Stichting Nivoz logo
Sterkt leraren, schoolleiders en betrokkenen bij de uitvoering van hun pedagogische opdracht

Nivoz platform hetkind

‘De overheid hoeft onderwijskwaliteit niet los te laten, maar het is wel het moment om het anders vast te houden’

1 december 2014

Zowel de ‘nieuwe’ vaardigheden van kinderen (zie #onderwijs2032) als het accent op horizontale verantwoording komen zeer regelmatig terug in onderwijspublicaties. ‘De uitdaging om deze elementen een plek te geven in een nieuw Toezichts- en Waarderingskader zijn groot en complex,’ schrijft Adrie Groot, bestuursvoorzitter bij stichting Flore. De verantwoordelijkheid ligt bij alle partijen, meent hij. En een zekere professionele ruimte is voorwaarde. Tot de schoolleiders en leraren: 'Zorg voor indicatoren die passen bij wat u verstaat onder ‘goed onderwijs’. En tot de overheid:  ‘U hoeft onderwijskwaliteit niet los te laten, maar het is wel het moment om het anders vast te houden.’

1531_bbc1600420074d2088ce57d381b86f9e"Graag stuur ik je hierbij het schooljaarverslag van de Paulusschool in Heiloo. Ik ben er trots op en vooral over de inhoud en de wijze waarop ik dit resultaat met team en ouders heb gerealiseerd."

Zo begint een mailtje van Susan, de enthousiaste directeur van de Paulusschool in Heiloo. Zoals veel Flore-scholen maakt zij werk van het schooljaarverslag. Niet alleen voor verantwoording, maar ook om samen met team, ouders en bestuur even stil te staan bij het onderwijs van het afgelopen schooljaar. Wat ging goed, wat kan beter? Onderwijskwaliteit in een moderne vorm van verantwoording.

Professor dr. Geert ten Dam hield in haar speech tijdens de ledenvergadering van de PO-Raad op 28 november 2014 - afgelopen vrijdag - opnieuw een sterk pleidooi gericht op een optimaal leer- en leefklimaat voor kinderen en leerkrachten. Zij ging ook kort in op de gewenste professionele ruimte voor schoolverbetering en de noodzakelijke professionalisering daarbij. Als scheidend voorzitter van de Onderwijsraad formuleerde zij dat onlangs als volgt:

 "Een organisatie die professionele ruimte heeft voor onderwijs op maat, moet kunnen laten zien wat hij doet. Maar hoe? Het onderwijs van de 21ste eeuw is niet makkelijk te vangen in maatstaven voor ‘output’. Hoe toets je samen-werken, problemen oplossen, kritisch denken, creativiteit, communicatie, leervaardigheden en zelfsturend vermogen?”

“Ik weet uit onderzoek dat aparte lessen en trainingen niet helpen. Het beste is het om dergelijke vaardigheden te integreren in vakken en leerdomeinen, maar we kunnen ze maar deels vangen in objectieve, toetsbare maten. Steevast hoor ik: de huidige set opbrengstindicatoren van de Inspectie is te beperkt. Daar ben ik het mee eens. Ontwikkel dan betere, zou ik zeggen.”

“Zorg voor indicatoren die passen bij wat u verstaat onder ‘goed onderwijs’. Zorg dat u zich ook op andere manieren kunt verantwoorden naar de overheid en naar uw omgeving. Maak zichtbaar wat u doet, wat u wilt bereiken en waarom. Vertel het verhaal achter uw aanbod en uw werkwijzen. Zeg erbij hoe u werkt aan systematische verbetering. Vind een goede balans tussen opbrengstindicatoren en procesindicatoren."


geertZowel de ‘nieuwe’ vaardigheden van kinderen als het accent op horizontale verantwoording komen zeer regelmatig terug in publicaties. De uitdaging om deze elementen een plek te geven in een nieuw Toezichts- en Waarderingskader zijn groot en complex. De ontwikkelingen rond de Pilot Toezichtskader 2016 van de Inspectie laten dat ook zien. Met veel betrokkenheid en inzet - en vanuit een groot verantwoordelijkheidsgevoel - wordt gewerkt aan het vertalen van bovenstaande inzichten in een nieuw kader.

Opmerkelijk daarbij is dat de hoofdrolspeler in het Toezicht op Onderwijskwaliteit - de inspectie basisonderwijs - ook de regie voert over de gewenste aanpassingen. Een inspectie die zich natuurlijk correct dient te houden aan de kaders die door de politiek meegegeven zijn. Duidelijk is dat die niet alleen behoudend zijn, maar ook niet aangepast aan de recente inzichten op basis van onderzoeksrapporten uit andere sectoren zoals Sociale Woningbouw (rapport Commissie Van Vliet) en de zorg (rapport NZA van de commissie Borstlap). Een overheid die zich inzet voor een optimale transfer van onderzoeksresultaten naar het onderwijsveld, zal ook deze inzichten serieus moeten nemen.

Het huidige toezichtskader kenmerkt zich door een groot aantal voorwaardelijke toezichts- elementen, aangevuld met enkele waarderingselementen. Optimaliseren van het toezichtskader binnen het huidige systeem - en door de inspectie - heeft het gevaar in zich dat dit leidt tot marginale veranderingen en een integratie van de 21ste century skills in een landelijk genormeerd kader.

Een verdere uitwerking van toezicht en waardering, met een krachtigere rol van de locale stakeholders, leerlingen/personeel/ouders en integratie van de 21ste century skills in dat waarderingsperspectief is gewenst. Een uitwerking naar een uniform toezichtskader, gebaseerd op gestandardiseerde normen en een pluriform waarderingsperspectief met een grotere rol voor lokale stakeholders.

Om het ongemak van bestaande spelers in dit veld niet nog meer te vergroten zou een Taskforce Onderwijskwaliteit, Toezicht en Waardering, met daarin vertegenwoordigers van belanghebbende partijen, de regie moeten voeren over een traject Toezicht en Waardering 2015-20.

De overheid hoeft onderwijskwaliteit niet los te laten, maar het is wel het moment om het anders vast te houden. En dan ontstaat de professionele ruimte die door scholen, met als voorbeeld de Paulusschool in Heiloo, prima kan worden ingevuld.

Adrie Groot is voorzitter College van Bestuur van stichting Flore in Heerhugowaard, dat onderwijs biedt aan 7.600 leerlingen, verdeeld over 30 basisscholen in Noordholland.

 

 

 

 

 

 

 

 

Reacties

0
Login of vul uw e-mailadres in.


Er zijn nog geen reacties
Delen:
Op de hoogte blijven?
Schrijf je in voor de nieuwsbrief