'Mijn subdoel, pedagogisch klimaat, zal ik moeten opbouwen en borgen. Blijvend'
14 mei 2014
Student bewegingsonderwijs Florian Hordijk Pijnacker studeert binnen enkele maanden af. Hij bereidt zichzelf voor op een baan binnen het basisonderwijs. ‘Mijn doelen? Een goed pedagogisch klimaat, plezier voor de leerlingen, hen beter leren bewegen en hun gezondheid stimuleren. Gezondheid, tsja, dat is mijn hoofddoel. De andere punten zie ik meer als subdoelen, als een methode om het hoofddoel te bereiken.'
‘Het subdoel pedagogisch klimaat zal ik moeten opbouwen en borgen. Blijvend. Hierdoor zal ik als docent steeds waakzaam moeten zijn; voelsprieten moeten ontwikkelen om te kunnen aanvoelen wat er in de groep gebeurd. Als we er vanuit gaan dat ik straks op een basisschool werk, leer ik de leerlingen gedurende vijf jaar almaar beter kennen en zal het aanvoelen steeds beter gaan.’‘Om dit subdoel te kunnen bereiken, zal ik constant op mijn hoede moeten zijn. Het ontwikkelen van voelsprieten zal ik voornamelijk doen door een persoonlijke band met de leerlingen op te bouwen. Ik zou graag willen dat elke leerling zich gezien voelt binnen de gymles. Misschien een hand geven voor de les begint en een klein praatje aanknopen? Maar ook door de groep in kaart te brengen: wie zijn vrienden van elkaar? Wie valt er buiten de groep?’
‘Plezier is een lastiger subdoel, een nogal persoonlijke beleving die kan verschillen per leerling. Soms kan een les volledig in de mist lopen maar hadden de kinderen een fantastische les. Het is denk ik belangrijk dat je je als docent kunt verplaatsen in leerlingen en er op die manier achter komt wat zij mooi vinden. Plezier zit hem in het lukken en mislukken van een activiteit, in iets aparts doen, lekker gek. Maar ook in hoe ikzelf voor groep sta. Straal ik plezier uit tijdens de begeleiding?’
‘Beter worden in bewegen, daar ben ik straks vier jaar in opgeleid. Dat is mijn expertise. Voor elk kind zal ik een leersituatie moeten creëren. Omdat lukken en mislukken dicht tegen plezier aan liggen, is dit in mijn ogen een belangrijk onderwerp. Ik zal er voor moeten zorgen dat leerlingen het (zelf)vertrouwen krijgen dat ze uitdagingen proberen aan te gaan. En dat ze hierbij ook succesbelevingen opdoen. Hierdoor ontstaat plezier in bewegen en koppelen ze het woord bewegen aan ‘hey, dat is leuk’.’‘Over mijn hoofddoel gezondheid.Nee, de nadruk zal binnen het lesprogramma niet liggen op fitheidtesten. Eerder op de bewegingscultuur. Waarmee ik bedoel: mijn leerlingen zelf laten ervaren dat bewegen eigenlijk heel leuk is. En van daaruit motiveren om te sporten. Misschien handhaven ze na vijf jaar bewegingsonderwijs op de basisonderwijs een gezondere levensstijl op de middelbare school. Daarmee is m’n hoofddoel bereikt. Top.’
Florian is vierdejaars student aan de Christelijk Academie Lichamelijk Opvoeding (Windesheim/Calo te Zwolle). Hij loopt stage op Curacao. Voor meer blogs bekijk zijn website.
Waardevolle verhalen voor goed onderwijs
Iedereen maakt verschil, samen hebben we impact
Als donateur (50 euro) ontvang je ‘het Jaarboek 2014‘
en de jubileumuitgave ‘NIVOZ & de urgentie van goed onderwijs‘
Reacties