‘Diep van binnen is hij de liefste jongen van de wereld’
24 februari 2017
Pim van 4 is boos. Zo boos dat zowel zijn twee moeders als zijn twee zussen er last van hebben. Het is moeilijk voor het hele gezin, maar de moeders realiseren zich dat zij de enigen zijn die een verandering teweeg kunnen brengen. Dit is een jochie dat met zijn gedrag misschien zelfs wel roept om hun hulp. Een verhaal over Pim en het belang van responsiviteit en sensitiviteit.Pim is boos. Hij plaagt zijn zusjes, gooit hun spel omver. Stopt niet als een moeder daar om vraagt. Kruipt schreeuwend achter de bank als een boze stem hem nadert. Schopt wanneer iemand bij hem in de buurt durft te komen. ‘Kakmama!’ Het begint 's morgens al als de verkeerde moeder hem uit bed haalt en het gaat door tot hij 's avonds zeker niet naar bed wil.
Diep van binnen is hij de liefste jongen van de wereld. Het komt er alleen nu niet uit. Hij gaat pas naar school en heeft een hoop prikkels te verwerken. En laat hij daar nou net niet zo sterk in zijn; al die prikkels in goede banen leiden en daar nog over praten ook. Heel begrijpelijk, maar het is ronduit ongezellig in huis, al een paar weken. De moeders hebben weinig geduld meer en de zusjes nog minder. De meisjes vormen -tot zijn grote frustratie- een complot tegen hun broer. ‘Kakpim’ klinkt er uit een schattig dreumesmondje. Dit kan zo niet langer.
De omslag moet vanuit ons als moeders komen, dat gaat hij zelf niet redden. Bij de volgende onredelijke driftbui adem ik diep door mijn irritatie heen en spreek Pim kalm aan. ‘Ik zie dat je het karretje wil hebben. Ik snap het. Je vindt het jammer dat je zus er nu mee speelt. Ik ga je helpen.’ Mijn hulp bestaat uit het verwoorden van zijn frustraties en verlangens. Dat blijkt negen van de tien keer al genoeg te zijn. Het lijfje ontspant, de tranen rollen over zijn wangen. Samen kiezen we iets anders om mee te spelen of vragen we met onze liefste stem of Pim het karretje zo mag. Dat mag, met een lieve stem mag namelijk bijna alles. Zelfs naar bed gaan gaat nu goed. ‘Klim maar op mijn rug apie, we gaan samen!’
Pim voelde zich alleen. Gefrustreerd. Talig net niet snel en sterk genoeg in crisissituaties. Samen kan hij de wereld wel aan. ‘Ik wil iets in je oor fluisteren mama. Ik vind je lief! ‘
Nynke Bos werkt als invalleerkracht op het vso. Zij schreef Verstoppertje in de tempel, over het jaar dat zij in Laos woonde met haar gezin. In het boek staan verhalen die hetkind eerder publiceerde, maar ook andere verhalen over het land, opvoeden, onderwijs en boeddhisme.
Reacties