'Tot waar ging mijn rol als juf en waar als mens?'
12 december 2015
Basisschoolleerkracht Nicole Wouters voelde een grote dankbaarheid, toen zij aan het einde van het schooljaar omringd werd door cadeaus van ouders en leerlingen, die haar daarmee wilden bedanken voor het schooljaar. Er was nog één moeder die met haar kwam praten. Het was een moeder van wie haar drie zonen bij Wouters in de klas hadden gezeten en een gezin dat door het verlies van vader een moeilijke tijd had gehad. Ook voor Wouters was dat een lastige periode, die van haar vroeg zich als mens en als leerkracht tot dit gezin te verhouden. Samen met moeder blikt ze terug op die tijd. 'Hij kwam een keer thuis bij mij eten. Mijn hart zei dat ik dit voor hem wilde doen, maar het stemmetje in mijn achterhoofd en sommige collega’s zeiden me dat ik dat niet moest doen.'Bloemen, chocolade, snoepjes, kaarsjes en lieve kaartjes. Veel ouders en kinderen brengen op de laatste schooldag een bedankje voor me mee. Dankbaar neem ik de cadeautjes in ontvangst. Dankbaar voor het vertrouwen wat ze in me hadden en de fijne samenwerking van het afgelopen schooljaar.
En als bijna alle ouders weg zijn staat daar nog één moeder. Een moeder die ik aan het begin van dit ritueel al een handje geschud heb. Nu staat ze daar nog en loopt naar me toe. Ze wil me bedanken voor de zes fijne kleuterjaren voor alle drie haar zoons. En ineens besef ik dat zij vanaf nu geen kleuter meer bij ons op school heeft. Dat dit een heel bijzonder moment voor haar moet zijn.
Moeder en mens
Negen jaar geleden kreeg ik haar oudste zoon in de klas. Zij vertelde me toen dat haar man ongeneeslijk ziek was en mogelijk dat jaar zou komen te overlijden. Als juf en als mens zag ik daar enorm tegenop. Ik had het nog nooit meegemaakt dat een vader van een kind uit mijn klas zou komen te overlijden. Ik had het met ze te doen en voelde me betrokken bij dit gezin. Vader bracht regelmatig zijn zoon naar school en iedere keer maakten we een praatje over de dagelijkse dingen en over hoe het met hem ging. Hij bleef ook wel eens bij het hek staan kijken als wij buiten speelden en hij een rondje wandelde door de wijk. Toen kwam er ook een periode waarin hij niet meer langs de school kon wandelen of zijn zoon naar school kon brengen. En helaas ook het moment waarop dit kind geen vader meer had.
Wanneer doe je het goed?
Ik voelde me onzeker in deze periode. Ik wilde het goed doen voor deze jongen en zijn moeder. Maar wanneer doe je het goed? Wanneer doe je het goed in een situatie die je nog nooit eerder hebt meegemaakt? Ja, door er te zijn. Ik wilde er voor hen zijn en ik probeerde dat de klas er voor hem was. Maar hoe zag dat ‘er te zijn’ er dan uit?
Met de hele klas hebben we bloemen voor hem gemaakt. Samen hebben we bellen, met wensen en lieve woordjes er in, geblazen voor zijn papa. Samen hebben we een tafeltje in de klas gemaakt met daarop foto’s van mensen en dieren die we missen. Ouders hebben geld bij elkaar gelegd om een groot cadeau voor hem te kopen. Hij had het zichtbaar moeilijk, ik gaf hem een plaatsje in de kring voor mijn stoel, zodat ik hem met een kleine aanraking kon laten merken dat ik er voor hem was. En iedere keer als hij erg boos werd tijdens het spel met andere kinderen heb ik hem alleen maar geknuffeld.
Mijn hart zei het een, mijn hoofd het ander
Maar ik herinner me ook nog goed de avond dat ik bij hem op bezoek ben geweest. Ik heb hem toen voorgelezen en op bed gelegd. En daarna hebben zijn moeder en ik een spelletje gespeeld. Ook hebben we een keer samen boodschappen gedaan en is hij bij mij thuis komen eten. Mijn hart zei dat ik dit voor hem wilde doen. Maar het stemmetje in mijn achterhoofd en sommige collega’s zeiden me dat ik dat niet moest doen. Dat dat verder ging dan mijn rol als juf. Zij wilden me beschermen zodat ik niet te emotioneel betrokken zou raken bij deze situatie.
Ik vond dat erg ingewikkeld en ongemakkelijk. Hierdoor voelde ik mij geremd en is het bij deze twee afspraakjes buiten schooltijd gebleven. Tot waar ging mijn rol als juf en wanneer ga je te ver in die rol? Hoeveel geef je aan een kind dat het moeilijk heeft? Tot waar was het geoorloofd dat mijn rol zou gaan? En wat voelde ik als mens, maar ook als juf voor deze leerling? Met deze vragen worstelde ik enorm tijdens deze periode.
De nieuwe situatie
Nu zit moeder midden in een verhuizing. Ze heeft samen met een nieuwe partner een fijne gezinssituatie weten te creëren voor haar kinderen en haarzelf. Ik vind het mooi om te zien hoe zij in de afgelopen jaren, na een periode van intens gemis en verdriet, de draad van het leven weer op heeft weten te pakken. Ik heb veel bewondering voor hoe ze dat doet. Ze vertelt me dat ze de afgelopen week de bloemen, die we met de klas voor haar zoon gemaakt hebben toen vader overleden was, nog tegen kwam.
De bloemen van toen hoeven van de zoon niet mee naar het nieuwe huis. 'Maar de bloem van de juf wel', had hij gezegd. Het raakt me dat moeder dit tegen me zegt. Tranen rollen over onze wangen. We omhelzen elkaar en samen herinneren we deze bijzondere periode. Ik voel dat het goed is. Ik voel dat zij en haar zoon dankbaar zijn voor mijn betrokkenheid tijdens deze periode. En de rem die ik toen voelde was er vast om er voor te zorgen dat ik in deze situatie juist zijn juf kon blijven en er op school voor hem kon zíjn.
Dankbaar
Mijn lokaal is leeg. Daar staan de mooie cadeautjes en lieve kaartjes. Allemaal met veel zorg gekocht en geschreven. Mijn hart voelt warm, een glimlach op mijn gezicht en dikke tranen over mijn wangen. Ik voel me dankbaar. Dankbaar met zo veel fijne ouders en kinderen om me heen. Voorzichtig stop ik alle cadeautjes in een tas, die ga ik thuis op mijn gemak bekijken. Het laatste gesprek sluit ik in mijn hart, dankbaar dat deze moeder de moed heeft gevonden om deze woorden tegen me te spreken.
Nicole Wouters is leraar op basisschool Klinkers in Tilburg.
Reacties