De leerlingpuzzel: 'Wat maakt haar toch zo vaak sip?'

6 november 2015

Berber komt dicht bij haar groepsleraar Kim van Haeften staan. Ze is vaak een beetje later in de klas en heeft lang haar, wat steeds voor haar gezicht hangt. ‘Ik ben niet lekker,’ zegt ze en het 8-jarige meisje hangt tegen haar juf aan. Die heeft dit vaker gehoord. 'Wat is dat toch', vraagt Kim zich af, op het bankje buiten op het schoolplein. En ze gaat op onderzoek, met haar leerling.

Ik ga in mezelf het rijtje langs: er gebeuren geen nare dingen, thuis heeft ze het goed, denk ik, ze heeft vriendinnen en kan de lesstof aan. Toch houdt het me bezig, ik ben nieuwsgierig. Wat maakt haar toch zo vaak sip en waardoor weet ik het nog niet?

Ik ga het nog eens vragen en besluit om langer door te vragen, heel open, zonder beelden in mijn hoofd; 'Wanneer krijg je last van je buik?' Ik neem geen genoegen met 'weet ik niet' en vraag door. Haar buikpijn begint als ze naar school gaat. Het gaat niet weg. Het komt niet door rekenen of taal of van iemand uit de klas. ‘Gaat het werken je te snel of te langzaam,’ probeer ik nog. ‘Is je groepje of je plek goed voor je?’

‘Nee’, zegt Berber langzaam, ‘maar soms voel ik me zo opgesloten in wat ik allemaal op school moet doen, dan wil ik tekenen.’

Berber is als een vogeltje. Ze heeft haar vrijheid nodig om te kunnen bloeien en groeien. Samen bespreken we op welke momenten ze de vrijheid heeft om te kunnen doen wat ze zo graag wil en dan huppelt ze weg, ze lijkt wel te vliegen.

Kim van Haeften is lerares op De Torenuil in IJsselstein.