De Cito-diefstal? Pijnlijk voor overheid, onbeduidend voor schoolleiders
4 februari 2013
In de week voorafgaand aan de Cito-eindtoets kwam aan het licht dat de opgaven voor die toets al waren aangeboden op Marktplaats. Ordinaire diefstal, meent Luc Stevens. Maar ook een affaire waar een belangrijk symbolisch signaal van uitgaat: ‘Het laat zien hoe de staat het recht én bekwaamheid om een oordeel te geven over de toekomst van een generatie aan een test heeft toevertrouwd.' Zijn statement: voor schoolleiders is er eigenlijk heel weinig of niets gebeurd.Een man zocht in 2012 oude oefenopgaven van de Cito-toets voor een familielid. Hij vond ze op Marktplaats. Vorige week werd diezelfde man benaderd door diezelfde verkoper. Dit keer met een wel heel schimmig aanbod: als hij wilde, kon hij nu alvast de opgaven voor alle drie de dagen van de Cito-toets van dit jaar krijgen. Helaas zonder de antwoorden, maar voor € 450 euro mocht hij ze hebben.
Om er zeker van te zijn dat het geen grap betrof, vroeg de man de verkoper om een paar opgaven en stuurde ze door naar NRC Handelsblad, die op haar beurt bij het Cito vaststelde dat het inderdaad vragen uit de toets van dit jaar betrof. Nrc-next opende op woensdag 30 januari met een multiple-choice vraag:
“De opgaven van de Cito-toets van volgende week staan op Marktplaats. Dat is:
a) Goed speurwerk van een moderne hacker.
b) Te wijten aan laksheid bij het Cito
c) Onvermijdelijk in 2013.
d) Ordinaire diefstal.
Met een rood pennetje was er twee keer op het blaadje geschreven: ‘staan’ was vervangen door ‘stonden’. En antwoord d) was omcirkeld als de juiste oplossing.
Natuurlijk is dit een geval van ordinaire diefstal. Daarover zijn we het gauw eens. Maar nrc-next had nog een andere antwoordmogelijkheid kunnen toevoegen die ook waar was. Dat een exemplaar van de toets op Marktplaats kwam, is namelijk ook een belangrijk signaal.
Deze diefstal heeft veel symbolische waarde. Voor veel scholen, kinderen en ouders heeft de Cito-eindtoets in de loop van de jaren veel meer gewicht gekregen dan de onafhankelijke ‘second-opinion’ die het Cito wil dat het is. Zoveel gewicht dat tenminste één persoon meende dat het tevoren inzien van de vragen geld zou kunnen opleveren. De hele industrie die ontstaan is rond Cito-training getuigt van dezelfde tendens.
De affaire laat ook pijnlijk zien hoe de staat haar recht en bekwaamheid om een oordeel te geven over de toekomst van een generatie aan een test heeft toevertrouwd. Nu één individu in staat blijkt de overheid in één enkel moment te ontmachten, toont dat haar naaktheid. De staat heeft blijkbaar geen andere mogelijkheid om nieuwe generaties kinderen, waarvoor ze ook verantwoordelijkheid draagt, iets anders te bieden dan een test als er beslissingen genomen moeten worden.
Schooldirecteuren hoeven zich intussen geenszins in verlegenheid gebracht te voelen. Ze hebben er een hoop narigheid van en hebben een boel te regelen, maar de deskundigheid om over hun leerlingen een weloverwogen oordeel te geven, is eenvoudig aanwezig. Vraag het de leraren die deze kinderen acht jaar lang gezien hebben.
Dat is het interessante aan deze diefstal: er is eigenlijk heel weinig of niets gebeurd – gezien vanuit de manier waarop schoolleiders en leraren hun taak waarmaken in dit land.
Prof. dr. Luc Stevens
Reacties