Stichting Nivoz logo
Sterkt leraren, schoolleiders en betrokkenen bij de uitvoering van hun pedagogische opdracht

Nivoz platform hetkind

Werken met een 'nestgroep', waarom doe ik dat eigenlijk?

16 november 2012

Begin november vond de NJPV-conferentie plaats op Papendal, de jaarlijkse conferentietweedaagse van het Jenaplan-onderwijs. Ingrid Nagtzaam bouwde aan het programma mee en doet verslag van haar eigen fundamentele onderzoek en de vragen die je jezelf als leraar eigenlijk altijd moet stellen. ‘Waarom doe ik eigenlijk wat ik doe?’  

Ruim 280 Jenaplan-geïnteresseerden gingen op 1 en 2 november aan de slag, vooral met de vragen rondom het werken in stamgroepen, de structuur die traditioneel verbonden is met het Jenaplan-onderwijs. De titel van de conferentie was niet voor niets ‘Jenaplan in de nesten? De kracht van de stamgroep!’ Met nesten werd gerefereerd aan de benaming die onze zuiderburen aan hun stamgroepen (‘nestgroepen’) geven.

Martijn Aslander  verzorgde de opening van de conferentie. Hij is de meest gevraagde spreker in Nederland op het gebied van de networksociety, slimmer werken en waardegericht denken. Hij zette ons flink aan het denken over de traditionele structuren van instituten in onze maatschappij, zo ook het onderwijsinstituut. We vermoeien kinderen op school met misschien wel te weinig uitdagende opdrachten. En ondertussen zien we ze thuis, in hun eigen tijd en ruimte, de meest prachtige ideeën uitwerken.

Aslander liet op heldere wijze zien op welke wijze ondernemerschap tot uiting kan komen.  In plaats van werken vanuit vertrouwde vastgeroeste en geregelde structuren zouden we op zoek kunnen gaan naar een ‘zwerm’ van mensen, ideeën en projecten die ons inspireert, raakt en uitnodigt.

Een stamgroep in het Jenaplan-onderwijs is de plek waar kinderen van verschillende leeftijden elkaar ontmoeten, samen spelen, werken, spreken en vieren. Een thuishaven, waaraan één of meer stamgroepleiders voor meer jaren zijn verbonden. Mijn uitdaging: Hoe kan ik binnen een stamgroep dergelijk ondernemerschap stimuleren of faciliteren?

Charlotte Visch  prikkelde mij in haar workshop door haar publiek direct de vraag te stellen uit hoeveel mensen onze stamgroep bestaat. Zeg ik dan “23 kinderen en ik “ of  “24 personen”. Het antwoord bepaalt in elk geval mijn vertrekpunt. Sta ik als stamgroepleider tussen de kinderen en vorm ik samen met hen de groep? Of plaats ik mezelf er buiten? Charlotte wist op treffende wijze te duiden op welke wijze de stamgroepleider kinderen de kans kan geven zichzelf te ontwikkelen tot een autonoom persoon: de leraar maakt écht het verschil.

In stamgroepen van het Jenaplan-onderwijs werken kinderen vooral aan het vormgeven van relaties, met zichzelf, de ander of het andere en de wereld. Een stamgroep kan alleen een stamgroep zijn indien er veel aandacht gegeven wordt aan deze drie verbindingen. En toch merken we dat het werken in deze heterogene groepering onder druk staat.

Daarom was er in deze twee dagen vooral tijd ingeruimd voor een verdieping. Want obstakels zie je pas als je het doel uit het oog verliest. Wat zorgt ervoor dat het werken in de stamgroep een meerwaarde is voor kinderen?

De voordelen op een rij:
·        Kinderen zijn achtereenvolgens jongste, middelste en oudste in een groep, door hun veranderende positie leren ze hun eigen mogelijkheden kennen en verschillende bijdragen leveren aan de groep.

·        Kinderen blijven langere tijd deel uitmaken van de groep (meestal 3 jaar), waardoor een goede pedagogische sfeer vastgehouden kan worden en zich een cultuur kan ontwikkelen van 'zo doen wij dat hier'.

·        Kinderen kunnen elkaar hulp verlenen. Doordat bijvoorbeeld kinderen van groep 4 en 5 al weten hoe je spullen op ruimt, hoe je sommen in een rekenschrift schrijft, kunnen zij de kinderen van groep 3 daarbij helpen.

·        Doordat kinderen in kleinere groepen instructie krijgen, weet de stamgroepleider (leerkracht) sneller welke kinderen dingen begrijpen en zelf aan het werk kunnen en/of meer of verdiepend werk aan kunnen..

·        Kinderen worden minder afhankelijk van de onderwijsgevende. Er is meer zelforganiserend vermogen in de groep.

·        Er is, vanwege de fijn verdeelde niveauverschillen op allerlei terreinen, minder concurrentie en meer basis voor samenwerking.

·        Kinderen zijn nooit meer 8 jaar lang de leukste, langste, domste, slimste, lenigste, sportiefste, etc. Je krijgt steeds weer nieuwe kansen. Ook merken kinderen dat kwaliteiten zeker niet afhankelijk zijn van de leeftijd.

·        Kinderen blijven in hun sociale groep en kunnen zich daardoor harmonischer ontwikkelen dan een kind dat bijvoorbeeld op basis van intellectuele prestaties te snel doorgroeit.

Het werken in de stamgroep is een systeem waarvan je geen enkel onderdeeltje weg kunt laten, want dan klopt het niet meer. Het grootste obstakel wat men ervaart binnen het werken met de stamgroep is het geven van de instructies in veel verschillende niveaus. Tijdens de workshop “De kracht van de stamgroep” heb ik samen met de deelnemers ervaren dat de stamgroep juist op dit gebied een meerwaarde is.

Tijdens de conferentie werden er uiteenlopende workshops verzorgd om de uitdagingen en vragen die we - steeds weer - tegenkomen te onderzoeken, te verkennen en van daaruit onze eigen antwoorden te vinden.

Op weg naar nog beter onderwijs waar tijd en aandacht is voor hetgeen er echt toe doet!

Reacties

0
Login of vul uw e-mailadres in.


Er zijn nog geen reacties
Delen:
Op de hoogte blijven?
Schrijf je in voor de nieuwsbrief