Casper, Thomas en Laura, over hun keuzes en wat passend is…
13 november 2014
Tjeu Seeverens stelde vragen aan drie leerlingen uit het VO over passend onderwijs, over hun keuzes en over wat de leraar of de school moet betekenen op hun weg naar een plek in de wereld, dan wel de toekomst als mens.Magazine
Dit verhaal verwijst naar het eerste magazine van hetkind: Passend Onderwijs. Niemand buitengesloten.
–> Vanaf 10 november is een exemplaar gratis te verkrijgen op Onderwijsavonden in Driebergen. Wilt u tien exemplaren (of een veelvoud), dan kunt u een bestelling plaatsen via deze link. U betaalt 15 euro, plus verzendkosten.
Casper Creusen (15), in havo4 van Bernard Lievegoed, een Vrije school in Maastricht:
‘Mijn keuze voor een vrije school heeft vooral met de leraren en mijn mentor te maken, die elke dag op een ‘gewone’ manier met me omgaan. Wij spreken onze docenten met je/jou en voornaam aan en ik treed soms met mijn mentor ook buiten schooltijd op. Respect heeft volgens mij niets te maken met ‘u/jij’ of ‘meneer/Louis’, maar hoe je elkaar weet te raken. Ik heb respect voor de leraren op mijn school, omdat ze echt in mij zijn geïnteresseerd. Ze hebben al veel meegemaakt en weten ook nog eens veel. Daarom wil ik elke dag zoveel mogelijk van ze leren.’
Thomas Schoffelen, atheneum 5 van het Bernardinuscollege in Heerlen
‘De pogingen van mijn docent Duits om mij de Duitse grammaticaregels aan te leren, zijn niet zo heel erg effectief. Maar bijna elke les merk ik aan hem hoeveel levenservaring hij heeft, al is hij nog redelijk jong. Door zijn vele anekdotes - in het Duits natuurlijk - leer ik niet alleen de mooie aspecten van de Duitse taal, maar ook waardevolle levenslessen. Daar hou ik van: de essentie van meerdere zaken tegelijk leren, vakken combineren. En jezelf zo optimaal kunnen ontwikkelen.’
Laura Jongen, Vmbo 2tg op het Beroepscollege Parkstad Limburg, locatie Brandenberg.
‘Sommige leerlingen zullen het maar gek vinden, maar ik ga graag naar school! Waarom? We hebben een grote klas. Onze leraren balen daarvan, maar ik vind dat super leuk en vooral gezellig. En weet je hoe dat ook komt? Door diezelfde leraren. Een goed voorbeeld is de leraar die ons elke week gelukskunde geeft. Hij is bijna altijd vrolijk en kan heel hard lachen. Daar word ik dan ook weer vrolijk van. Andere leraren zijn weer strenger. Dat is ook niet zo erg, want ik merk goed dat ze me echt iets willen bijbrengen.’
Reacties