De leraar als inspirator: over de morele voorbeeldfunctie
21 oktober 2017
Volgens schrijver en oud-politicus Jan Terlouw gaat opvoeden over het voorleven van je waarden, en moet een leraar een inspirator zijn – zo stelde hij in een interview tijdens het seminar ‘Hollands Next Rolmodel’. Dit seminar over morele voorbeelden vond plaats op dinsdag 19 september aan de Protestants Theologische Universiteit (PThU) in Amsterdam. Het was het vierde seminar vanuit het netwerk ‘Werken met deugden’, een initiatief van Radboud Universiteit en Fontys Hogescholen, om de Aristotelische deugdethiek en de (beroeps)praktijk elkaar te laten ontmoeten, verrijken en verdiepen.Een van de onderdelen van het seminar was een interview met Jan Terlouw. Volgens hem zit er veel waars in de morele voorbeeldfunctie, en spelen verhalen hierin een belangrijke rol. ‘Als je een kind begeleidt naar volwassenheid dan is er geen beter middel dan het verhaal.’ Hij vertelt hoe hij zijn kinderen tien jaar lang iedere avond een nieuw verhaal vertelde. ‘Wat heeft straf voor zin? Als je een kind een verhaal vertelt waar zijn ‘fout’ een rol speelt, dan kom je tot een geweldig gesprek.’
Terlouw vertelt ook over zijn eigen rolmodellen, met name uit de wetenschap in de periode dat hij nog vooral natuurkundige was. Hij heeft zelf veel gehad aan leraren in zijn leven. Zijn wiskundeleraar introduceerde hem tot het vak door te laten zien hoe mooi hij het vak zelf vond. En zijn vader voedde hem op met allerlei regeltjes en wijsheden in het Latijn, omdat hij zelf een leraar had die hem de liefde voor de taal bijbracht. Een leraar moet volgens Terlouw een inspirator zijn: hij moet van zijn vak niet alleen laten zien hoe het zit, maar ook hoe mooi het is.
Lees het complete interview met Jan Terlouw, alsook de lezing van ethicus Paul van Tongeren over ‘de ambigue rol van het voorbeeld in de morele vorming’
Reacties