Over Trump, pedagogiek en volwassenheid
30 augustus 2017
'Pesten, antisemitisme, anti-moslim- en anti-immigrantengedrag lijken toe te nemen sinds Trump met leugens en intimidatie het Witte Huis heeft veroverd. Het is goed om ons te realiseren dat haatpolitiek ook in Nederland zijn effect kan hebben in scholen', schreef onderwijspionier Dick van der Wateren. Hij vatte een artikel samen van Alfie Kohn, over hoe we als opvoeder onze kinderen kunnen helpen op te groeien tot volwassenen die in staat zijn weerstand te bieden aan hun egocentrische verlangens. Het stuk ging rond op onze redactie, maar er was twijfel. Stelling nemen, politieke stellingnemen, moeten we dit willen? NIVOZ-collega Hartger Wassink beschrijft waarom stelling nemen in dit geval niet kan alleen nodig is, maar móet als het gaat om pedagogisch werk.Kan dit wel? Mag je wel stelling nemen? We waren bij NIVOZ in discussie over het al dan niet plaatsen van een stuk over het gedrag van Trump, en op welke manier leraren kunnen laten zien aan leerlingen hoe het anders kan. Het was duidelijk een politieke stellingname, tegen Trump.
Ik moest er even over nadenken, maar hoe langer ik dat deed, hoe overtuigder ik raakte. Je moet stelling nemen! Pedagogisch werk kan niet zonder overtuiging–denk ik. Maar hoe zit dat dan?
Het heeft voor mij ermee te maken, dat we, als het gaat over goed onderwijs, we steeds weer verstrikt raken in de vraag wat effectief is, en vergeten we te vragen wat het goede is. We willen zo graag dat iedereen krijgt wat hij wenst, dat we de vraag naar wat wenselijk is, niet meer stellen.
En om het daarover te kunnen hebben: wat wenselijk is, moet je stelling nemen, uitkomen voor wat je vindt. Dan moet je laten zien wie je bent en waar je bent: op de wereld, in je ontwikkeling, hoe je je verhoudt ten opzichte van anderen.
Succes en verbondenheid
We hebben ooit misschien gedacht dat het einde van de menselijke ontwikkeling bereikt was met de individuele meritocratie. Waarin iedereen kan doen wat hij wil en bereiken wat hij wil. Niemand hoeft jou wat voor te schrijven en jij hebt alleen wat met anderen te maken als jij dat wil. Vrijheid-blijheid, met individueel succes als belangrijkste maat voor geluk.
Als we zo denken, ontkennen we een cruciaal aspect van ons menszijn. We hebben juist voortdurend met elkaar te maken en vrijwel iedere keuze voor mijzelf, beperkt de keuze voor een ander. Dat is niet iets hinderlijks dat we op moeten lossen, maar de bevestiging van ons mens-zijn, waarvan we de betekenis telkens opnieuw te onderzoeken hebben. Ook in het onderwijs, omdat ook leren alleen plaatsvindt in betekenisvolle, sociale interacties. Die interacties zijn niet alleen psychologisch-instrumenteel, maar ook pedagogisch-normatief.
Het is niet dat je geen individueel succes zou mogen nastreven, het heeft alleen geen waarde als het niet gepaard gaat met verbondenheid met anderen. Uiteindelijk ontlenen we ons geluk namelijk daar aan: verbondenheid.
Radicaal zachtmoedig
Wat het volgens mij nu zo moeilijk maakt, om stelling te nemen, is dat je los moet komen van de relatief veilige vragen naar wat ‘effectief’ is (succesvol), en dat je je uit moet spreken over die pedagogische, normatieve kwesties over wat wenselijk is. Dat is niet objectief, daar ben je zelf aan zet, met je eigen verantwoordelijkheid, in de verbinding met anderen.
Belangrijk daarbij is, zoals Vaclav Havel het verwoordde, dat je in staat bent om ‘een standpunt in te nemen, en tegelijk blijft openstaan voor de mogelijkheid dat alles tegelijk ook heel anders is.’ Daarnaar streven, dat is een kenmerk van een volwassen persoon. Want alleen dan blijf je in verbinding.
Dus moet je weliswaar stelling nemen, maar niet agressief, maar ‘radicaal zachtmoedig’, zoals de theoloog Ruard Ganzevoort het noemt. Niet gericht op zelf winnen, maar op samen verder komen. Voortdurend vragen stellen, telkens weer verbinding maken, zelfs als de ander die wil verbreken, iedere keer bereid zijn je eigen standpunt te heroverwegen.
Volwassenheid
De paradox van pedagogisch werk, of het nu om leraren, schoolleiders, directeuren, bestuurders en zelfs toezichthouders gaat, is daarmee dat we in staat moeten zijn om de volwassenheid voor te leven, waar we anderen, voor wie we ons verantwoordelijk voelen, naar willen begeleiden. Dat is behoorlijk ingewikkeld. Omdat het zo ingewikkeld is, en zo onvermijdelijk persoonlijk, laten we dat maar liever daar: in het domein van het persoonlijke. Daar mag ieder veilig zijn eigen afwegingen maken. Want waarom zou jij de ander ergens op mogen aanspreken?
Nou, naar mijn idee mag dat, waar die ander zich toont als onvolwassen. Dat wil zeggen: geen verantwoordelijkheid neemt voor anderen, alleen aan het eigen gewin denkt, anderen de mond snoert, belachelijk maakt. Waar we het normaal vinden dat groepen mensen als minderwaardig worden gezien, buitengesloten worden. En waar het gebruik van geweld en het ondermijnen van democratie als een serieuze, zelfs nastrevenswaardige oplossing wordt gezien. Kortweg: zoals Trump zich gedraagt. En waar sommige Nederlandse politici zich graag aan spiegelen.
Daar wordt het werk van pedagogen ontkend, in diskrediet gebracht en geridiculiseerd. Wie zich pedagogisch verantwoordelijk voelt, zal zich dan uit moeten spreken. Niet om een mening te hebben als alle anderen, maar om te laten zien wat een volwassen mening is. Een mening die ruimte laat, verbindt, de plaats van de ander op deze wereld respecteert. Als we onszelf pedagogisch serieus nemen, kunnen we niets anders doen dan volwassenheid voorleven. En dus stelling nemen.
Hartger Wassink werkt als medewerker van het NIVOZ Forum aan de verbetering van de dialoog tussen onderzoek en praktijk in het onderwijs. Daarnaast helpt hij als zelfstandig adviseur leraren, leidinggevenden en bestuurders bij het voeren van de professionele dialoog in de school.
Reacties