Boekbespreking: Naar onderwijs in blauw - aan de vanzelfsprekendheden voorbij
23 mei 2019
‘Iedere leerling verdient een eerlijke en rechtvaardige onderwijsplek. We praten niet meer over sterkere of zwakkere leerlingen, niet meer over achterstanden, niet meer over vooruit zijn, niet meer over zwakbegaafd of hoogbegaafd. Ook niet over gepersonaliseerd onderwijs, maar wel over ontwikkelingsgericht onderwijs in een blijvende dialoog.’ Dolf van den Berg, emeritus-hoogleraar aan de Radboud Universiteit in Nijmegen heeft meerdere boeken geschreven, maar niet eerder was hij zo uitgesproken als in dit boek.
'Het onderwijs zit vol met vanzelfsprekendheden, zoals de leerstofjaarklas.’ Van den Berg schreef dit boek ‘om uit te dagen en te confronteren, maar ook om hoop en verlangen uit te drukken'.
Der blaue Reiter en drie onderwijsdossiers
Het boek is opgebouwd uit vijf dossiers en start met de verklaring voor de titel ‘Naar onderwijs in blauw’. Van den Berg gaat terug naar het begin van de twintigste eeuw, waarin Europa in een kritische fase raakt. Daarin ontwikkelt zich in Duitsland het expressionisme vanuit twee belangrijke centra: ‘Die Brücke’ en ‘Der blaue Reiter’. De laatste wordt een krachtige manifestatie van een avant-garde met Kandinsky als voorman. Drie thema’s zijn daarin betekenisvol, die de auteur moeiteloos aan de te bespreken onderwijsdossiers koppelt:
- Een andere (onderwijs)stijl: andere concepten, andere vormen en meer kleuren, verder uitgewerkt in dossier 2
- Een wisseling in zienswijzen is noodzakelijk om een andere werkelijkheid (van het onderwijs) te ontdekken, verder uitgewerkt in dossier 3
- (Het onderwijs) heeft behoefte aan verticalisering, verder uitgewerkt in dossier 4
Onderwijswet uit 1806 geldt nog steeds
In het tweede dossier is Van den Berg kritisch over de traditionele leerstofjaarklas. Deze organisatie van het onderwijs werd in de Onderwijswet van 1806 vastgelegd en is er nog steeds. ‘Schaarse uitzonderingen daargelaten krijgen alle kinderen of leerlingen op dezelfde manier, dezelfde leerstof op hetzelfde tijdstip aangeboden met een sterkte scheiding tussen de vakken’ (pag.39) Meerdere problemen zijn volgens hem daaraan gekoppeld, zoals het werken met gemiddelden, urennormen, zittenblijven en de meetcultuur. ‘Deze ontwikkelingen duiden op uitsluiting of buitensluiten van kinderen vanwege diversiteit. (…) zal ik aangeven dat tegen de mensenrechten kan zijn, wellicht inhumaan is en discriminerend. Misschien is het wel een vorm van kindermishandeling, zo schreef een schoolleider mij onlangs.’ (pag.42)
De leraar als artiest
In het derde dossier is de vraag aan de orde hoe de werkelijkheid in het onderwijs eruitziet. De auteur verlaat zich voor een antwoord wederom op Kandinsky, die een grammatica trachtte te ontwikkelen voor de onderbouwing van de manier waarop hij de zichtbare werkelijkheid representeerde. Kleur en vorm zijn de twee middelen die een schilder ter beschikking staan: ‘Vooral in de kleur blauw vinden we de gave van de verdieping, vooral bij de diepere tinten blauw.’ De samenhang tussen vorm en kleur is een gevolg van het principe van de innerlijke noodzakelijkheid, gevormd door de kunstenaar, die als schepper tot uitdrukking brengt wat hemzelf eigen is: zijn persoonlijkheid en stijl.
Dit schildergrammatica van Kandinsky heeft in de ogen van Dolf betekenis voor het onderwijs. ‘Om te werken aan de dans van de toekomst creëert de leraar een andere kleur, een andere inhoud: hij of zij is medeschepper en stelt zijn/haar persoonlijkheid ter beschikking. Anders gezegd: het onderwijs is het atelier van de grootste artiest van deze wereld: de leraar. Dan is er sprake van volop licht en kleur. Het onderwijs is wat de leraren ervan maken.’
