Zeegers luistert: ‘En nu aan het werk. Doen wat nodig is!’
18 oktober 2014
Gérard Zeegers – schoolleider in Boxmeer - was in korte tijd twee keer te gast bij onderwijsbijeenkomsten in Driebergen. Hij luisterde er naar twee wijze, oude mannen, met een eigen imposant betoog. ‘Ontsnappen kon niet.’ Zeegers voelt zich nu - een maand later – uitgedaagd, bemoedigd en gesterkt ‘om door te gaan met onderwijs dat zijn bestaansrecht baseert op zinvolle en liefdevolle relaties.’ Zijn verhaal.Dolf van den Berg (op 24 september een van de inleiders van de conferentie Leider Zijn) en Luc Stevens (op 10 september verantwoordelijk voor de opening van een serie Onderwijsavonden) spraken openhartig over moed, vertrouwen, verbinding, authenticiteit, verbondenheid, integriteit en waarachtigheid.
Hun verhalen horen bij elkaar. Ze passen naadloos in elkaar en vormen, met elkaar verbonden, een betekenisvolle lemniscaat. Waar Van den Berg filosofeert over het ZIJN, gaat Stevens dieper in op het WORDEN.
ZIJN EN WORDEN
Van den Berg refereert nadrukkelijk aan de filosoof Heidegger: “De opdracht is de zin van het ZIJN op te helderen en te bevragen. En, daarbij is het stellen van de vraag belangrijker dan het antwoord op die vraag. De ultieme vraag: Woraufhin?”
Gelukkig onthult Van den Berg ons zijn antwoord:
”Door zijn vermogen tot vrijheid wordt een mens steeds meer zichzelf. De mens als persoon is een werk van vrijheid, van zijn keuze en beslissingen. En, de mens is geroepen om in vrijheid onophoudelijk meer mens te worden. En dat bindt alle betrokkenen in het onderwijs. Zij allen hebben een roeping.”
Van den Berg laat vervolgens niet na om die roeping direct te voorzien van een concrete invulling. “Waarom toetsen we nog. Toetsen we om te weten wat er in het verleden gebeurde? Of toetsen we om zicht te krijgen op de mogelijkheden van een kind? Het gaat, zoals Ernst Bloch het ooit zei, om in-Möglichkeit-Seienden. Wij moeten geloven in de mogelijkheden van elk kind, van elke leerkracht, van elke leidinggevende, van elke bestuurder. Vertrouwen is daarbij nodig. Dat betekent ook dat je zelf trouw bent. Trouw aan wat je met elkaar hebt afgesproken. Leiderschap is niet een kwestie van voldoende competenties ‘hebben’, maar boven alles een kwestie van ‘zijn’.”
Twee weken eerder, op woensdag 10 september, werd ik geraakt door de woorden en de toon van Luc Stevens. Opnieuw. Eerst waren er de woorden. Over ‘the art of teaching’. Toen kwam er muziek. Stevens liet ons luisteren naar muziek van de pianist Barenboim. ‘Om het wordingsproces dat onderwijs is te illustreren. Het gaat hier over ZIJN en WORDEN,’ aldus Stevens. ‘Barenboim laat het verschil tussen zijn en worden weten. Je kan het horen in zijn muziek... Hoor maar. The sound evolving out of silence. Vanuit de stilte ontstaat.
Er was iets... Er is iets... ZIJN!
Er was niets... Er ontstaat iets... WORDEN! In wording.’
Na een korte, plechtige stilte, maakt Stevens de transfer naar het onderwijs. ‘En, leraar, tijdens het didactische proces is er sprake van wording. Het is er al wel, de bekwaamheid, maar die moet nog wel worden gewekt. En dat is the art of teaching!’
Stevens onderstreept in zijn pedagogisch pleidooi de waarde en de noodzaak van vertrouwen. ‘Het komt tot wording en het is goed. Het worden is permanent aan de orde. Dat kan alleen met onvoorwaardelijk vertrouwen!’
