Onderwijs en politiek: 'Ik heb gedroomd dat...'
15 maart 2017
Jack Provily droomde over de toekomst van het onderwijs, over de verkiezingen en politieke beslissingen. Geïnspireerd op Martin Luther King zijn bijdrage: 'Ik heb gedroomd dat de nieuwe minister weet dat de Nederlandse jeugd het straks moet hebben van creativiteit, van innovatie, van flexibiliteit en daar zijn/haar beleid op afstemt.'Ik heb gedroomd dat er een regering komt die 'onderwijs' als serieus speerpunt benoemd. Staatslieden die snappen dat de Nederlandse jeugd iets anders nodig heeft dan het huidige beleid om later een kans te maken in een globaliserende wereld.
Ik heb gedroomd dat we een minister van onderwijs krijgen die het woordje kenniseconomie niet meer gebruikt, omdat hij/zij weet dat landen als India, China, Japan in hun cultuur veel beter in staat zijn om studenten met heel veel kennis af te leveren. De nieuwe minister weet dat de Nederlandse jeugd het straks moet hebben van creativiteit, van innovatie, van flexibiliteit en stemt daar zijn/haar beleid op af.
Ik heb gedroomd dat het ministerie van onderwijs inziet dat kinderen geen lege verpakkingen zijn die gevuld moeten worden met cognitieve kennis. Het ministerie gaat uit van een brede, optimale ontwikkeling van jonge mensen. Men beschouwt scholen als plaatsen waar mensen zich ontwikkelen in tegenstelling tot de huidige toetscentra.
Ik heb gedroomd dat de nieuwe minister niet zo goed weet hoe dat nieuwe beleid vorm gegeven moet worden en daarom gesprekken voert. Gesprekken met mensen die dagelijks voor de klas staan, gesprekken met ouders, gesprekken met onderwijskundigen, gesprekken met opiniemakers. Met elkaar wordt nieuw beleid gevormd.
Ik heb gedroomd dat er geen extra geld is voor onderwijs. Maar de nieuwe regering is creatief, innovatief en flexibel - het is immers crisis - en weet dat regels en controle geld kosten. Er komt vrijheid en vertrouwen in onderwijs. Scholen krijgen meer autonomie en verantwoordelijkheid. Voorschrijven door overheid, veel regels, veel controlemiddelen worden afgeschaft en dat levert geld op. Scholen krijgen de kans om redelijk vrijblijvend met hun budget om te gaan en zijn daarom in staat meer te doen met hetzelfde bedrag.
Ik heb gedroomd dat de inspectie van onderwijs de naam verandert in commissie van vertrouwen en aanmoediging. De nieuwe commissarissen luisteren naar scholen, brengen ze in contact met relevante organisaties en moedigen scholen aan om door te gaan met hun plannen.
Ik heb gedroomd dat scholen in gesprek gaan met ouders om vast te stellen wat de school voor beleid gaat voeren. Verschillen in scholen ontstaan en worden gekoesterd omdat er keuze is voor nieuwe ouders. Klassikale scholen met groepsnormen, regels, toetsen bestaan naast scholen waar kinderen zich in alle vrijheid kunnen en mogen ontwikkelen. Kinderen en ouders bepalen zelf wat goed voor hen is.
Ik heb gedroomd dat alle Nederlandse scholen straks echt uniek zijn. Scholen worden niet meer afgerekend door de overheid op landelijke normen. Er is vertrouwen dat leerkrachten weten wat ze doen. Als een school onvoldoende afstemt op de wens van kinderen en ouders, merkt ze dat aan het leerlingaantal.
Ik heb gedroomd dat leerkrachten ondersteuning op maat krijgen tijdens hun werkzaamheden. Dat kan variëren van 'handen in de klas' tot advies, studie, coaching, etc. om hun werk zo optimaal mogelijk te doen. Scholen kunnen geld hiervoor vrij maken omdat ze minder investeren in dure lesmethoden en werkboeken.
Ik heb gedroomd dat er straks geen kinderen meer thuiszitten, omdat scholen geen antwoord hebben op hun onderwijsbehoeften. Voor elk kind is er een passende plek te vinden.
Ik heb gedroomd dat alle kinderen in het nieuwe onderwijsbestel met plezier naar school gaan omdat de school voorziet in wat zij nodig hebben om zich te ontwikkelen. Plezier in school betekent dat er niet meer gepest wordt. Het zorgt er uiteindelijk voor dat kinderen zich optimaal ontwikkelen mede omdat hun intrinsieke motivatie zo groot is.
Ik heb gedroomd dat Finse onderwijskundigen in 2032 scholen in Nederland bezoeken om te begrijpen waar de successen van Nederlandse studenten vandaan komen.
Ik heb gedroomd dat mijn kleinkinderen ooit aan mij vragen om nog eens te vertellen over die rare tijd voor 2017 waarin alle kinderen in Nederland op hetzelfde moment dezelfde toets met dezelfde norm kregen. Ook willen ze van me weten hoe die enorme verandering tot stand kwam.
Ik hoor mezelf vertellen over oude systemen, oud denken en angst. Ik zie dat ik ze probeer uit te leggen dat er in 2017 een kabinet kwam met echte staatslieden, met visie, met een droom, met ruggengraat, met lef, zonder angst. Echte mensen die met echte mensen in gesprek gingen over de toekomst van ons land, over ons onderwijs en wat daarvoor nodig was.
Mijn kleinkinderen kijken me met grote ogen aan en vragen me wat er gebeurd was als er niet zo'n moedig kabinet was gekomen. Ik antwoord dat ik daar niet eens aan durf te denken...
Jack Provily was werkzaam als leerkracht, intern begeleider en directeur in het Primair Onderwijs. Hij blogt op de website Zo Mooi Anders.
Reacties