Hoop en verwachting in onderwijs
Kandinsky drukt in zijn werk hoop en verwachting uit en Van den Berg vindt het zinvol om ook het onderwijs uit te drukken in termen van mogelijkheden, in termen van hoop als de essentie van ons ‘zijn’. ‘Hoop in het onderwijs is een uitgesproken aanvaarding van iemands kwaliteiten en gebreken, schijft hij. Uit Das Prinzip Hoffnung van de filosoof Bloch leent Dolf de twee principes ‘na-mogelijkheid zijn’ en ‘in-mogelijkheid zijn’. Met deze begrippen vergelijkt hij de leraar in een traditionele jaarklas en een leraar bij ‘onderwijs in blauw’, waarbij de leraar bij ‘onderwijs in blauw’ zich kenmerkt door een reflectie op het komende en een andere inhoudelijke identiteit heeft.
Vervolgens ziet Van den Berg in de evolutietheorie twee niveaus op basis waarvan hij vindt dat de toekomst van het onderwijs besproken moet worden: 1. de essentiële verscheidenheid tussen leerlingen onderling en voor elke leerling tussen vakken en leergebieden en 2. het behoud van een natuurlijke samenlevingsvorm in het onderwijs in plaats van de gekunstelde constructies zoals de traditionele leerstofjaarklas, de tienerschool, de separate klasjes voor bijzondere leerlingen en de grote aantallen thuiszitters. (pag. 65)
Ontwikkeling als onderwijs-pedagogisch verschijnsel
In zijn zoekproces naar ander onderwijs heeft Van den Berg een onderwijsconcept ontwikkeld dat gebaseerd is op het recht van eenieder (met zijn kwaliteiten en beperkingen) op betekenisvol menselijk contact, uiteindelijk leidend tot een voor ieder zinvol volwassen bestaan. (pag. 77) De auteur kiest voor de term ontwikkelingsgericht, omdat het doelgerichte karakter van het onderwijs hierin sterker impliciet wordt benadrukt dan in de term gepersonaliseerd onderwijs en daarin ook het concept ‘de zone van de naaste ontwikkeling’ past. De leerstof, zeker voor de meer cursorische vakken, wordt sterk verticaal opgebouwd. ‘Ontwikkeling is een onderwijs-pedagogisch verschijnsel en betekent: ontvouwen, loswikkelen, tot wasdom komen, doen uitgroeien, doen ontstaan, tentoonspreiden, herleiden, uitwerken, gaandeweg uit iets tevoorschijn komen, blootleggen, ophelderen, meer tegenwoordig zijn. Ontwikkelen is je ontdoen van de bindende wikkels, waardoor je je kunt ontvouwen en meer het gevoel kunt krijgen dat je uniek bent en onvervangbaar. Maar ontwikkelen is meer dan alleen een weg naar de vrijheid van de leerling. Het is de weg naar een volwassen-in-de-wereld zijn.’ (pag. 79)
In dossier vijf werkt van den Berg het verticale model uit voor de praktijk.
Van boek tot praktijk
Uitdagend, confronterend én hoopvol. Zo karakteriseert emeritus-hoogleraar Dolf van den Berg (Radboud Universiteit) zijn visie op onderwijs, die hij uiteenzette in een lezing tijdens het VO-congres in Nieuwegein op 28 maart 2019. Van den Berg pleit voor ‘ontwikkelingsgericht onderwijs’. Marjo van IJzendoorn, rector van het Rodenborch College (Rosmalen) en het Jeroen Bosch College (‘s- Hertogenbosch) vertelt hoe zij, met Van den Berg als adviseur, werkt aan de opzet van een ontwikkelingsgerichte school. Lees verder
Naar Onderwijs in blauw- Aan de vanzelfsprekendheden voorbij
Dolf van den Berg, 2019 Oud-Turnhout/’s-Hertogenbosch
ISBN 978-94-6371-111-1
Rikie van Blijswijk is verbonden aan NIVOZ-opleidingen. Ze is initiator en begeleider van de NIVOZ-Coalitie voor leraren en schoolleiders.
Reacties