Net als Van den Berg houdt ook Stevens zijn gehoor een spiegel voor. Wegkijken is onmogelijk. Stevens: ‘We sturen op zekerheid. En dat doe je door te controleren. Het Nederlandse onderwijs wordt in hoge mate gecontroleerd. Onderwijsprogramma’s en methodes fixeren de werkelijkheid. En daarmee zoeken we zekerheden buiten onszelf, daar waar ze in onszelf te vinden zijn. Onderwijs is bedoeld om de samenleving een dienst te bewijzen. Om kinderen zich te laten invoegen in de samenleving en daar hun verantwoordelijkheid te leren kennen. Onderwijs dat streng gecontroleerd wordt, leidt niet tot die gewenste zekerheid!’
Voor hen die hier de maatschappelijke opdracht van het onderwijs niet op waarde weten te schatten, volgt er tekst en uitleg. Stevens verwijst naar de ophef over pesten en de al dan niet verplichte pestprogramma’s: ‘Deze methodieken werken niet, als de leerkracht geen actor is. In het onderwijs worden steeds vaker zekerheden gecreëerd buiten de leraar om. Er wordt gezocht naar het meest effectieve pestprogramma. Raar. De leraar is het beste pestprogramma!’
En weer richt Stevens zich rechtstreeks tot zijn publiek. Niemand ontsnapt. Er is al lang geen sprake meer van een vrijblijvende opdracht. Wat volgt is een emotionele oproep om verantwoordelijkheid te tonen. Om stelling te nemen. Om te doen wat nodig is.
Waar Stevens’ betoog van zichzelf al uitermate krachtig is, zijn het vooral de non-verbale signalen die grote indruk op mij maken. Ik luister en doe er het zwijgen toe. Langdurig.
En, juist als ik denk dat hij gaat afronden, komt er nog een toegift: ‘Kinderen moeten kunnen werken naar hun kunnen. Ze moeten zichzelf kunnen laten zien. Er komen steeds meer regels. Voor de zekerheid. En steeds meer voorschriften. Voor de zekerheid. Het dagelijks leven stelt ons voortdurend voor dilemma’s die wij zelf moeten oplossen. Om dit te kunnen moeten we de zekerheid in onszelf te zoeken. We moeten het eigenaarschap aanvaarden en koersen op onze waarden. Het is onze taak om onze kinderen als krachtbron te erkennen. Om het potentieel in kinderen te wekken en kinderen zelf de regie te geven over hun ontwikkeling. De leerkracht staat hierbij op twee benen: verbondenheid en verantwoordelijkheid.’
NAZOMER 2014
Het is de nazomer van 2014. Twee wijze, oude mannen vertellen een verhaal. Zij vertellen het verhaal van hun zelfgekozen opdracht.
Twee mannen. Twee verhalen. Eenduidig in hun pleidooi. Wie ben je en waar sta je voor? Dat is de vraag die elke opvoeder voorgelegd krijgt. Wat is in het belang van het kind waarvoor jij verantwoordelijkheid draagt? Wat vraagt dat kind en wat is daarop jouw antwoord? Prachtige vragen. Met kracht gesteld. Keer op keer. Aan mij. En aan jou.
Goed dat deze denkers de tijd en de ruimte kregen om hun verhaal te vertellen. Ze zijn van grote waarde. De denkers en de verhalen. Het was een voorrecht om er bij te zijn. Om te luisteren. En om er daarna even het zwijgen toe te doen.
Goed ook dat er na afloop geen gelegenheid was voor het stellen van vragen. Ik heb mijn vragen meegenomen naar het huis waar ik woon en naar de school waar ik werk. Daar ontmoet ik partners en metgezellen die de wens en de urgentie voelen om zich te buigen over dat wat zinvol is. Over ZIJN en WORDEN. Passende vragen. Dito antwoorden.
Aan het werk. Doen wat nodig is!
Gérard Zeegers is directeur van De Bonckert. Hij is daarnaast werkzaam als adviseur voor zijn eigen adviesbureau, BijZonderwijs
Op weg naar goed Onderwijs?
Onderwijsavonden in Driebergen
Het Kind - Theater Maitland from HETKIND.ORG on Vimeo.
Reacties