De zorg voor Bart blijft: 'Is het een gebrek aan veiligheid, waardoor hij niet meer tot leren komt? Motivatie? Wat zit ‘m dwars?
19 november 2014
Al een aantal weken komt vso-docent Ronald Heidanus hem overal tegen. Alsof hij 'iets' met deze ene, specifieke leerling op zijn school moet. Ze hebben samen een korte geschiedenis. En vanuit die relatie, vanuit die zorg voelt Ronald het appél. 'Ik ken Bart nog van een jaar eerder, toen ik wiskunde aan hem gaf. Hij is blijven zitten. En nu, de afgelopen weken, zie ik hem veranderen. Het kleine, onzekere en lieve mannetje dat ook in hem huist, heeft plaatsgemaakt voor een log en opstandige jongen. De leerling is eraf. Is het een gebrek aan veiligheid, waardoor hij niet meer tot leren komt? Motivatie? Wat zit ‘m dwars?'"Heeey Bart, goed om je weer te zien!" zeg ik vol enthousiasme de eerste keer dat ik zie dat hij aan het afglijden is. Zijn gehele lichaamstaal straalt uit dat hij niet wil en/of een last met zich meesleept...
"Jaah ja!?" is het enige dat ik terug krijg op mijn opmerking, zijn hoofd en ogen gericht op de grond.
"Ja Bart, ik ben blij je weer te zien!"
"Jaahah, dat zal wel..."
Zo gaat dat een aantal weken. Van de vraag hoe het met hem gaat tot het empoweren wanneer hij op de gang zit om rustig te worden. Hij weet niet meer hoe rustig te worden en lijkt ook niet te weten waar zijn onrust vandaan komt.
Als ik die ochtend op de gang in gesprek ben met een leerling, hoor ik Bart in de verte al aankomen. Een collega naast hem en op hetzelfde volume met elkaar in gesprek. Op een paar meter afstand blijven ze staan. Bart naar buiten kijkend en niet luisterend naar wat mijn collega te zeggen heeft. Het aanvaarden van hulp lijkt een gepasseerd station. Waarom zou je ook luisteren naar wat er van je verwacht wordt? Het doen is al helemaal verder weg dan ooit… Je best doen, al zo vaak gehoord! Voor wie doe je je best als je geen geloof meer hebt in jezelf? Wie verwacht wat en wat zegt dat over degene die wat van jou verwacht?
Met hem contact maken, de vraag stellen en de functionele 'waarom' uitleggen, lijkt wel te werken.
"Bart?"
"Jah!?"
"Zou je misschien willen stoppen met het dichtklappen van het raam? Het trilt door in de wand waar ik tegenaan zit en vind dat vervelend. Zeker omdat ik in gesprek ben en erdoor afgeleid wordt..."
"Oké!"
Een opening! Wellicht helpt hem een vraag op weg. Omdat het gesprek met mijn leerling ten einde loopt en ik merk dat mijn collega niet verder komt in gesprek met Bart, stel ik hem voor naast me te komen zitten: "Bart, kom even naast me zitten. Ik ben nieuwsgierig wat er speelt en jou bezig houdt!?" Na een 'nee', de twijfel en het motiveren door mijn collega pakt hij uiteindelijk een stoel. Het nonchalant schuiven van de stoel stopt als ik hem non-verbaal wijs op het geluid in relatie tot de andere klassen in de gang. Hij komt naast me zitten en het gesprek ontvouwt zich:
"...dat ik me niet kan concentreren! Ja, dat is mijn probleem, alleen: als ik rustig ben en er iemand is die niet luistert gaat zij schreeuwen en dat vind ik vet irritant!"
"Weet de juf dat?"
"Dat heb ik al zo vaak gezegd!"
"Bart, dat is niet mijn vraag. Wéét de juf dat jij het 'schreeuwen' van haar niet prettig vindt en dat het je onrustig maakt? En: hoe weet jij dan zeker dat zij het weet?"
"Ik weet het niet zeker..."
"Hoe zou je het haar kunnen laten weten?"
"Nou, door het te zeggen. Maar dat vind ik niet fijn in de groep. Ik ben bang dat ze weer gaat schreeuwen. Ik krijg daar hoofdpijn van..."
"Ik vind school ook heel saai!"
"Wat heb je nodig om school wel leuk te laten zijn?"
"...meer activiteiten en af en toe naar buiten. Dat deden we in het begin van het jaar wel, nu niet meer en ik weet niet waarom?"
"De juf zegt dat ik wel KBL/TL-niveau aankan, maar dat ik meer rust nodig heb. Ik wil wel hoger, maar de klas is te druk voor mij."
"Alleen de klas?"
"...en ik ben zelf ook druk!"
Heerlijk, zulke gesprekken. Wat verwonderend - soms ‘onnozel’ - (door)vragen en als een waterval stroomt Bart leeg. Hij weet wat hij nodig heeft: de ruimte en veiligheid om de vraag te stellen!
Wat hij zelf nodig heeft is de moed om deze ruimte te nemen. Ook zijn antwoorden zijn duidelijk: een voor hem rustige omgeving te mogen zoeken, de vraag aan de juf om leerlingen - zoals zijn juf een jaar eerder deed - persoonlijk aan te spreken en hij zou graag met een mp3-speler willen werken. En tegelijkertijd de angst: wanneer kan hij het beste het gesprek aangaan en wat als de mp3-speler gestolen wordt? Samen op zoek naar de oplossing, er is niets leuker!
Als ik 's middags in de klas kom en zacht aan Bart vraag of hij al in gesprek is gegaan, knikt hij van niet. Een lach van ongemakkelijkheid voedt mijn invulling dat zijn ‘durf’ hem wat in de steek gelaten heeft. Ik vraag hem of hij het fijn vindt als ik er ook bij ben. Instemmend knikt hij. Zo groots als zijn bravoure lijkt, zoveel onzekerheid schuilt er in hem en houdt hem in zijn greep.
Aan het einde van de dag - de bel is al gegaan - staan Bart, de juf en ik bij elkaar. Ik leid het verhaal kort in met het gesprek dat we eerder die dag hebben gehad, deel mijn rol en geef het woord aan Bart. Wat onzeker en draaiend met zijn voet legt hij heel puur en zuiver zijn beleving op tafel. De juf stelt wat vragen ter verduidelijking en Bart legt uit. Het vertrouwen groeit, net als de afspraken die samen gemaakt worden.
Voor Bart lijkt het belangrijkste uitgesproken te zijn. Hij voelt zich gehoord! De kwetsbaarheid in de verbinding tussen beiden is voelbaar. Het fragiele van de open ont-moet-ing en de kracht van de pure kwetsbaarheid maken het tot een betekenisvol moment. Samen in de bubbel van de onderbreking en naar elkaar luisteren! Tijdloos…
Ronald Heidanus is docent op het Brederocollege in Breda. Hij blogt via zijn eigen website.
Reacties