Mooi spul, die meiden: 'Zie je dat we gehuild hebben?'
9 april 2016
Snikkend zit Esther op haar stoel, bril beslagen en ogen rood van het wrijven. Haar tranen druppelen op haar roze shirt, waar steeds meer kleine donkere vlekjes zichtbaar worden. Het zijn tranen van echt verdriet, ziet ook oud-schoolleidster Karin Donkers. Ze legt haar hand op de schouder van het 10-jarige meisje, waarna deze in huilen uitbarst. 'Meisje toch. Wil je me vertellen wat er is?''Ik wil het wel, maar ik kan het niet.' Even blijven we stil naast elkaar zitten, terwijl ik haar vanuit mijn ooghoeken aankijk. Esther is een rustig en onopvallend meisje en zeker geen leerling waarvan binnen het team de naam regelmatig valt. Ik ben dan ook heel verbaasd om haar zo verdrietig aan te treffen. Na een minuut of wat vraag ik: 'Wat gaan we doen? Zullen we even samen praten of drogen we de tranen en gaan we naar de klas?'
Snikkend doet ze haar verhaal. Over de ruzie met haar vriendin, de manier waarop ze naar haar kijkt en het gevoel dat ze niet goed genoeg is. Over de angst dat er over haar geroddeld wordt, als haar vriendin met een ander klasgenootje praat, en alle onzekerheid die dit met zich mee brengt. En over arrogante blikken en de angst om buiten gesloten te worden. 'Ze kan zo lelijk doen en me negeren,' zegt ze, als ware het een soort afronding.
'En nu,' vraag ik, 'Wat zou je nu willen doen? Heb je het wel eens aan haar verteld hoe je je voelt en wat je moeilijk vindt?' Verbaasd kijkt ze me aan. 'Nee, natuurlijk niet.' 'Maar als je dat niet doet, hoe moet ze dan weten hoe jij je voelt?'
Na wat heen en weer praten, wordt al snel duidelijk dat als we iets willen oplossen dat dan de andere partij wel op de hoogte moet zijn. Maar Ester durft (nog) niet. Ze is zo bang dat ze dan haar vriendin kwijtraakt, dat ze stom gevonden wordt. Ik stel daarom voor eerst alleen even met Jill te gaan praten en daarna vervolgens samen. Dat wil Ester wel. Maar als ik het idee zou krijgen dat Jill niet begreep wat er aan de hand is, dan wil ze absoluut niet met haar in één kamer zitten.
Ik loop naar de groep 7 waar Ester niet naar binnen durft. 'Juf Nicole, mag ik heel even met Jill praten?' Jill kijkt me aan met een blik. 'Ik weet al waar het over gaat en ik heb er helemaal geen zin in.'
'We spreken af dat als je niet wil praten dat dat niet hoeft, maar ik wil je wel wat vertellen. Vind je dat wel goed?' Haar blik verandert en schoorvoetend loopt ze met me mee. Ik leg een arm om haar schouder en zie haar gezicht opklaren. Nog voor ik maar iets kan vertellen, begint ze met praten. Alsof er een bandje afspeelt dat ik daarnet ook gehoord heb. Een vrijwel identiek verhaal over onzekerheid, de angst om een vriendin kwijt te raken, het wantrouwen naar elkaar als ze met andere meiden uit de klas afspreekt en het gevoel niet zo populair te zijn en vreselijk haar best te moeten doen. Als ze uitgesproken is, biggelen de tranen over haar wangen. De net iets te goedkope mascara laat zwarte sporen na.
Even pak ik haar hand en zeg: 'Heb je het hier wel eens met Ester over gehad.'
'Nee dat durf ik niet.'
'Zullen we samen met Ester gaan praten? Ik denk dat Ester dat fijn zou vinden.' Even aarzelt ze en vraagt: 'Denk je dat ze niet boos op me wordt?'
We lopen samen naar beneden waar in ons Ouderlokaal Ester wat benauwd richting de deur kijkt. We gaan op de bank zitten. Aan elke kant heb ik een meisje met doorlopen ogen. Ze kijken me vol verwachting aan. Ik haal mijn schouders op. 'Saai hoor, jullie verhalen,' zeg ik. Jill en Esther kijken me met met een vragende blik aan. 'Ja, ik meen het. Twee meisjes die bijna hetzelfde verhaal vertellen. Eigenlijk gewoon twee vriendinnen die het moeilijk vinden om de aandacht te delen met anderen, die bang zijn om elkaar kwijt te raken en jaloers zijn als de ander met een klasgenootje praat. Wat zou ze over me zeggen? Tja en weet je, vriendinnen roddelen niet over elkaar, echte vriendinnen zijn eerlijk tegen elkaar.'
De meiden kijken elkaar aan en opnieuw stromen er tranen. Het is alsof ze in een spiegel kijken en bijna in koor zeggen ze: 'Maar ik roddel helemaal niet over haar.'
Zij denkt dat altijd...,' snikt Jill.
'Ja, maar jij kan me negeren en zo arrogant doen.'
'Zijn jullie vriendinnen?', vraag ik, na wat heen en weer gekissebis. 'Ja.'
'Nou dan doen jullie dat natuurlijk niet en willen jullie elkaar zeker geen verdriet doen.'
Nog even wordt er verder gepraat en na een minuut of wat vraag ik of het nu niet tijd wordt om naar de groep te gaan. Ook nu volgt er een bijna identiek antwoord. 'Dan ziet iedereen dat we gehuild hebben en wat moeten we dan zeggen?' 'Dan drogen jullie nu je tranen en drinken jullie wat water, als jullie denken dat het weer kan, gaan jullie naar de klas terug.'
Dat doen ze. Een closetrol dient als papieren zakdoek en in de keuken worden er twee mokken gevuld met water. Ik laat ze alleen en ga naar mijn kantoor waar ik mijn spullen pak voor de volgende vergadering. Een minuut of vijf later gaat mijn deur open. 'Karin, zie je nog dat we gehuild hebben?' 'Ja,' antwoord ik eerlijk, 'maar wat kan het je schelen...'
Jill en Esther lopen mijn kantoor uit. Ik pak mijn spullen en wil de school verlaten, als de twee opnieuw via de betonnen trap naar beneden komen. Dit keer lachend: 'Karin, bedankt hè.' Ik knipoog, steek mijn duim op en loop de school uit, op weg naar mijn volgende afspraak.
Terwijl ik de auto instap, heb ik een glimlach om mijn mond. Mooi spul, die meiden.
Karin Donkers is adviseur/trainer met hart voor onderwijs. Tot augustus 2015 was zij schoolleider van een school voor OntwikkelingsGericht Onderwijs.
Reacties