies’, ‘Het internaat’ en ‘Het weeshuis’, de laatste twee vormen een geheel. Korczak schreef het toen hij in 1919-1920 als arts in het Russische leger diende. Met het runnen van een weeshuis had Korczak nog weinig ervaring – toch zijn het vooral deze verhalen die tot de meest unieke uit de geschiedenis van de pedagogiek behoren en die ik, in samenhang met het deel over de zomerkampen, als een van de bronnen van kinderparticipatie beschouw. Lees verder
Joop Berding is pedagoog, als docent verbonden aan het Instituut voor Sociale Opleidingen en als onderzoeker bij het Kenniscentrum Talentontwikkeling van de Hogeschool Rotterdam. Hij heeft een groot aantal publicaties op zijn naam staan waaronder vele over de pedagogiek van Korczak.
Dit artikel is in iets andere vorm eerder verschenen in Pedagogiek in praktijk, september 2014, p. 22-24, en wordt hier met toestemming van de uitgever gepubliceerd.
Reacties